Verstek van Rechtbank 's-Hertogenbosch, 14 de Noviembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak14 de Noviembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank 's-Hertogenbosch

vonnis

RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 252132 / HA ZA 12-779

Vonnis van 14 november 2012

in de zaak van

de naamloze vennootschap

F. VAN LANSCHOT BANKIERS B.V.,

gevestigd te 's-Hertogenbosch,

eiseres,

advocaat mr. J. Benavente Prieto-Lachheb te 's Hertogenbosch,

tegen

[gedaagde]

zonder bekende woon- of verblijfplaats,

gedaagde,

niet verschenen.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - de dagvaarding

    - het tegen gedaagde verleende verstek.

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  2. De beoordeling

    2.1. Nu niet gesteld of voldoende aannemelijk is gemaakt dat ten behoeve van eiseres werkzaamheden zijn verricht die een hogere vergoeding rechtvaardigen dan is aanbevolen in het rapport Voor-werk II, zal de gevorderde vergoeding wegens buitengerechtelijke incassowerkzaamheden ambtshalve worden gematigd tot een bedrag gelijk aan twee punten van het toepasselijke liquidatietarief, met een maximum van 15% van de hoofdsom, zijnde € 7.770,62 (incl. BTW).

    2.2. Eiseres vordert gedaagde te veroordelen tot betaling van de beslagkosten. Deze vordering is gelet op het bepaalde in art. 706 Rv toewijsbaar. De beslagkosten worden begroot op € 1.185,16 voor verschotten en € 6.422,00 voor salaris advocaat (2 rekesten x € 3.211,00).

    2.3. Het gevorderde komt de rechtbank voor het overige niet onrechtmatig of ongegrond voor en zal als bij de beslissing volgt worden toegewezen.

    2.4. Gedaagde zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van eiseres worden begroot op:

    - dagvaarding € 97,64

    - overige explootkosten 0,00

    - griffierecht 3.621,00

    - getuigenkosten 0,00

    - deskundigen 0,00

    - overige kosten 0,00

    - salaris advocaat 3.211,00 (1,0 punt × tarief € 3.211,00)

    Totaal € 6.929,64

  3. De beslissing

    De rechtbank

    - 3.1. veroordeelt gedaagde om aan eiseres te betalen een bedrag van € 1.624.036,65 (eenmiljoen zeshonderdvierentwintigduizend zesendertig euro en vijfenzestig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over het bedrag van € 1.616.266,03 met ingang van 3 januari 2011 tot de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT