Hoger beroep van Council of State (Netherlands), Gravenhage, 29 de Agosto de 2012

Datum uitspraak29 de Agosto de 2012
Uitgevende instantie:'s-Gravenhage

201207627/1/V3.

Datum uitspraak: 29 augustus 2012

RAAD VAN STATE

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht op het hoger beroep van:

(de vreemdeling),

appellante,

tegen de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Zutphen, van 1 augustus 2012 in zaak nr. 12/22571 in het geding tussen:

de vreemdeling

en

de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel.

  1. Procesverloop

    Bij besluit van 13 juli 2012 is de vreemdeling in vreemdelingenbewaring gesteld. Dit besluit is aangehecht.

    Bij uitspraak van 1 augustus 2012, verzonden op dezelfde dag, heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Deze uitspraak is aangehecht.

    Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 4 augustus 2012, hoger beroep ingesteld. Deze brief is aangehecht.

    De minister heeft een verweerschrift ingediend.

    Vervolgens is het onderzoek gesloten.

  2. Overwegingen

    2.1. In de eerste grief klaagt de vreemdeling dat de rechtbank, door te overwegen dat aan de maatregel van bewaring ten grondslag kan worden gelegd dat zij eerder een visum, besluit, kennisgeving of aanzegging heeft ontvangen waaruit de plicht Nederland te verlaten blijkt en dat zij daaraan niet uit eigen beweging binnen de daarin besloten of gestelde termijn gevolg heeft gegeven, niet heeft onderkend dat zij nimmer een expliciete aanzegging heeft ontvangen om Nederland te verlaten. Nu jegens haar geen terugkeerbesluit is uitgevaardigd is haar de maatregel van bewaring onrechtmatig opgelegd, aldus de vreemdeling.

    2.2. Ingevolge artikel 62a, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (hierna: de Vw 2000) stelt de minister de vreemdeling, niet zijnde gemeenschapsonderdaan, die niet of niet langer rechtmatig verblijf heeft, schriftelijk in kennis van de verplichting Nederland uit eigen beweging te verlaten en van de termijn waarbinnen hij aan die verplichting moet voldoen, tenzij:

    1. reeds eerder een terugkeerbesluit tegen de vreemdeling is uitgevaardigd en aan de daaruit voortvloeiende terugkeerverplichting niet is voldaan,

    2. de vreemdeling in het bezit is van een door een andere lidstaat afgegeven geldige verblijfsvergunning of andere toestemming tot verblijf, of

    3. de vreemdeling door een andere lidstaat van de Europese Unie wordt teruggenomen op grond van een op 13 januari 2009 geldende bilaterale of...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT