Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 9 de Diciembre de 2009

Datum uitspraak 9 de Diciembre de 2009
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

09/2685 ZW

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

[Appellante], wonende te [woonplaats] (hierna: appellante),

tegen de uitspraak van de rechtbank Maastricht van 15 april 2009, kenmerk 08/1192 (hierna: aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

appellante

en

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen

(hierna: Uwv).

Datum uitspraak: 9 december 2009

  1. PROCESVERLOOP

    Namens appellante heeft mr. J.L.M. Arets, advocaat te Landgraaf, hoger beroep ingesteld.

    Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.

    Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 oktober 2009. Appellante is met voorafgaand bericht niet verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. K. van der Wal.

  2. OVERWEGINGEN

    1.1. Appellante was laatstelijk werkzaam in de thuiszorg toen zij op 1 maart 2000 uitviel wegens een auto-ongeval waarna nekklachten zijn ontstaan (whiplashsyndroom). Bij einde wachttijd, 28 februari 2001, is haar een uitkering ingevolge de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) toegekend, berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80 tot 100%. Met ingang van 9 mei 2005 is deze uitkering ingetrokken. Vervolgens heeft appellante een uitkering ingevolge de Werkloosheidswet (WW) ontvangen. Vanuit die uitkeringssituatie heeft appellante zich op 25 augustus 2005 ziek gemeld wegens dezelfde klachten. Met ingang van 20 oktober 2006 is zij weer hersteld verklaard.

    1.2. Appellante heeft zich met ingang van 5 maart 2007, wederom vanuit de situatie dat zij een uitkering ingevolge de WW ontving, ziek gemeld. Ter zake van deze ziekmelding heeft appellante op 2 april 2007 het spreekuur van een ZW-arts bezocht, die haar na onderzoek met ingang van 16 april 2007 hersteld verklaarde. Bij besluit van 12 april 2007 heeft het Uwv per 16 april 2007 (verdere) uitkering van ziekengeld geweigerd.

    1.3. Appellante heeft tegen dit besluit bezwaar gemaakt. Op verzoek van de bezwaarverzekeringsarts J. Jonker is appellante onderzocht door de psychiater

    J.J.D. Tilanus. Deze heeft op 3 oktober 2007 een rapport uitgebracht en op basis van het resultaat van dit rapport heeft de bezwaarverzekeringsarts Jonker in haar rapport van 16 oktober 2007 de conclusie van de ZW-arts onderschreven. Bij besluit van 18 oktober 2007 heeft het Uwv het bezwaar van appellante tegen het besluit van 12 april 2007 ongegrond verklaard.

    1. De rechtbank heeft bij uitspraak van 3 juni 2008 het beroep van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT