Besluit van 30 januari 2023 tot wijziging van enkele vervaldata van wettelijke voorzieningen die zijn getroffen in verband met de uitbraak van COVID-19

Besluit van 30 januari 2023 tot wijziging van enkele vervaldata van wettelijke voorzieningen die zijn getroffen in verband met de uitbraak van COVID-19

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister voor Rechtsbescherming van 27 januari 2023, nr. 4420466, Directie Wetgeving en Juridische Zaken, in overeenstemming met Onze Minister van Justitie en Veiligheid; Gelet op artikel 35, derde en vijfde lid, van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid, en artikel 5.4, vijfde lid, van de Tweede Verzamelspoedwet COVID-19, Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

(Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid).

Het tijdstip van verval van de artikelen 2, 2a, 27, 28, 33 en 34 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid wordt vastgesteld op 1 april 2023.

Artikel 2

(Tweede Verzamelspoedwet COVID-19).

Het tijdstip van verval van artikel 3.4 van de Tweede Verzamelspoedwet COVID-19 wordt vastgesteld op 1 april 2023.

Onze Minister voor Rechtsbescherming is belast met de uitvoering van dit besluit dat met de nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst. Kralendijk, Bonaire, 30 januari 2023Willem-AlexanderDe Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

Uitgegeven de eenendertigste januari 2023 De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

NOTA VAN TOELICHTING

In 2020 zijn door middel van verschillende wetten juridische voorzieningen gerealiseerd in verband met de COVID-19-uitbraak die het mogelijk maken op diverse terreinen problemen als gevolg van de beperkende maatregelen te voorkomen of mitigeren.

In een aantal gevallen is de tijdelijkheid van deze voorzieningen expliciet vastgelegd doordat een vervaldatum voor de betreffende wettelijke bepalingen is vastgesteld. In een deel van deze tijdelijke voorzieningen is verlenging van de geldigheid mogelijk door bij koninklijk besluit een latere vervaldatum vast te stellen die ten hoogste twee maanden na de eerdere vervaldatum ligt. Er is geen maximum gesteld aan het aantal malen dat een verlenging langs deze weg kan plaatsvinden. Dit wettelijke systeem leidt er daardoor toe dat met redelijk korte intervallen een herijking plaatsvindt van de noodzaak tot continuering van de betreffende voorzieningen, en waar nodig een verantwoording tegenover het parlement.

Bij brief van 5 december 2022 heb ik de beide Kamers van de Staten-Generaal...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT