Besluit van 4 september 2014 tot wijziging van het Besluit hernieuwbare energie vervoer en het Besluit brandstoffen luchtverontreiniging in verband met vaststelling van de jaarverplichting voor 2015 en enkele technische verbeteringen

Besluit van 4 september 2014 tot wijziging van het Besluit hernieuwbare energie vervoer en het Besluit brandstoffen luchtverontreiniging in verband met vaststelling van de jaarverplichting voor 2015 en enkele technische verbeteringen

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Op de voordracht van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 25 juni 2014, nr. IenM/BSK-2014/132895, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Gelet op artikel 67 van Verordening (EU) nr. 601/2012 van de Commissie van 21 juni 2012 inzake de monitoring en rapportage van de emissies van broeikasgassen overeenkomstig Richtlijn 2003/87/EG van het Europees Parlement en de Raad (PbEU 2012, L 181), Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1998 betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en tot wijziging van Richtlijn 93/12/EEG van de Raad (PbEG 1998, L 350) en op de artikelen 9.2.2.1 en 9.2.2.6a van de Wet milieubeheer; De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 23 juli 2014, nr. W14.14.0207/IV);Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu van 1 september 2014, nr. IenM/BSK-2014/190967, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken; Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Het Besluit hernieuwbare energie vervoer wordt als volgt gewijzigd:AArtikel 1 wordt als volgt gewijzigd:1. Het begrip «mobiele machines» komt te luiden: mobiele machine:

een niet voor de weg bestemde mobiele machine als bedoeld in artikel 1 van richtlijn 97/68/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1997 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake maatregelen tegen de uitstoot van verontreinigende gassen en deeltjes door inwendige verbrandingsmotoren die worden gemonteerd in niet voor de weg bestemde mobiele machines (PbEG 1997, L59) en een trekker als bedoeld in artikel 2 van richtlijn 2003/37/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 mei 2003 betreffende de typegoedkeuring van landbouw- of bosbouwtrekkers en aanhangwagens, verwisselbare getrokken machines, systemen, onderdelen en technische eenheden daarvan en tot intrekking van Richtlijn 74/150/EEG van de Raad (PbEG 2003, L171);. 2. In de begripsomschrijving van registratieplichtige wordt «onderdeel k» vervangen door: onderdeel l. BArtikel 3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:1. In onderdeel d vervalt «en». 2. Onderdeel e wordt geletterd f. 3. Na onderdeel d wordt een onderdeel ingevoegd, luidende: e. 2015 ten minste 6,25 procent, en. CIn artikel 5, tweede lid, wordt «1 maart» vervangen door: 1 april.DIn de artikelen 6, derde lid, 6b, derde lid, en 6c, derde lid, wordt «registratieplichtigen» vervangen door: geregistreerden. EIn artikel 6c, vierde lid, wordt «wordt meegeteld voor de jaarvracht van een luchtvaartmaatschappij, bedoeld in artikel 16.39f van de Wet milieubeheer» vervangen door: als verbrande biomassa wordt gerapporteerd in het emissieverslag, bedoeld in artikel 67 van de Verordening monitoring en rapportage emissiehandel.

ARTIKEL II

Het Besluit brandstoffen luchtverontreiniging wordt als volgt gewijzigd:AIn artikel 1 wordt in de begripsomschrijving van rapportageplichtige «onderdeel k» vervangen door: onderdeel l. BIn artikel 2.9, derde lid, wordt «1 maart» vervangen door: 1 april.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnootWassenaar, 4 september 2014Willem-AlexanderDe Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, W.J. Mansveld

Uitgegeven de negentiende september 2014 De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING1

  1. Algemeen

  1. Inleiding, aanleiding en noodzaak

    Dit besluit wijzigt het Besluit hernieuwbare energie vervoer en het Besluit brandstoffen luchtverontreiniging vanwege de volgende aspecten: – In de brief aan de Tweede Kamer der Staten Generaal van 6 september 2013 inzake de Kabinetsaanpak Klimaatbeleid op weg naar 2020 (Kamerstukken II 2012/13, 32 813, nr. 57) is de Tweede Kamer geïnformeerd over het besluit om de jaarverplichting voor 2015 vast te stellen op 6,25 procent. Met dit wijzigingsbesluit wordt hieraan uitvoering gegeven. – De uiterste datum voor het inleveren van de biobrandstoffenbalans van het voorafgaande kalenderjaar is op verzoek van het bedrijfsleven van 1 maart gewijzigd in 1 april. Voor bedrijven die biobrandstoffen bijmengen, bleek de bestaande termijn te vroeg te zijn om de administratie inzake de duurzaamheid en de dubbeltelling van biobrandstoffen volledig af te ronden. – Tot nu toe konden biotickets door vrijwillige deelnemers alleen worden verkocht aan de registratieplichtigen. Er was geen duidelijke reden waarom biotickets niet aan vrijwillige deelnemers verkocht konden worden. Met het onderhavige besluit is de situatie voor registratieplichtigen en vrijwillige deelnemers daarom gelijk getrokken. – In verband met het vervallen en wijzigen van bepalingen in de Wet op de accijns2 en de Wet milieubeheer3, is met dit besluit een aantal verwijzingen in het Besluit hernieuwbare energie vervoer en het Besluit brandstoffen...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT