Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, 19 de Agosto de 2009

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak19 de Agosto de 2009
Uitgevende instantie:Rechtbank 's-Gravenhage

vonnis

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 316335 / HA ZA 08-2469

Vonnis van 19 augustus 2009

in de zaak van

de publiekrechtelijke rechtspersoon

DE GEMEENTE 'S-GRAVENHAGE,

waarvan de zetel is gevestigd te 's-Gravenhage,

eiseres,

advocaat mr. A.R. de Jonge,

tegen

  1. [D.1]

  2. [D.2],

  3. [D.3]

    allen wonende te 's-Gravenhage,

    gedaagden,

    advocaat mr. S.J.M. Jaasma,

  4. Zij die verblijven of wonen in of op de onroerende zaak of een gedeelte daarvan, staande en gelegen aan de Escamplaan bij [nummer] te Den Haag,

    gedaagden,

    niet verschenen.

    Eiseres zal hierna de Gemeente genoemd worden. Gedaagden worden hierna afzonderlijk aangeduid als [D.1], [D.2], [D.3] en gedaagden sub 4. Voorts worden gedaagden sub 1 tot en met 3 gezamenlijk aangeduid als [D. c.s.] en alle gedaagden gezamenlijk als gedaagden.

  5. De procedure

    1.1 Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het vonnis in het verwijzingsincident van 19 november 2008, en de daarin vermelde processtukken;

    - de conclusie van antwoord, met producties;

    - het tussenvonnis van 18 februari 2009 waarbij een comparitie van partijen is gelast;

    - het proces-verbaal van comparitie van 7 juli 2009 en de daarin vermelde processtukken;

    - de brief van mr. De Jonge van 20 juli 2009 en de brief van zijn kantoorgenoot mr. Heinrich van 30 juli 2009.

    1.2 Ten slotte is een datum voor vonnis bepaald.

  6. De feiten

    Algemeen:

    2.1. Op 5 juni 1997 heeft de Gemeente - anticiperend op de intrekking van de Woonwagenwet van 21 februari 1968 - de nota "Wonen op wielen in beweging" vastgesteld. In deze nota is beleid geformuleerd gericht op normalisatie en deconcentratie van de woonwagencentra binnen de gemeente Den Haag, waaronder het centrum aan de Escamplaan.

    2.2. Op 1 maart 1999 is in werking getreden de Wet van 1 juli 1998 tot wijziging van de Huisvestingswet, de Woningwet en enige andere wetten in verband met de integratie van de woonwagen- en woonschepenregelgeving. Deze wet bepaalde onder meer dat de Woonwagenwet werd ingetrokken. Daarmee verviel de in deze wet neergelegde verplichting voor een gemeente om op haar grondgebied een woonwagencentrum in stand te houden.

    2.3. Vooruitlopend op de intrekking van de Woonwagenwet heeft de Gemeente in februari 1999 een aantal bewoners van het centrum aan de Escamplaan schriftelijk bericht dat woonwagenbewoners van te deconcentreren locaties ingevolge de toepasselijke overgangsregeling voorrang hebben bij de toewijzing van standplaatsen. Daarbij is aan een aantal van hen een ontheffing verleend van het verbod ingevolge artikel 10 van de Woonwagenwet om met een woonwagen een standplaats te hebben buiten een centrum en is hun toestemming verleend tot - kort gezegd - het innemen van een standplaats op het centrum aan de Escamplaan.

    2.4. Op 23 juni 1999 heeft de gemeenteraad van Den Haag besloten tot wijziging van de Verordening precariobelasting, gebruiks- en genotsretributies 1998. Daarbij is een aantal bepalingen in de Verordening dat toen nog was gebaseerd op artikel 9 van de Woonwagenwet omgezet in bepalingen op grond van de Gemeentewet. De Verordening is met ingang van 1 juli 1999 gewijzigd.

    2.5. De gemeenteraad van Den Haag heeft in het kader van het door de Gemeente gevoerde deconcentratiebeleid in 2001 het Raadsvoorstel 73/2001 aangenomen. Dit voorstel voorzag in een opsplitsing en renovatie van het centrum aan de Escamplaan. Daarbij was het de bedoeling dat dit centrum, dat op dat moment bestond uit 61 standplaatsen, opnieuw zou worden ingericht tot een centrum met 35 standplaatsen. Daarnaast zou in Ypenburg een nieuw centrum worden gerealiseerd, genaamd "De Bras", dat ruimte zou bieden aan 26 woonwagens. De uitvoering van dit besluit is achterwege gebleven omdat op 1 juni 2006 tot een koerswijziging werd besloten.

    2.6. Op 1 juni 2006 heeft de Haagse gemeenteraad door het aannemen van Raadsvoorstel 83/2006 ingestemd met een wijziging van het woonwagenbeleid ten aanzien van het centrum aan de Escamplaan ten opzichte van het tot dan toe gevoerde deconcentratiebeleid. De Gemeente heeft daarbij ingezet op een vermindering van het aantal standplaatsen binnen de gemeente en het herstructureren van het centrum aan de Escamplaan tot een woningbouwlocatie. Inzet van de Gemeente is de locatie Escamplaan te herontwikkelen tot een nieuwe woonbuurt met ongeveer 90 woningen waarvan circa de helft sociale sector en de helft vrije sector. De beoogde herontwikkeling is in strijd met de thans geldende bestemming "Wonen-woonwagens (Wo-w)".

    2.7. Ter uitvoering van het gewijzigde woonwagenbeleid ten aanzien van het centrum aan de Escamplaan heeft de gemeenteraad van Den Haag op 14 december 2006 ingestemd met het Plan van Aanpak woonwagenlocatie Escamplaan (hierna: " het Plan van Aanpak"). Uit dit Plan van Aanpak volgt onder meer dat als basis voor de herstructurering van het centrum aan de Escamplaan en voor het opstellen van een sociaal plan de GBA-gegevens worden gebruikt, met als peildatum 1 oktober 2006. Deze GBA-gegevens dienen om te bepalen welke huishoudens aldaar woonachtig zijn en welke huishoudens aan de hand van nadere criteria voor een bepaalde vorm van herhuisvesting in aanmerking komen. In het kader van de herhuisvesting onderscheidt het Plan van Aanpak tussen huishoudens die op grond van een of meerdere schriftelijke toezeggingen van de Gemeente (waaronder bijvoorbeeld een ontheffing van artikel 10 van de Woonwagenwet) in aanmerking kunnen komen voor een vervangende standplaats (groep van 56) en huishoudens voor wie dat niet geldt en die op een andere wijze in herhuisvesting moeten voorzien (groep van 6) en aldus dienen te verhuizen naar een reguliere woning. Voor de groep van 56 zijn slechts 25 vervangende standplaatsen beschikbaar.

    2.8. Als uitvloeisel van het Plan van Aanpak heeft de gemeenteraad van Den Haag op 5 juli 2007 ingestemd met het Sociaal Plan woonwagenlocatie Escamplaan (hierna: "het Sociaal Plan"). In het Sociaal Plan zijn nadere bepalingen opgenomen ten aanzien van de herhuisvesting en de daarbij behorende vergoedingen voor bewoners van het centrum aan de Escamplaan. Ten aanzien van de herhuisvesting is onder meer opgenomen dat bij de toewijzing van de 25 beschikbare vervangende standplaatsen achtereenvolgens wordt gekeken naar de inschrijfdatum als standplaatszoekende, de woonduur en de leeftijd van de bewoners. Dit beleid is gebaseerd op de in de Regionale Huisvestingsverordening 2005 neergelegde criteria en het eveneens voor de toewijzing van sociale huurwoningen geldende aanbodmodel. Het Sociaal Plan regelt - kort gezegd - de volgende vergoedingen:

    - alle vertrekkende, precariorechten betalende bewoners (dus inclusief de groep van 6) komen in aanmerking voor een bedrag van € 5.141,-- aan verhuiskostenvergoeding, herinrichtingskosten daarbij inbegrepen;

    - bewoners uit de groep van 56 die vertrekken naar een standplaats op een andere woonwagenlocatie komen in aanmerking voor een vergoeding van de verplaatsingskosten van hun woonwagen ten bedrage van € 19.500,-- respectievelijk € 26.000,-- (afhankelijk van de breedte van de woonwagen);

    - de bewoners uit de groep van 56 voor wie geen vervangende standplaats beschikbaar is en die vertrekken naar een reguliere woning komen in aanmerking voor een op het bedrag van € 15.300,-- vastgestelde vergoeding voor het verlaten van de woonvorm. Voorts komen deze bewoners in aanmerking voor een uitkering gelijk aan de getaxeerde economische waarde van hun woonwagen (minimaal € 12.500,--).

    2.9. De Gemeente heeft het centrum aan de Escamplaan overeenkomstig het Plan van Aanpak per 1 september 2007 voor de duur van één jaar aangewezen als actiegebied in de zin van artikel 3 van de Regionale Huisvestingsverordening Haaglanden 2005. Zolang deze actiegebiedaanwijzing liep, konden de bewoners aanspraak maken op voorrang bij het vinden van vervangende huisvesting. Daarnaast konden zij gedurende de actiegebiedaanwijzing aanspraak maken op de regelingen van het Sociaal Plan. De actiegebiedaanwijzing is uiteindelijk verlengd tot 1 februari 2009.

    2.10. Ter uitvoering van het nieuwe beleid heeft de Gemeente bij brieven van 3 september 2007 aan de bewoners van het centrum aan de Escamplaan het feitelijk gebruik van de standplaatsen opgezegd tegen 3 september 2008. Bij brieven van 7 maart 2008 heeft de Gemeente de bewoners verzocht schriftelijk te bevestigen dat zij de standplaatsen op 2 september 2008 zouden verlaten, bij gebreke waarvan de bewoners een ontruimingsprocedure in het vooruitzicht is gesteld.

    2.11. Bij deze rechtbank hebben twee bodemprocedures gediend van twee bewoners van het centrum aan de Escamplaan tegen de Gemeente. In beide zaken is primair een verklaring voor recht gevorderd dat de Gemeente verplicht is een vervangende standplaats te garanderen en subsidiair een veroordeling van de Gemeente om aan de desbetreffende bewoner een vervangende standplaats te garanderen. Bij vonnissen van 12 maart 2008 heeft de rechtbank, in navolging van de voorzieningenrechter van deze rechtbank in een kort geding procedure voorafgaand aan een van deze procedures (vonnis van 15 september 2006), de vorderingen afgewezen. De rechtbank heeft daarbij geoordeeld dat de in het verleden aan de bewoners gedane toezeggingen niet een zodanig concreet karakter hadden dat zij voor wat betreft hun bindende karakter kunnen worden gelijkgesteld aan het sluiten van een privaatrechtelijke (huur)overeenkomst. In dat kader achtte de rechtbank van belang dat aan de bewoners niet een specifieke, geïndividualiseerde standplaats op een met name genoemd centrum is toegezegd. Voorts heeft de rechtbank geoordeeld dat het de Gemeente vrijstaat om haar beleid te wijzigen op grond van een gewijzigd inzicht met betrekking tot de wijze waarop zij de algemene belangen behartigt, mits daarbij op zorgvuldige wijze wordt omgegaan met de belangen van degenen die aan het eerdere beleid verwachtingen hebben ontleend. De rechtbank heeft, alle omstandigheden van het geval afwegende, geoordeeld dat geen sprake is...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT