Eerste aanleg - enkelvoudig van Council of State (Netherlands), 19 de Junio de 2013

Datum uitspraak19 de Junio de 2013
Uitgevende instantie:Council of State (Netherlands)

201209396/1/R2.

Datum uitspraak: 19 juni 2013

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

[appellant], wonend te Steenwijkerwold, gemeente Steenwijkerland,

en

het college van gedeputeerde staten van Overijssel,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 10 juli 2012, kenmerk 2012/0160992, heeft het college op grond van artikel 17 van de Wet inrichting landelijk gebied het inrichtingsplan "Deelgebied Scheerwolde Noordwest Overijssel" (hierna: het inrichtingsplan) vastgesteld.

Tegen dit besluit heeft [appellant] beroep ingesteld.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 25 april 2013, waar [appellant], bijgestaan door mr. W. Kattouw, en het college, vertegenwoordigd door mr. M. Hoogeboom, werkzaam bij de provincie, bijgestaan door D. Hommes, zijn verschenen.

Overwegingen

  1. Het inrichtingsplan heeft betrekking op het deelgebied Scheerwolde in Noordwest Overijssel (hierna: het deelgebied). Het deelgebied wordt aan de zuidwestzijde begrensd door het Nationaal Park Weerribben-Wieden en aan de oostzijde door de stad Steenwijk en het kanaal Beukers-Steenwijk. Verder wordt het deelgebied aan de noordzijde begrensd door het kanaal Steenwijk-Ossenzijl. Het deelgebied heeft een oppervlakte van ruim 4.000 hectare.

    Het inrichtingsplan voorziet onder meer in de omvorming van een over het perceel van [appellant] aan de [locatie], te Steenwijkerwold (hierna: het perceel), lopende schouwsloot naar een voor de afvoer van water bestemde watergang. Met deze watergang moet wateroverlast op gronden ten noorden van het perceel worden voorkomen. Uit het inrichtingsplan blijkt dat een korting zal worden toegepast ten behoeve van een strook van maximaal één meter aan weerszijden van de watergang. Het eigendom van de te korten gronden wordt toegewezen aan het Waterschap Reest en Wieden (hierna: het Waterschap).

  2. Het beroep van [appellant] is gericht tegen het toepassen van een korting ten behoeve van de in het inrichtingsplan voorziene watergang op het perceel. [appellant] betoogt dat onvoldoende rekening is gehouden met de voor hem nadelige gevolgen op het perceel, zoals doorsnijding van het perceel, verlies van waardevolle grond en verdroging van zijn gronden, die een waardevermindering van het bedrijf tot gevolg hebben. Daarbij acht hij de door het college in het vooruitzicht gestelde compensatie voor zijn...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT