Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Middelburg, 11 de Octubre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak11 de Octubre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Middelburg

RECHTBANK 's-GRAVENHAGE

Nevenlocatie Middelburg

Sector bestuursrecht

Zaaknummer: AWB 12/20939

uitspraak van de enkelvoudige kamer van de rechtbank in de zaak tussen

[naam],

eiser,

gemachtigde mr. P.R. Klaver,

en

het bestuur van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers,

verweerder.

Procesverloop

Eiser heeft op 29 juni 2012 beroep ingesteld tegen verweerders besluit van 26 juni 2012 (het bestreden besluit).

Partijen hebben de rechtbank meegedeeld dat zij toestemming geven voor het met toepassing van artikel 8:57 van de Algemene wet bestuursrecht buiten zitting afdoen van het beroep. De rechtbank heeft vervolgens het onderzoek gesloten.

Overwegingen

  1. Eiser stelt zich op het standpunt dat hij geen opvang casu quo voorzieningen heeft. Eiser stelt dat sprake is van een medische noodsituatie. Eiser stelt dat hem ten onrechte een locatieverbod voor onbepaalde tijd wordt opgelegd.

  2. Verweerder stelt zich op het standpunt dat de feitelijke beëindiging van de verstrekkingen geen besluit is als bedoeld in artikel 3a, eerste lid van de Wet Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA), dan wel een met een besluit gelijk te stellen handeling als bedoeld in het tweede lid. Hiertegen staan volgens verweerder geen rechtsmiddelen open, zodat de rechtbank onbevoegd is van het geschil kennis te nemen.

  3. De rechtbank dient ambtshalve te beoordelen of zij bevoegd is van het beroep kennis te nemen.

  4. Uit de asielprocedure van eiser blijkt dat de asielaanvraag bij besluit van 12 mei 2011 is afgewezen. Het tegen dat besluit ingediende beroep is bij uitspraak van deze rechtbank, nevenlocatie Rotterdam, van 12 januari 2012 ongegrond verklaard. Tegen deze uitspraak is door eiser geen hoger beroep ingesteld, zodat het besluit van 12 mei 2011 formele rechtskracht heeft gekregen. Ingevolge artikel 45, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vreemdelingenwet 2000, voor zover hier van belang, heeft dit besluit van rechtswege tot gevolg dat verstrekkingen voorzien bij of krachtens de COA worden beëindigd. Uit vaste jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (LJN: AU4236 en LJN: AT6656) volgt dat verweerders brief van 26 juni 2012 geen besluit is in de zin van artikel 3a, eerste lid, van de Wet COA, dan wel een met een besluit gelijk te stellen handeling, als bedoeld in het tweede lid, waarvan beroep mogelijk is...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT