Besluit van 10 juli 2023 tot vaststelling van een aantal tijdstippen waarvan in de Omgevingswet en daarmee verband houdende wet- en regelgeving is aangegeven dat deze bij koninklijk besluit worden bepaald en tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van artikel 2.8, onderdeel B, van de Invoeringswet Omgevingswet

Besluit van 10 juli 2023 tot vaststelling van een aantal tijdstippen waarvan in de Omgevingswet en daarmee verband houdende wet- en regelgeving is aangegeven dat deze bij koninklijk besluit worden bepaald en tot vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van artikel 2.8, onderdeel B, van de Invoeringswet Omgevingswet

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening van 5 juli 2023, nr. 2023-0000385226; Gelet op de artikelen 22.4, 22.5, eerste en tweede lid, 22.6, derde lid, 22.15, 22.16, eerste en tweede lid, en 22.17 van de Omgevingswet, de artikelen 4.9, eerste lid, en 5.3 van de Invoeringswet Omgevingswet, de artikelen 8.2.2 en 8.2.11 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet en artikel XIV, vijfde lid, van het Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet; Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1
  1. Het tijdstip, bedoeld in de artikelen 22.4, 22.5, eerste en tweede lid, 22.6, derde lid, 22.16, eerste en tweede lid, en 22.17 van de Omgevingswet en de artikelen 8.2.2 en 8.2.11 van het Invoeringsbesluit Omgevingswet, wordt bepaald op 1 januari 2032. 2. Het tijdstip, bedoeld in artikel 22.15 van de Omgevingswet, wordt bepaald op 1 januari 2026. 3. Het tijdstip, bedoeld in artikel 4.9, eerste lid, van de Invoeringswet Omgevingswet, wordt bepaald op 1 januari 2027. 4. Het tijdstip, bedoeld in artikel XVI, vijfde lid, van het Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, wordt bepaald op 1 januari 2032.

Artikel 2
Artikel 2.8

onderdeel B, van de Invoeringswet Omgevingswet treedt in werking met ingang van 1 januari 2032.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 10 juli 2023Willem-AlexanderDe Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge

Uitgegeven de achttiende juli 2023 De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

Algemeen

In dit koninklijk besluit worden in de eerste plaats enkele tijdstippen vastgesteld waarvan in de Omgevingswet of andere daarmee samenhangende wetten of algemene maatregelen van bestuur is aangekondigd dat deze bij koninklijk besluit worden bepaald. Dit gebeurt overeenkomstig de daarover gemaakte bestuurlijke afspraken. Zo wordt bijvoorbeeld vastgelegd dat waterschappen uiterlijk op 1 januari 2026 moeten beschikken over een waterschapsverordening als bedoeld in artikel 2.5 van de Omgevingswet en dat gemeenten uiterlijk op 1 januari 2027 een omgevingsvisie en uiterlijk op 1 januari 2032 een omgevingsplan moeten hebben dat aan alle wettelijke eisen voldoet. Daarnaast wordt in dit koninklijk besluit de inwerkingtreding geregeld van artikel 2.8...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT