Besluit van 29 december 2020 tot wijziging van het Asbestverwijderingsbesluit 2005, het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen, het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving

Besluit van 29 december 2020 tot wijziging van het Asbestverwijderingsbesluit 2005, het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen, het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 3 november 2020, nr. IENW/BSK-2020/203479, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Gelet op de artikelen 8.40 en 9.2.2.1, eerste lid, van de Wet milieubeheer, 2, tweede lid, van de Woningwet en 4.3, eerste lid, van de Omgevingswet; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 25 november 2020, nr. W17.20.0401/IV); Gezien het nader rapport van de staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat van 18 december 2020, nr. IENW/BSK-2020/238719, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

In artikel 1, eerste lid, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005 worden de volgende begrippen met de daarbij behorende begripsomschrijving in de alfabetische rangschikking ingevoegd: asbest:

stoffen die een of meer van de volgende vezelachtige silicaten bevatten:1°. actinoliet (CAS-nummer 77536-66-4); 2°. amosiet (CAS-nummer 12172-73-5); 3°. anthofylliet (CAS-nummer 77536-67-5); 4°. chrysotiel (CAS-nummer 12001-29-5); 5°. tremoliet (CAS-nummer 77536-68-6); 6°. crocidoliet (CAS-nummer 12001-28-4); asbesthoudend product:

product waarin asbest voorkomt;

ARTIKEL II

In artikel 1.1, eerste lid, van het Bouwbesluit 2012 wordt in de begripsomschrijving bij het begrip «asbest» «artikel 1, eerste lid, onder a, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005» vervangen door «artikel 1, eerste lid, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005».

ARTIKEL III

Het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen wordt als volgt gewijzigd:Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:1. Categorie 5 komt te luiden: 5.a. kwikhoudende materialen en producten met een gehalte aan kwik van meer dan 50 mg/kg droge stof, tenzij: 1° de afvalstof door aanwezigheid van andere gevaarlijke stoffen dan kwik ook na het ontkwikken uitsluitend zou kunnen worden gestort, of 2° het een afvalstof betreft waarvoor een bedrijf dat voldoende is toegerust en vergund om afvalstoffen te ontkwikken, schriftelijk heeft verklaard dat deze afvalstof: i. niet doelmatig kan worden ontkwikt, of ii. zich vanwege de aard of samenstelling niet leent voor ontkwikken; b. kwikhoudende materialen en producten met een gehalte aan kwik van ten hoogste 10 mg/kg droge stof, tenzij de afvalstof verontreinigd is met veel onbrandbare verontreinigingen, zodat verbranden leidt tot diffuse verspreiding hiervan of tot relatief grote belasting van actief kool in de rookgasreiniging; 2. Categorie 33 komt te luiden: 33. a. hechtgebonden asbestcement of asbestcementproducten; b. asbesthoudend staalschroot; 3. Categorie 45 komt te luiden: 45. elektrische en elektronische apparatuur, bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder f, van de Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, met uitzondering van glas van de verwerking van zwart-wit CRT-beeldbuizen en de conus van kleur CRT-beeldbuizen, zowel glas dat gescheiden als in een gemengde fractie wordt aangeleverd;

ARTIKEL IV

In Bijlage I, onder A, van het Besluit bouwwerken leefomgeving wordt in de begripsomschrijving bij het begrip «asbest» «artikel 1, eerste lid, onder a, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005» vervangen door «artikel 1, eerste lid, van het Asbestverwijderingsbesluit 2005».

ARTIKEL V

Dit besluit treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. Apeldoorn, 29 december 2020Willem-AlexanderDe Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Uitgegeven de veertiende januari 2021 De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

NOTA VAN TOELICHTING

I Algemeen

  1. Onderwerpen van dit besluit

    Dit besluit heeft allereerst tot doel om de wettelijke stortverboden in artikel 1, eerste lid, van het Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen (hierna: Bssa) in overeenstemming te brengen met het nieuwe beleid voor het storten van afvalstoffen dat is vastgelegd in het landelijk afvalbeheerplan 3 (hierna: LAP3).1 LAP3 is vastgesteld op grond van artikel 10.3 van de Wet milieubeheer. Er worden drie stortverboden aangepast (artikel III).

    Tevens worden technische wijzigingen aangebracht in het Asbestverwijderingsbesluit 2005, het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving op grond van de Omgevingswet (artikelen I, II en IV). In deze besluiten wordt een omschrijving van het begrip «asbest» opgenomen. De reden hiervoor wordt besproken in de artikelsgewijze toelichting.

  2. Wettelijke stortverboden

    Op grond van artikel 1, eerste lid, Bssa is het verboden om in een inrichting die is aangewezen in onderdeel C van bijlage I bij het Besluit omgevingsrecht, afvalstoffen te storten die vallen onder een van de categorieën die in artikel 1, eerste lid, Bssa zijn opgenomen. De reden voor deze stortverboden is dat er voor de desbetreffende afvalstoffen verwerkingsmogelijkheden bestaan of in een vergevorderd stadium van ontwikkeling zijn, met name recycling of een andere nuttige toepassing. Die verwerkingsmethoden scoren in de voorkeursvolgorde voor de verwerking van afvalstoffen (afvalhiërarchie) beter dan storten en zijn daarom in LAP3 als minimumstandaard aangewezen. De voorkeursvolgorde is opgenomen in artikel 10.4 van de Wet milieubeheer, ter implementatie van de Kaderrichtlijn afvalstoffen.2

    In totaal zijn in artikel 1, eerste lid, nu 45 categorieën van afvalstoffen opgenomen waarvoor een stortverbod geldt. Het gaat om afvalstoffen die zowel van bedrijven als huishoudens afkomstig zijn.

    Drie categorieën van artikel 1, eerste lid, Bssa moeten worden aangepast. De aanpassingen zijn nodig om een goede invulling te geven aan de afvalhiërarchie en om de daaruit resulterende minimumstandaarden uit LAP3 in te voeren.

    Het gaat om:a) het aanpassen van het stortverbod voor kwikhoudend afval (categorie 5; nog niet in werking getreden3) aan een wijziging van de minimumstandaard voor verwerking; b) het opnemen van een nieuw stortverbod voor asbesthoudend staalschroot (categorie 33; nog niet in werking getreden), omdat een nieuwe verwerkingstechniek beschikbaar komt waarbij asbesthoudend staalschroot van het asbest kan worden ontdaan; c) het aanpassen van het stortverbod voor afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (categorie 45) aan een wijziging van de minimumstandaard voor de verwerking van CRT-beeldbuizen.

    Daarnaast is het nodig om in categorie 45 de daarin opgenomen verwijzing naar het Besluit beheer elektrische en elektronische apparatuur aan te passen. Dat besluit is inmiddels namelijk ingetrokken. Hiervoor is de Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur in de plaats gekomen.

    Voor een toelichting op de aanpassingen wordt verwezen naar de toelichting op artikel III.

  3. Gevolgen voor bedrijven, burgers en bestuursorganen

    Vanaf het moment van het van kracht worden van de nieuwe stortverboden voor asbesthoudend staalschroot en kwikhoudende materialen en producten moeten die afvalstoffen op een andere wijze dan storten worden beheerd. De alternatieve verwerkingsmethoden zijn duurder dan storten.

    Het storten van asbesthoudend staalschroot kost ongeveer tussen € 75,– en € 100,– per ton. Het stortverbod zal volgens het LAP3 pas ingaan als er alternatieven voor verwerking zijn ontwikkeld waarvan de kosten beneden € 205,– per ton blijven. De wijziging van categorie 33 zal daarom pas op dat moment ingaan (zie artikel V dat voorziet in een inwerkingtreding van dit besluit bij koninklijk besluit dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan op een verschillend tijdstip kan worden vastgesteld).

    Er is getracht om op basis van de beschikbare gegevens een indicatie te geven van de totale kosten. Uitgaande van de geschatte hoeveelheid van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT