Voorlopige voorziening van Rechtbank Arnhem, 19 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak19 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Arnhem

RECHTBANK ARNHEM

Sector bestuursrecht

registratienummers AWB 12/4560 en 12/5734

uitspraak van de voorzieningenrechter ingevolge artikel 8:84 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) van 19 december 2012 in het geding tussen

Schotpoort Milieu Service B.V.,

Schotpoort Traffic Center B.V.,

verzoekers,

gevestigd te Eerbeek, vertegenwoordigd door mr. P.C.M. Heinen,

en

het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland, verweerder,

alsmede

[belanghebbende 1], vertegenwoordigd door mr. H.P.J.G. Berkers,

[belanghebbende 2],

[belanghebbende 3],

partijen ex artikel 8:26 van de Awb,

wonende te Eerbeek.

  1. Procesverloop

    Bij besluit van 6 juni 2012 heeft verweerder Schotpoort Milieu Service B.V. twee lasten onder dwangsom opgelegd.

    Bij besluit van 8 juni 2012 heeft verweerder het besluit van 6 juni 2012 gewijzigd.

    Bij besluit van 24 juli 2012 heeft verweerder het besluit van 8 juni 2012 gewijzigd waarbij de dwangsom voor het beëindigen van nachtelijke vervoersbewegingen met diverse afvalstoffen aan een maximum van € 7.000 is gebonden.

    Bij besluit van 29 augustus 2012 heeft verweerder het besluit van 8 juni 2012 herzien, in die zin dat op onderdelen de motivering is aangevuld.

    Bij besluit van 25 oktober 2012 heeft verweerder het besluit van 6 juni 2012 ingetrokken en het besluit van 29 augustus 2012 aangevuld met een rechtsmiddelenclausule. Omdat in het besluit van 25 oktober 2012 de tekst van bedoelde rechtsmiddelenclausule is weggevallen, is bij brief van 30 oktober 2012 een exemplaar van het besluit van 25 oktober 2012 opgenomen met daarin alsnog de tekst van die rechtsmiddelenclausule.

    Tegen de besluiten van 6 en 8 juni 2012 heeft E. Bonekamp van Bonekamp advies namens verzoekers op 17 juli 2012 bezwaar gemaakt. Op 6 september 2012 heeft mr. Heinen namens verzoekers bezwaar gemaakt tegen het wijzigingsbesluit van 29 augustus 2012.

    Op 6 september 2012 hebben verzoekers de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen (procedurenummer 12/4560).

    Verweerder heeft bij besluit van 19 oktober 2012 Schotpoort Traffic Center B.V. drie lasten onder dwangsom opgelegd.

    Tegen dit besluit hebben verzoekers op 7 november 2012 bezwaar gemaakt.

    Op 13 november 2012 hebben verzoekers de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen (procedurenummer 12/5734).

    De verzoeken zijn behandeld ter zitting van 12 december 2012. Namens verzoekers is aldaar verschenen F. Fransen, directeur van beide B.V.’s, bijgestaan door mr. P.C.M. Heinen, advocaat te Arnhem en A.M. Gebbeke, geluidsdeskundige bij Arcadis. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door mr. M. Holterman, T. Bot, F. Boumans (akoestisch specialist) en J.F. Schuts (toezichthouder), allen werkzaam bij de provincie Gelderland. Van de partijen ex artikel 8:26 Awb zijn verschenen [belanghebbende 1] en [belanghebbende 1], bijgestaan door mr. H.P.J.G. Berkers en [belanghebbende 2]. [belanghebbende 2] is tevens opgetreden als gemachtigde van [belanghebbende 3].

  2. Overwegingen

    Ingevolge artikel 8:81, eerste lid, van de Awb kan, indien tegen een besluit bij de rechtbank beroep is ingesteld dan wel, voorafgaande aan een mogelijk beroep bij de rechtbank, bezwaar is gemaakt of administratief beroep is ingesteld, de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak, op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

    Procedurenummer 12/4560.

    Uit het procesverloop volgt reeds dat verweerder ten aanzien van de aan Schotpoort Milieu Service B.V. opgelegde last verschillende (beoogde) besluiten heeft genomen. Alles bij elkaar genomen is, nu het besluit van 6 juni 2012 is ingetrokken en, anders dan verweerder suggereert het besluit van 8 juni 2012 niet alleen een herhaling van het besluit van 6 juni 2012 met een rechtsmiddelclausule is, maar door nieuwe datering ook een verandering van de begunstigingtermijn inhoudt, in die zin dat deze nader aanvangt op 8 juni 2012, het besluit van 8 juni 2012 de basis. Bij besluit van 24 juli 2012 is dat besluit aangepast door een maximum aan dwangsommen vast te stellen en bij besluit van 29 augustus 2012 is de motivering veranderd.

    Dat leidt ertoe dat naar het oordeel van de voorzieningenrechter thans de situatie rechtens is dat verweerder bij besluit van 8 juni 2012, zoals nader aangevuld bij besluiten van 24 juli 2012 en...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT