Voorlopige voorziening van Centrale Raad van Beroep, 17 de Diciembre de 2012

Datum uitspraak17 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

12/4589 WWB, 12/6075 WWB-VV

Centrale Raad van Beroep

Voorzieningenrechter

Uitspraak op het verzoek om voorlopige voorziening

Partijen:

[A. te B.] (verzoekster)

het dagelijks bestuur van de Regionale Sociale Dienst Hoeksche Waard (het dagelijks bestuur)

Datum uitspraak: 17 december 2012

PROCESVERLOOP

Namens verzoekster heeft mr. A.K. Ramdas, advocaat, hoger beroep ingesteld tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Dordrecht van 13 juli 2012, 12/640 en 12/661 (aangevallen uitspraak), en tevens een verzoek om voorlopige voorziening gedaan.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 10 december 2012. Verzoekster is verschenen, bijgestaan door mr. Ramdas. Het dagelijks bestuur heeft zich laten vertegenwoordigen door M. van Munster en J.Z. Schoenmaker.

OVERWEGINGEN

  1. De voorzieningenrechter gaat uit van de volgende feiten en omstandigheden.

    1.1. Verzoekster ontving sinds 4 november 2010 bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB), naar de norm voor een alleenstaande ouder.

    1.2. Naar aanleiding van het vermoeden dat verzoekster een gezamenlijke huishouding voert met de vader van haar twee minderjarige kinderen, [G.], hebben medewerkers van de RSD Hoeksche Waard een onderzoek ingesteld. In dat kader hebben observaties in de nabijheid van de woning van verzoekster plaatsgevonden, is op 13 februari 2012 een huisbezoek afgelegd bij verzoekster en heeft tijdens het huisbezoek een gesprek met verzoekster plaatsgevonden. De bevindingen van het onderzoek zijn neergelegd in een rapport van 15 februari 2012.

    1.3. Bij besluit van 21 februari 2012, na bezwaar gehandhaafd bij besluit van 25 april 2012 (bestreden besluit), heeft het dagelijks bestuur de bijstand van verzoekster met ingang van 2 januari 2012 ingetrokken. Aan het bestreden besluit ligt ten grondslag dat verzoekster de op haar rustende inlichtingenverplichting heeft geschonden door niet te melden dat verzoekster en [G.] een gezamenlijke huishouding voeren.

  2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.

  3. Verzoekster heeft zich in hoger beroep op de hierna te bespreken gronden tegen de aangevallen uitspraak gekeerd. Aan het verzoek om voorlopige voorziening ligt ten grondslag dat zij sinds februari 2012 geen bijstand meer ontvangt en niet in de kosten van levensonderhoud kan voorzien.

  4. De voorzieningenrechter overweegt het volgende.

    4.1. Ingevolge artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en artikel 21 van de Beroepswet kan, indien tegen een uitspraak van de rechtbank of van de voorzieningenrechter van de rechtbank als bedoeld in artikel 18, eerste lid, van de Beroepswet hoger beroep is ingesteld, de voorzieningenrechter van de Raad op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.

    4.2...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT