Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Utrecht, 28 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak28 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Utrecht

RECHTBANK UTRECHT

Sector bestuursrecht

zaaknummer: SBR 12/348

uitspraak van de meervoudige kamer van 28 december 2012 in de zaak tussen

RTL Nederland, te Hilversum, eiser

(gemachtigde: R.J.E. Vleugels),

en

de minister van Veiligheid en Justitie, verweerder

(gemachtigden: mr. M. van der Vegt en mr. A. Dingemanse).

Procesverloop

Bij besluit van 5 augustus 2010 (het primaire besluit) heeft verweerder geweigerd een deel van de door eiser met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) verzochte documenten over het rijksrechercheonderzoek naar het uitlekken van de aanvraag door De Nederlandsche Bank (DNB) van de zogeheten noodregeling voor de Dirk Scheringa Bank (DSB) te verstrekken.

Bij besluit van 20 december 2010 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser gedeeltelijk ongegrond en gedeeltelijk gegrond verklaard. Verweerder heeft daarbij een aantal (nieuwe) documenten alsnog gedeeltelijk verstrekt en een deel daarvan volledig geweigerd te verstrekken.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld bij rechtbank Alkmaar. Rechtbank Alkmaar heeft het beroep doorgestuurd naar rechtbank Amsterdam. Deze rechtbank heeft het beroep ter verdere behandeling verwezen naar rechtbank Utrecht. Eiser heeft tweemaal de beroepsgronden aangevuld.

Verweerder heeft een verweerschrift en een nader verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 16 maart 2012. Eiser heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde en [naam]. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigden.

Aan het einde van de behandeling ter zitting heeft de rechtbank het onderzoek geschorst om verweerder in de gelegenheid te stellen een aanvullend besluit te nemen over een document (geluidsopnamen) dat eerder niet in de beoordeling was betrokken. Verweerder heeft hierover een aanvullend besluit bij brief van 13 april 2012 aan de rechtbank toegezonden.

Eiser heeft schriftelijk gereageerd.

Bij tussenuitspraak van 27 juli 2012 heeft de rechtbank verweerder in de gelegenheid gesteld om binnen zes weken na verzending van de tussenuitspraak, met inachtneming van wat in de tussenuitspraak is overwogen, het gebrek in de besluitvorming te herstellen, dan wel de rechtbank te laten weten geen gebruik te zullen maken van deze mogelijkheid. Bij tussenuitspraak van 23 augustus 2012 heeft de rechtbank deze termijn op verzoek van verweerder met zes weken verlengd.

Verweerder heeft een gewijzigde beslissing op bezwaar van 18 oktober 2012 genomen, waarbij hij de motivering van het bestreden besluit heeft aangevuld. Eiser heeft hierop zijn zienswijze uitgebracht.

Bij brief van 10 december 2012 heeft de rechtbank partijen bericht dat zij heeft bepaald...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT