Hoger beroep kort geding van Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 7 de Mayo de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 7 de Mayo de 2013
Uitgevende instantie:Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden

afdeling civiel recht

zaaknummer gerechtshof 200.119.525/01

(zaaknummer rechtbank Zwolle-Lelystad 203437/KL ZA 12-333)

arrest in kort geding van de eerste kamer van 7 mei 2013

in de zaak van

[de moeder],

wonende te [woonplaats],

appellante,

in eerste aanleg: gedaagde,

hierna: de moeder,

advocaat: mr. H.M.A.W. Erven, kantoorhoudend te Lelystad, die ook heeft gepleit,

tegen

[de vader],

wonende te [woonplaats],

geïntimeerde,

in eerste aanleg: eiser,

hierna: de vader,

advocaat: mr. P. Buikes, kantoorhoudend te Apeldoorn, die ook heeft gepleit.

  1. Het geding in eerste aanleg

    In eerste aanleg is geprocedeerd en beslist zoals weergegeven in het vonnis van 3 december 2012 van de voorzieningenrechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad, locatie Lelystad.

  2. Het geding in hoger beroep

    2.1 Het verloop van de procedure is als volgt:

    - de dagvaarding in hoger beroep d.d. 27 december 2012 (met grieven),

    - de memorie van antwoord,

    - het gehouden pleidooi waarbij mr. Erven een pleitnotitie heeft overgelegd.

    2.2 Na afloop van het pleidooi heeft het hof arrest bepaald.

    2.3 Gelet op artikel CIII van de Wet herziening gerechtelijke kaart (Staatsblad 2012, 313) wordt in deze voor 1 januari 2013 aanhangig gemaakte zaak uitspraak gedaan door het hof Arnhem-Leeuwarden, locatie Leeuwarden.

  3. De feiten

    3.1 De moeder en de vader zijn gehuwd geweest en inmiddels gescheiden. Zij zijn de ouders van [het kind], geboren op [geboortedatum].

    3.2 In de echtscheidingsbeschikking is het door partijen ondertekende ouderschapsplan opgenomen, dat -voor zover hier van belang- luidt:

    "De zorg voor [het kind] is beschreven in artikel 3.2 en ligt voornamelijk bij de moeder, gezien de leeftijd van [het kind]. Voor de contactregeling is in onderling overleg bepaald dat [het kind] vanaf 21 mei 2011 tot 29 september 2001 (lees: 2011, hof) eenmaal per 4 weken van zaterdag 09.00 uur tot zondagmiddag 17.00 uur en eenmaal per 4 weken op zaterdag 9.00 uur tot na het avondeten 19.00 uur bij haar vader is.

    Vanaf 29 september 2011 zal [het kind] een maal per 2 weken een weekend bij haar vader doorbrengen van zaterdag 09.00 uur tot zondag 17.00 uur. In onderling overleg zal het kind door een door de weekse dag per twee weken bij haar vader doorbrengen.

    In ieder geval zal als [het kind] 4 jaar geworden zal zij een maal per 2 weken een weekend van vrijdag na school tot zondag 17.00 uur bij haar vader verblijven. Indien dit eerder mogelijk is, dan zal dit...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT