Wet van 4 december 2003 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand alsmede aanpassing van de Wet op de rechtsbijstand aan de Algemene wet bestuursrecht

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 2003

502

Wet van 4 december 2003 tot wijziging van de Wet op de rechtsbijstand naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand alsmede aanpassing van de Wet op de rechtsbijstand aan de Algemene wet bestuursrecht

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet op de rechtsbijstand te wijzigen naar aanleiding van de evaluatie van de Wet op de rechtsbijstand alsmede die wet aan te passen aan de Algemene wet bestuursrecht;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet op de rechtsbijstand1 wordt als volgt gewijzigd:

A

In het eerste lid van artikel 1 wordt in onderdeel c «het aan de raad verbonden bureau» vervangen door: het onder de raad ressorterende bureau.

Aa

In artikel 1, onder f, wordt voor de puntkomma ingevoegd: , alsmede degene die met het oog op de toepassing van artikel 51a van het Wetboek van Strafvordering als benadeelde partij zijn schade wil vorderen.

B

Artikel 2

wordt als volgt gewijzigd:

  1. Het derde lid komt te luiden: 3. Onder de raad ressorteert een bureau rechtsbijstandvoorziening.

  2. Het vierde lid komt te luiden:

    Staatsblad 2003 502 1

  3. De raad subsidieert binnen zijn ressort een of meer stichtingen rechtsbijstand.

    C

    In het tweede lid van artikel 3 komt de eerste zin te luiden: Onze Minister benoemt, schorst en ontslaat de voorzitter en de overige leden van de raad.

    D

Artikel 5

wordt als volgt gewijzigd:

  1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

  2. In het eerste lid wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel b door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende: c. om zwaarwegende redenen.

  3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende: 2. Schorsing vindt plaats wegens zwaarwegende redenen.

E

In afdeling 1 van hoofdstuk II wordt na artikel 6 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 6

a.

De raad stelt een bestuursreglement vast. Het reglement behoeft de goedkeuring van Onze Minister.

F

Artikel 7

wordt als volgt gewijzigd:

  1. De tweede volzin van het eerste lid komt te luiden: De raad draagt zorg voor een zo evenwichtig mogelijke spreiding van het aanbod van de verlening van rechtsbijstand in het ressort alsmede voor een zo doelmatig mogelijke besteding van de hem ter beschikking staande middelen. 2. Na het eerste lid wordt onder vernummering van het tweede en derde lid tot derde en vierde lid, een lid ingevoegd, luidende: 2. De raad heeft voorts tot taak: a. het nemen van besluiten op aanvragen om rechtsbijstand en die om verlening van toevoegingen; b. de vaststelling en uitbetaling van vergoedingen aan rechtsbijstandverleners; c. de controle op werkzaamheden van rechtsbijstandverleners, voorzover deze niet elders in deze wet aan anderen is opgedragen. 3. In het derde lid wordt na de tweede volzin ingevoegd: Het jaarplan geeft inzicht in de regels die ten grondslag liggen aan het werkplan van de stichting, bedoeld in artikel 23.

G

De tweede volzin van artikel 8 vervalt.

H

Artikel 9

wordt als volgt gewijzigd:

Staatsblad 2003 502 2

  1. Onder vernummering van het derde en vierde lid tot tweede en derde lid vervalt het tweede lid.

  2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende: 4. Indien de raad zijn taken, bedoeld in artikel 7, eerste en tweede lid, naar het oordeel van Onze Minister ernstig verwaarloost, kan Onze Minister zonodig voorzieningen treffen. Onze Minister doet hiervan terstond mededeling aan de Staten-Generaal.

I

Artikel 10

vervalt.

J

Artikel 11

wordt als volgt gewijzigd:

  1. Onder vernummering van het derde en vijfde lid tot eerste en tweede lid vervallen het eerste, tweede en vierde lid.

  2. In het nieuwe eerste lid wordt na «de overige personeelsleden» ingevoegd «van het onder de raad ressorterende bureau,» en wordt «De bepalingen van de Zevende Titel A van Boek 7A» vervangen door: De bepalingen van titel 10 van Boek 7.

  3. In het nieuwe tweede lid vervalt: nadere.

    K

    Het tweede lid van artikel 12 wordt als volgt gewijzigd:

  4. In de onderdelen a, c en d wordt telkens «het daartoe strekkende verzoek» vervangen door: de daartoe strekkende aanvraag.

  5. Onderdeel e komt te luiden: e. het rechtsbelang waarop de aanvraag betrekking heeft, de uitoefening van een zelfstandig beroep of bedrijf betreft, tenzij:

    1. voortzetting van het beroep of bedrijf voorzover het niet in de vorm van een rechtspersoon wordt gevoerd, afhankelijk is van het resultaat van de aangevraagde rechtsbijstand, of

    2. het beroep of bedrijf ten minste één jaar geleden is beëindigd, de aanvrager in eerste aanleg als verweerder bij een procedure is betrokken of betrokken is geweest en de kosten van rechtsbijstand niet op andere wijze kunnen worden vergoed.

  6. In onderdeel g wordt «aan verzoeker zelf» vervangen door: aan de aanvrager zelf.

    L

    In artikel 14 wordt «die de wens daartoe te kennen hebben gegeven» vervangen door: die daartoe een aanvraag hebben ingediend.

    M

    Het tweede lid van artikel 17 wordt als volgt gewijzigd:

  7. In onderdeel b wordt voor de puntkomma ingevoegd: of zorgvuldigheid.

    Staatsblad 2003 502 3

  8. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, worden de volgende onderdelen toegevoegd, luidende: d. indien naar zijn oordeel genoegzaam is gebleken dat de advocaat herhaaldelijk onjuiste informatie heeft verstrekt ten behoeve van het vaststellen van de vergoeding; e. indien de advocaat niet voldoet aan de eisen gesteld aan de wijze van indiening van een aanvraag om een toevoeging; f. indien de advocaat niet voldoet aan de eisen gesteld aan de inrichting en de wijze van indiening van een aanvraag om vaststelling van de vergoeding.

    N

    In het eerste lid van artikel 18 wordt « Er is in elk arrondissement een stichting rechtsbijstand» vervangen door: In elk ressort als bedoeld in artikel 2 zijn er één of meer stichtingen rechtsbijstand,.

    O

    In het tweede lid van artikel 19 wordt aan het slot van de eerste volzin voor de punt ingevoegd:, behalve in het geval de rechtzoekende met het oog op de toepassing van artikel 51a van het Wetboek van Strafvordering als benadeelde partij zijn schade wil vorderen.

    P

    In artikel 20 vervalt onder vernummering van het vierde tot het derde lid, het derde lid.

    Q

    Aan artikel 21 wordt een volzin toegevoegd, luidende: Het jaarplan vermeldt per stichting het aantal medewerkers in vaste dienst dat met de verlening van rechtsbijstand is belast.

    R

    In het eerste lid van artikel 23 vervalt de laatste volzin.

    S

Artikel 24

wordt als volgt gewijzigd:

  1. In het eerste lid wordt «Het bureau geeft desverzocht een toevoeging af» vervangen door: De raad beslist op de aanvraag om een toevoeging.

  2. Het tweede lid komt te luiden: 2. De rechtsbijstandverlener dient mede namens de rechtzoekende, een aanvraag om een toevoeging in bij de raad in het ressort waar de rechtsbijstandverlener kantoor houdt. De aanvraag wordt mede namens de rechtzoekende, ondertekend door de rechtsbijstandverlener.

  3. In het derde lid wordt «Een verzoek om...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT