Voorlopige voorziening van Rechtbank Utrecht, 22 de Septiembre de 2009
Spreker | gepubliceerd |
Datum uitspraak | 22 de Septiembre de 2009 |
Uitgevende instantie: | Rechtbank Utrecht |
RECHTBANK UTRECHT
Sector bestuursrecht
zaaknummer: SBR 09/2399
uitspraak van de voorzieningenrechter van 22 september 2009
in de zaak van
Stichting Confederates MC,
zetelend te Utrecht,
verzoekster,
tegen
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht,
verweerder.
Inleiding
1.1 Het verzoek heeft betrekking op het besluit van verweerder van 25 augustus 2009, waarbij
verzoekster is aangeschreven het uitoefenen van een horecabedrijf en het strijdig gebruik als clubhuis in de kelder van het pand aan de [adres] te Utrecht te (laten) beëindigen en beëindigd te (laten) houden. Het horecabedrijf moet gesloten blijven voor publiek (waaronder de leden) en er mogen geen activiteiten in het kader van de Stichting Confederates MC plaatsvinden, waaronder in ieder geval bijeenkomsten. Verzoekster dient per 31 augustus 2009 aan de aanschrijving te voldoen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 2.000,- per dag tot een maximum van € 10.000,-.
1.2 Bij faxbericht aan de rechtbank van 28 augustus 2009 heeft verweerder laten weten dat de begunstigingstermijn wordt opgeschort tot na de openbare behandeling door de voorzieningenrechter.
1.3 Het verzoek is op 8 september 2009 ter zitting behandeld, waar verzoekster is verschenen in de personen van [voorzitter] (voorzitter) en [penningmeester] (penningmeester) en alwaar zij werd vertegenwoordigd door mr. Th.F. Roest, advocaat te Haarlem. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. F. van der Bilt en mr. B. Kock, beiden werkzaam bij de gemeente Utrecht.
Overwegingen
2.1 Ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan, indien tegen een besluit bij de rechtbank beroep is ingesteld dan wel, voorafgaand aan een mogelijk beroep bij de rechtbank, bezwaar is gemaakt of administratief beroep is ingesteld, de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
2.2 Voor zover deze toetsing meebrengt dat een oordeel wordt gegeven over het geschil in de bodemprocedure, heeft dit oordeel een voorlopig karakter en bindt dit de rechtbank niet bij haar beslissing in die procedure.
2.3 In het bestreden besluit is een begunstigingstermijn gegeven tot 31 augustus 2009. Daarmee is naar het oordeel van de voorzieningenrechter het spoedeisend belang gegeven. Ter zitting heeft verweerder de begunstigingstermijn opgeschort tot het moment waarop de voorzieningenrechter uitspraak heeft gedaan.
2.4 Het bestreden besluit berust – kort gezegd – op verweerders overweging dat het gebruik van de werfkelder door de Stichting gekwalificeerd moet worden als horeca, dat het vigerende bestemmingsplan geen verdere horeca ter plaatste toelaat en dat de Stichting bovendien niet beschikt over de vereiste exploitatie-, drank- en horecavergunning, voorts dat gelet op de functiewijziging van woonruimte in horeca bovendien een...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT