Wet van 26 juni 2013 tot aanpassing van de Wet op de ondernemingsraden in verband met wijziging van de financiering van het scholingssysteem voor leden van de ondernemingsraad en enkele andere wijzigingen van deze wet

Wet van 26 juni 2013 tot aanpassing van de Wet op de ondernemingsraden in verband met wijziging van de financiering van het scholingssysteem voor leden van de ondernemingsraad en enkele andere wijzigingen van deze wet

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het scholingssysteem voor leden van de ondernemingsraad, in het bijzonder de financiering van dat systeem, te wijzigen, het recht van de ondernemingsraad op informatie over zeggenschapsverhoudingen binnen internationale concerns te verduidelijken, de verplichte bemiddeling in het kader van de geschillenprocedure te laten vervallen en de eis voor het indienen van een kandidatenlijst voor de verkiezing van leden van de ondernemingsraad door in een onderneming werkzame kiesgerechtigde personen die geen lid zijn van een vereniging van werknemers, te verlichten; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I WIJZIGINGEN VAN DE WET OP DE ONDERNEMINGSRADEN

De Wet op de ondernemingsraden wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 5, derde lid, vervalt de tweede zin. B In artikel 8, eerste lid, vierde zin, vervalt: en aan de bedrijfscommissie. Ba Artikel 9, tweede lid, onderdeel b, komt te luiden: b. iedere in de onderneming werkzame kiesgerechtigde persoon of groep van personen, niet zijnde lid van een vereniging als bedoeld onder a welke een kandidatenlijst heeft ingediend. C In artikel 18, tweede lid, wordt na «scholing en vorming» ingevoegd: van voldoende kwaliteit. D Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd: 1. In het tweede lid wordt «derde lid» vervangen door: vierde lid. 2. Onder vernummering van het derde tot vierde lid, wordt een nieuw derde lid ingevoegd, luidende: 3. Met inachtneming van het eerste lid komen de kosten van scholing en vorming, bedoeld in artikel 18, tweede lid, ten laste van de ondernemer. De Raad kan voor verschillende kosten verbonden aan scholing en vorming richtbedragen vaststellen. 3. In het vierde lid (nieuw) wordt «artikelen 17 en 18» vervangen door: 17 en 18, eerste lid...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT