Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Oost-Nederland, 26 de Marzo de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak26 de Marzo de 2013
Uitgevende instantie:Rechtbank Oost-Nederland

Rechtbank Oost-Nederland

Team strafrecht

Zittingsplaats Almelo

Parketnummer: 08/700002-11

Datum vonnis: 26 maart 2013

Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Oost-Nederland, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Oost-Nederland tegen:

[verdachte],

geboren op [datum] 1991 in [plaats] (Sovjetunie),

wonende in [woonplaats, adres].

  1. Het onderzoek op de terechtzitting

    Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 12 maart 2013. De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. Y. Oosterhof en van hetgeen door de verdachte en dier raadsman mr.

    T. Geerdink, advocaat te Borne, naar voren is gebracht.

  2. De tenlastelegging

    De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:

    Feit 1: een valse aangifte van mensenhandel heeft gedaan;

    Feit 2: niet naar waarheid gegevens heeft verstrekt in het kader van de Vreemdelingenwet (primair), dan wel een medewerker van de Immigratie- en Naturalisatiedienst heeft opgelicht (subsidiair).

    Voluit luidt de tenlastelegging aan de verdachte, dat:

  3. zij op of omstreeks 21 februari 2010, althans in of omstreeks de periode van

    21 februari 2010 tot en met 15 maart 2010 in de gemeente Hengelo (O)

    en/althans in Nederland,

    aangifte heeft gedaan dat een strafbaar feit was gepleegd, wetende dat dat

    feit niet was gepleegd,

    immers heeft verdachte toen aldaar ten overstaan van de

    opsporingsambtena(a)r(en) van de Regiopolitie Twente, genaamd [verbalisant 1] en/of

    [verbalisant 2] en/althans (een) (andere) opsporingsambtena(a)r(en) van de

    Regiopolitie Twente, opzettelijk in strijd met de waarheid aangifte gedaan van

    mensenhandel;

  4. zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21 februari

    2010 tot en met 3 maart 2011 in de gemeente(n) Hengelo (O) en/of Zwolle,

    en/althans/in elk geval (elders) in Nederland,

    tezamen en in vereniging met een ander en/of anderen en/althans alleen,

    (telkens) anders dan door valsheid in geschrift, (telkens) opzettelijk niet

    naar waarheid één of meer gegevens heeft verstrekt aan (een) medewerker(s)

    van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), zijnde degene(n) door wie of

    door wiens tussenkomst een verstrekking of tegemoetkoming, te weten een

    (verlenging) verblijfsvergunning in het kader van de Vreemdelingenwet, werd

    verleend,

    immers heeft verdachte (telkens) onjuiste informatie met betrekking tot haar

    persoon en/of afkomst verstrekt, zulks terwijl dit/deze feit(en) kon(den)

    strekken tot bevoordeling van zichzelf of een ander,

    terwijl verdachte (telkens) wist, althans redelijkerwijze moest vermoeden dat

    de verstrekte gegevens (telkens) van belang waren voor de vaststelling van

    verdachtes of eens anders recht op die verstrekking of tegemoetkoming dan wel

    voor de hoogte of de duur van die verstrekking of tegemoetkoming;

    ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 2 geen veroordeling mocht of zou

    kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat

    zij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 21 februari

    2010 tot en met 3 maart 2011 in de gemeente(n) Hengelo (O) en/of Zwolle

    en/althans (elders) in Nederland

    tezamen en in vereniging met een ander of anderen en/althans alleen,

    (telkens) met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te

    bevoordelen (telkens) door het aannemen van een valse naam en/of van een valse

    hoedanigheidf en/of door een of meer listige kunstgrepen en/of door een samenweefsel van verdichtsels, (een) medewerker(s) van de Immigratie- en Naturalisatiedienst

    (IND) heeft/hebben bewogen tot de afgifte van een (verlenging)

    verblijfsvergunning in het kader van de Vreemdelingenwet, in elk geval van

    enig goed,

    hebbende verdachte en/of haar mededader(s) toen aldaar (telkens) met

    vorenomschreven oogmerk - zakelijk weergegeven - valselijk en/of listiglijk

    en/of bedrieglijk en/of in strijd met de waarheid tegenover die medewerker(s)

    van de IND een valse/onjuiste aangifte ter zake mensenhandel en/althans

    onjuiste informatie met betrekking tot haar, verdachtes, afkomst en/of persoonverstrekt,

    waardoor die IND (telkens) werd bewogen tot bovenomschreven afgifte.

  5. De vordering van de officier van justitie

    De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het onder 1 en onder 2 primair tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT