Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Middelburg, 19 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak19 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Middelburg

vonnis

RECHTBANK MIDDELBURG

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 70479 / HA ZA 09-621

Vonnis van 19 december 2012

in de zaak van

  1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    VETTE & VERHAART B.V.,

    gevestigd te Yerseke,

  2. de vennootschap onder firma

    GEBR. [naam eiser sub 2 in conventie, verweerder sub 2 in reconventie] V.O.F.,

    gevestigd te Yerseke,

  3. [eiser sub 3 in conventie, verweerder sub 3 in reconventie],

    wonende te Yerseke,

  4. [eiser sub 4 in conventie, verweerder sub 4 in reconventie],

    wonende te Yerseke,

    eisers in conventie,

    verweerders in reconventie,

    advocaat mr. M. van der Bent te Middelburg,

    tegen

    [gedaagde in conventie, eiser in reconventie],

    wonende te Yerseke,

    gedaagde in conventie,

    eiser in reconventie,

    advocaat mr. R.C.A. van 't Zelfde te Rotterdam.

    Partijen zullen hierna Vette & Verhaart, [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] en Meijaard genoemd worden.

  5. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het tussenvonnis van 21 september 2011

    - het proces-verbaal van 14 februari 2012

    - de akte van Vette & Verhaart en [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] van 28 maart 2012

    - de akte van Meijaard van 9 mei 2012

    - de akte van Vette & Verhaart en [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] van 6 juni 2012

  6. De verdere beoordeling van het geschil in conventie en voorwaardelijke reconventie

    2.1. Ter voorbereiding op de comparitie hebben Vette & Verhaard en [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] drie producties toegezonden:

    - de brief van de advocaat van Vette & Verhaart en [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] aan het Productschap Vis;

    - het antwoord van het Productschap Vis van 12 januari 2012;

    - het rapport van dr. P. Hagel van 23 januari 2012.

    Meijaard heeft een akte toegezonden met daarin voor zover voor de beoordeling relevant:

    - verklaringen van [eiser sub 3 in conventie, verweerder sub 3 in reconventie] en [eiser sub 4 in conventie, verweerder sub 4 in reconventie] die betrekking hebben op de gang van zaken op en na 6 november 2007;

    - een overzicht van de registratie van visgebeuren door de radarbewakingsdienst van de mosselpercelen;

    - een verslag en conclusie van bureau Van Ameyde met betrekking tot de gegevens van de radarbewakingsdienst.

    2.2. Na de comparitie hebben partijen ook ieder nog een akte genomen waarna Vette & Verhaart en [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] tot slot een antwoordakte hebben genomen. Zij hebben formeel bezwaar gemaakt tegen productie 23 en 24 bij de akte van Meijaard van 9 mei 2012. Zij stellen dat die producties een eigen verslag van de comparitie bevatten en erop gericht zijn het proces-verbaal van de zitting aan te vullen.

    Dat bezwaar is terecht. Meijaard kan niet via deze omweg bewerkstelligen dat een proces-verbaal op een door haar gewenste wijze wordt aangevuld. Indien zij haar stellingen nog had willen aanvullen, heeft zij daartoe nog de gelegenheid gehad in de akte na comparitie. De rechtbank zal dan ook met het in die producties gestelde, geen rekening houden.

    2.3. De rechtbank heeft in haar vonnis van 21 september 2011 overwogen (4.6.1.) een deskundigenonderzoek te laten verrichten naar het verschijnsel tainting.

    Uit het rapport van dr. P. Hagel blijkt dat tainting kan worden gedefinieerd als het optreden van geuren en/of smaken in voedsel, die afwijken van wat voor geuren en/of smaken van het voedsel zelf kenmerkend is. Gezien die definitie heeft een deskundigenonderzoek naar tainting geen zin. Het gaat in deze procedure immers om het vaststellen van de oorzaak van de opgetreden geur en/of smaakveranderingen. Dat deze er zijn geweest, heeft de rechtbank in haar vonnis van 21 september 2011 reeds vastgesteld.

    2.4. De rechtbank zal dus aan de hand van de overgelegde documentatie, verklaringen en brieven en dergelijke en de stellingen oordelen of Vette & Verhaart en [eisers sub 2,3 en 4 in conventie, verweerders sub 2,3 en 4 in reconventie] schade hebben geleden als gevolg van de uit de Jacomien gestroomde olie.

    2.5. In haar tussenvonnis (4.4) heeft rechtbank overwogen dat...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT