Besluit van 14 december 2022, houdende Wijziging van het Besluit schadevergoeding net op zee in verband met actualisatie

Besluit van 14 december 2022, houdende Wijziging van het Besluit schadevergoeding net op zee in verband met actualisatie

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister voor Klimaat en Energie van 21 juni 2022, nr. WJZ / 22217161; Gelet op artikel 16f, vierde lid, van de Elektriciteitswet 1998;De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 26 oktober 2022, nr. W18.22.00070/IV); Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Klimaat en Energie van 12 december 2022, nr. WJZ / 22542140; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit schadevergoeding net op zee wordt als volgt gewijzigd:AIn artikel 1 worden de begripsbepalingen «SDE-elektriciteitsprijs» en «SDE-subsidiebedrag» vervangen door de volgende begripsbepalingen: SDEK-elektriciteitsprijs:

in artikel 22 van het Besluit stimulering duurzame energieproductie en klimaattransitie bedoelde elektriciteitsprijs of, indien de elektriciteitsprijs lager is dan de in artikel 20 van het Besluit stimulering duurzame energieproductie en klimaattransitie bedoelde basiselektriciteitsprijs, de in dat artikel bedoelde basiselektriciteitsprijs; SDEK-subsidiebedrag:

tenderbedrag per kilowattuur waarvoor subsidie is verstrekt op grond van het Besluit stimulering duurzame energieproductie of het Besluit stimulering duurzame energieproductie en klimaattransitie, verminderd met de voor dat jaar geldende SDEK-elektriciteitsprijs; BArtikel 2, derde lid, komt te luiden:3. Onder gemiddeld voor het net op zee redelijkerwijs noodzakelijk onderhoud als bedoeld in artikel 16f, eerste lid, onderdeel b, van de wet wordt verstaan: a. een onderhoudsperiode van vijf dagen per kalenderjaar; of b. een onderhoudsperiode van ten hoogste 38 dagen ter vervanging van componenten van het net op zee die van belang zijn voor beveiliging en besturing van het net op zee. CNa artikel 2 worden de volgende artikelen ingevoegd:

Artikel 2

a.

  1. De netbeheerder van het net op zee stelt de producent ten minste twee jaar van te voren op de hoogte van de startdatum van de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, derde lid, onderdeel b, en geeft daarbij aan de producent tevens aan wat de planning van die werkzaamheden is. 2. De producent heeft voordat hij overeenkomstig het eerste lid de producent op de hoogte heeft gesteld van de startdatum en planning, voor het bepalen van die startdatum en planning afstemming gezocht met de producent. 3. De onderhoudsperiode, bedoeld in artikel 2, derde lid, hoeft niet aaneengesloten te zijn.

Artikel 2

b.

Artikel 2

derde lid, aanhef en onderdeel b, is niet van toepassing op de houder van een vergunning als bedoeld in artikel 12 van de Wet windenergie op zee indien die vergunning is verleend voor 14 april 2022 en er na 14 april 2022 geen besluit is genomen door Onze Minister tot instemming met verlenging van de looptijd van die vergunning. DArtikel 4 wordt als volgt gewijzigd:1. Het tweede lid en derde lid komen te luiden: 2. Bij gehele of gedeeltelijke niet-beschikbaarheid van het net op zee wordt de hoogte van de vergoeding van schade berekend door de som van: a. het SDEK-subsidiebedrag verminderd met het SDEK-subsidiebedrag gedeeld door (1+i)5, waarbij i staat voor de discontovoet en b. de voor dat jaar geldende SDEK-elektriciteitsprijs.

te vermenigvuldigen met de hoeveelheid elektriciteit die in een kalenderjaar wegens niet-beschikbaarheid niet kon worden getransporteerd, verminderd met de hoeveelheid elektriciteit die in het in artikel 2, derde lid, genoemde aantal dagen geproduceerd kan worden, berekend op basis van het productieprofiel van het windpark. De uitkomst van deze berekening wordt vermeerderd met de gevolgschade. 3. De schade door uitgestelde inkomsten wordt berekend door de som van: a. het SDEK-subsidiebedrag verminderd met het SDEK-subsidiebedrag gedeeld door (1+i)16 en b. de SDEK-elektriciteitsprijs verminderd met de SDEK-elektriciteitsprijs gedeeld door (1+i)v-5 te vermenigvuldigen met de hoeveelheid elektriciteit die niet getransporteerd kon worden, berekend op basis van het productieprofiel van het windpark. Hierin is v gelijk aan de periode waarvoor de vergunning van het windpark is afgegeven. 2. Het vijfde lid komt te luiden: 5. Wanneer de netbeheerder van het net op zee dit noodzakelijk acht, voegt de producent bij de berekening van de hoogte van het recht op vergoeding van schade en de gegevens waarop deze berekening is gebaseerd een goedkeurende verklaring van een onafhankelijk accountant bij. 3. Er wordt een zevende lid toegevoegd, luidende: 7. Onze Minister stelt jaarlijks de discontovoet i, bedoeld in het tweede en derde lid, vast.

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2023 en werkt ten aanzien van artikel I, onderdelen B en C terug tot en met 14 april 2022.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. ’s-Gravenhage, 14 december 2022Willem-AlexanderDe Minister voor Klimaat en Energie, R.A.A. Jetten

Uitgegeven de negentiende december 2022 De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

  1. Algemeen

  1. Doel en aanleiding

    Een producent die elektriciteit opwekt met windturbines op zee heeft op grond van artikel 16f van de Elektriciteitswet 1998 recht op een vergoeding van schade in bepaalde gevallen waarin het net op zee niet beschikbaar is voor transport van geproduceerde elektriciteit. In het Besluit schadevergoeding net op zee (hierna: het besluit) worden nadere regels gesteld over het recht op schadevergoeding en de bestanddelen waaruit dit bestaat.

    Aanleiding voor wijziging van het besluit is de noodzaak om het op enkele punten te actualiseren in lijn met nieuwe ontwikkelingen. Een van deze nieuwe ontwikkelingen is de situatie dat inmiddels kavels voor windparken op zee worden gegund zonder verstrekking van subsidie. Ook blijkt het net op zee langer mee te moeten gaan dan waarmee bij het opstellen van het besluit rekening werd gehouden. De huidige vergunningen voor de windparken op zee waarop dit besluit betrekking heeft zijn namelijk afgegeven voor een periode van 30 jaar of langer. Deze vergunningsduur maakt het mogelijk om een windpark ten minste ca. 25 jaar in bedrijf te hebben. Deze langere levensduur van de windparken betekent ook dat het net op zee langer mee dient te gaan. Daarvoor is eenmalig grootschalig onderhoud nodig ter vervanging van componenten van het net op zee. Hierbij zal het net op zee enige tijd verminderd beschikbaar zijn. De noodzaak van dergelijk onderhoud is verder toegenomen doordat op 11 november 2021 de herziene Wet windenergie op zee van kracht is geworden (Stb. 2021, nr. 539). Met die herziening is artikel 15, tweede lid van die wet aangepast. Hierdoor is het voortaan mogelijk om een vergunning van ten hoogste 40 jaar voor windparken op zee te verlenen.

    Daarnaast zijn op basis van de ervaringen met het proces van oplevering van het net op zee voor windenergiegebied Borssele een aantal onderdelen in het besluit verduidelijkt en vereenvoudigd.

  2. Totstandkoming wijzigingsbesluit

    De inhoud van het voorliggende wijzigingsbesluit is tot stand gekomen door middel van een open en interactief proces waarbij partijen uit de windenergiesector en de netbeheerder van het net op zee (TenneT) inbreng hebben geleverd. Het ministerie van Financiën is als...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT