Besluit van 5 november 2019 tot wijziging van het Schepelingenbesluit en het Besluit aanwijzing verdragen Wet havenstaatcontrole vanwege de uitvoering van het Verdrag betreffende werk in de visserijsector (Trb. 2011, 152) en van Richtlijn (EU) 2017/159 van de Raad van 19 december 2016 tot uitvoering van de op 21 mei 2012 door het Algemeen Comité van de landbouwcoöperaties van de Europese Unie (COGECA), de Europese Federatie van vervoerswerknemers (EFT) en de Vereniging van de nationale organisaties van visserijondernemingen in de Europese Unie (Europêche) gesloten Overeenkomst betreffende de uitvoering van het Verdrag betreffende werk in de visserijsector van de Internationale Arbeidsorganisatie uit 2007 (PbEU 2017, L 25) en tot wijziging van het Besluit zeevarenden vanwege enkele correcties inzake de uitvoering van het STCW F-verdrag
Besluit van 5 november 2019 tot wijziging van het Schepelingenbesluit en het Besluit aanwijzing verdragen Wet havenstaatcontrole vanwege de uitvoering van het Verdrag betreffende werk in de visserijsector (Trb. 2011, 152) en van Richtlijn (EU) 2017/159 van de Raad van 19 december 2016 tot uitvoering van de op 21 mei 2012 door het Algemeen Comité van de landbouwcoöperaties van de Europese Unie (COGECA), de Europese Federatie van vervoerswerknemers (EFT) en de Vereniging van de nationale organisaties van visserijondernemingen in de Europese Unie (Europêche) gesloten Overeenkomst betreffende de uitvoering van het Verdrag betreffende werk in de visserijsector van de Internationale Arbeidsorganisatie uit 2007 (PbEU 2017, L 25) en tot wijziging van het Besluit zeevarenden vanwege enkele correcties inzake de uitvoering van het STCW F-verdrag
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 20 augustus 2019, nr. IENW/BSK-2019/146060 Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Gelet op het Verdrag betreffende werk in de visserijsector (Trb. 2011, 152) en Richtlijn (EU) 2017/159 van de Raad van 19 december 2016 tot uitvoering van de op 21 mei 2012 door het Algemeen Comité van de landbouwcoöperaties van de Europese Unie (COGECA), de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) en de Vereniging van de nationale organisaties van visserijondernemingen in de Europese Unie (Europêche) gesloten Overeenkomst betreffende de uitvoering van het Verdrag betreffende werk in de visserijsector van de Internationale Arbeidsorganisatie uit 2007 (PbEU 2016, L 25); Gelet op de artikelen 407 van het Wetboek van Koophandel jo. artikel XII, eerste lid, van de Wet van 6 juli 2011 inzake implementatie van het op 23 februari 2006 te Genève tot stand gekomen Maritiem Arbeidsverdrag, 2006 (Trb. 2007, 93), artikel 1, onderdeel b, onder 10°, van de Wet havenstaatcontrole en 18, derde lid, en 19, eerste lid, van de Wet zeevarenden; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 9 oktober 2019, nr. W17.19.0251/IV); Gezien het nader rapport van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 31 oktober 2019, nr. IENW/BSK-2019/226183, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Hebben goedgevonden en verstaan:
In het Schepelingenbesluit worden na artikel 85, in hoofdstuk IX twee artikelen ingevoegd, luidende:
Dit besluit is niet van toepassing op een nieuw vissersvaartuig als bedoeld in bijlage II, voorschrift 2, onder b, van Richtlijn (EU) 2017/159 van de Raad van 19 december 2016 tot uitvoering van de op 21 mei 2012 door het Algemeen Comité van de landbouwcoöperaties van de Europese Unie (COGECA), de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) en de Vereniging van de nationale organisaties van visserijondernemingen in de Europese Unie (Europêche) gesloten Overeenkomst betreffende de uitvoering van het Verdrag betreffende werk in de visserijsector van de Internationale Arbeidsorganisatie uit 2007 (PbEU 2016, L 25).
Dit besluit berust mede op artikel 64 van de Wet zeevarenden.
Aan artikel 1 van het Besluit aanwijzing verdragen Wet havenstaatcontrole worden onder vervanging van de punt door een puntkomma aan het slot, drie onderdelen toegevoegd, luidende: e. het op 7 juli 1995 te Londen tot stand gekomen Verdrag betreffende de normen inzake opleiding, diplomering en wachtdienst van personeel van vissersschepen (Trb. 2013, 218); f. het op 14 juni 2007 te Genève tot stand gekomen Verdrag betreffende werk in de visserijsector (IAO-Verdrag nr. 188) (Trb. 2011, 152); g. het op 18 mei 2007 te Nairobi tot stand gekomen Internationaal Verdrag inzake het opruimen van wrakken, 2007 (Trb. 2008, 115).
Het Besluit zeevarenden wordt als volgt gewijzigd:AIn artikel 16, eerste lid, aanhef, vervalt «, kennisbewijs stuurman-werktuigkundige SW5». BIn artikel 28f, eerste lid, aanhef, wordt na «kennisbewijs wachtwerktuigkundige tot 3.000 kW» ingevoegd «, kennisbewijs stuurman-werktuigkundige kleine schepen». CIn artikel 42, derde lid, wordt «onbeperkt vaargebied» vervangen door «beperkt vaargebied».
Dit besluit treedt in werking met ingang van 15 november 2019.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT