Wet van 18 december 1997 tot wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en van de Invorderingswet 1990 in verband met de herziening van het stelsel van bestuurlijke boeten en van het fiscale strafrecht

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Jaargang 1997

738

Wet van 18 december 1997 tot wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en van de Invorderingswet 1990 in verband met de herziening van het stelsel van bestuurlijke boeten en van het fiscale strafrecht

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het stelsel van bestuurlijke boeten in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, mede met het oog op de werking van het Europese Verdrag tot bescherming van de Rechten van de mens en de fundamentele vrijheden alsmede van het Internationale Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, te herzien, de mogelijkheid te scheppen voor het opleggen van een boete bij de vaststelling van definitieve aanslagen en in samenhang daarmee het fiscale strafrecht te herzien alsmede in verband met een en ander de Invorderingswet 1990 te wijzigen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Algemene wet inzake rijksbelastingen1 wordt als volgt gewijzigd.

  1. Aan artikel 1, eerste lid, wordt, vóór de punt aan het slot, ingevoegd: , alsmede bij de heffing van heffingsrente, revisierente en bestuurlijke boeten welke ingevolge de belastingwet kunnen worden vastgesteld of opgelegd.

  2. Artikel 2, derde lid, onderdeel b, wordt vervangen door: b. directeur, inspecteur, boete-inspecteur of ontvanger: de directeur, de inspecteur, de boete-inspecteur of de ontvanger, die inzake andere rijksbelastingen dan het invoerrecht bevoegd is;.

  3. In artikel 3, eerste lid, wordt de zinsnede «directeur, inspecteur of ontvanger» vervangen door: directeur, inspecteur, boete-inspecteur of ontvanger.

  4. Artikel 5, tweede lid, wordt vervangen door:

    Staatsblad 1997 738 1

    1. Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot het door de inspecteur of de boete-inspecteur nemen van een beschikking of het doen van uitspraak strekkende tot - al dan niet nadere - vaststelling van een ingevolge de belastingwet verschuldigd of terug te geven bedrag. 3. De inspecteur, onderscheidenlijk de boete-inspecteur, vermeldt op het aanslagbiljet of in de kennisgeving van de beschikking of uitspraak in ieder geval de termijn of de termijnen waarbinnen het verschuldigde of terug te geven bedrag moet worden betaald. Indien op het aanslagbiljet of in de kennisgeving het bedrag van een vergrijpboete is vermeld, wordt op het aanslagbiljet of in de kennisgeving tevens vermeld dat op verzoek uitstel van betaling wordt verleend zolang de boete nog niet onherroepelijk vaststaat.

  5. In artikel 9 vervallen het derde lid, laatste volzin, alsmede het vierde en vijfde lid.

  6. Artikel 17 vervalt.

  7. Artikel 18 vervalt.

  8. Artikel 21 vervalt.

    I. Artikel 22 vervalt.

  9. Artikel 23 komt te luiden:

Artikel 23
  1. Hij die bezwaar heeft tegen een hem opgelegde aanslag, daaronder begrepen bezwaar betreffende de in artikel 15 voorgeschreven verrekening, tegen een navorderingsaanslag, tegen een naheffingsaanslag of tegen een ingevolge enige bepaling van de belastingwet genomen voor bezwaar vatbare beschikking, kan een bezwaarschrift indienen. 2. Een bezwaarschrift kan mede worden ingediend door degene van wie inkomens- of vermogensbestanddelen zijn begrepen in het voorwerp van de belasting waarop de in het eerste lid bedoelde belastingaanslag of de voor bezwaar vatbare beschikking betrekking heeft. 3. De inspecteur, onderscheidenlijk de boete-inspecteur, stelt de in het tweede lid bedoelde belanghebbende desgevraagd op de hoogte van de gegevens met betrekking tot de belastingaanslag of de beschikking voor zover deze gegevens voor het maken van bezwaar redelijkerwijs van belang kunnen worden geacht.

  1. Artikel 24a komt te luiden:

Artikel 24

a.

  1. Indien de bedragen van een belastingaanslag en van een of meer voor bezwaar vatbare beschikkingen opéén aanslagbiljet zijn vermeld, kunnen de bezwaren worden vervat inéén bezwaarschrift. 2. Indien het bezwaarschrift mede het bezwaar tegen de oplegging van een bestuurlijke boete omvat, wordt het bezwaarschrift, in afwijking van artikel 6:4 van de Algemene wet bestuursrecht, ingediend bij de inspecteur.

L.1. In artikel 25, eerste lid, wordt na «inspecteur» ingevoegd: , dan wel, indien het bezwaar is gericht tegen een bestuurlijke boete, de boete-inspecteur,. L.2. In het tweede lid wordt na «inspecteur» ingevoegd: , onderscheidenlijk de boete-inspecteur,.

Staatsblad 1997 738 2

L.3. In het derde lid wordt na «inspecteur» ingevoegd: , onderscheidenlijk de boete-inspecteur,. L.4. In het zesde lid wordt «een aanslag, een navorderingsaanslag of een naheffingsaanslag» vervangen door: een belastingaanslag. L.5. In het zevende lid wordt «kan de inspecteur uitspraak op die bezwaren doen bij gezamenlijke uitspraak» vervangen door: kunnen de uitspraken daarop inéén geschrift worden vervat.

M.1. Artikel 26, eerste lid, wordt vervangen door: 1. Tegen een uitspraak van de inspecteur of de boete-inspecteur op een bezwaarschrift staat beroep open bij de rechter tot wiens rechtsgebied de standplaats behoort van de inspecteur of de boete-inspecteur die de uitspraak heeft gedaan.

M.2. In het tweede lid wordt «artikel 23, eerste lid, tweede volzin», «van genoemde volzin», onderscheidenlijk «artikel 23, tweede lid» vervangen door: «artikel 23, tweede lid», «van genoemd lid», onderscheidenlijk «artikel 23, derde lid».

M.3. In het derde lid wordt «de vraag welke inspecteur bevoegd is» vervangen door: de vraag welke inspecteur, onderscheidenlijk boeteinspecteur bevoegd is.

  1. Vervallen

  2. In artikel 28, tweede lid, wordt «belastingbedrag of - bij gebreke van zodanig bedrag -» vervangen door: bedrag of - bij gebreke hiervan -.

  3. Na artikel 28 wordt ingevoegd:

Artikel 28

a.

Bij het instellen van beroep is artikel 24a, eerste lid, van overeenkomstige toepassing.

Q.1. Aan artikel 29, eerste lid, wordt een nieuwe volzin toegevoegd, luidende: De vorige volzin vindt geen toepassing voor zover het beroep is gericht tegen een vergrijpboete.

Q.2. Na het tweede lid wordt een lid toegevoegd, luidende: 3. Indien meer danéén beroepschrift is ingediend en het beroep zowel betrekking heeft op een belastingaanslag als op een ingevolge enige bepaling van de belastingwet genomen beschikking en de bedragen daarvan opéén aanslagbiljet zijn vermeld, kan de rechter bijéén gezamenlijke uitspraak beslissen.

  1. Na artikel 29 wordt ingevoegd:

Artikel 29

a.

De rechter kan bij uitspraak afwijken van het bedrag waarop de boete-inspecteur de bestuurlijke boete heeft vastgesteld.

  1. In artikel 30a vervalt het vijfde lid en wordt het zesde lid vernummerd tot vijfde lid.

  2. Vervallen

    U.1. Artikel 59, eerste lid, eerste volzin, komt te luiden: Indien een verzoekschrift meer danéén belastingaanslag of beschikking betreft, niet voorkomende op een zelfde aanslagbiljet, stelt de inspecteur of de boete-inspecteur de verzoeker in de gelegenheid het geschrift te vervangen door zoveel verzoekschriften als er aanslagbiljetten en niet op een zodanig biljet voorkomende beschikkingen zijn.

    Staatsblad 1997 738 3

    Voorts vervalt in de tweede volzin: door de inspecteur.

    U.2. Aan het artikel wordt een nieuw derde lid toegevoegd, luidende: 3. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de boete-inspecteur.

    V.1. In artikel 60, eerste lid, wordt «de inspecteur» vervangen door: de inspecteur of de boete-inspecteur. V.2. In het tweede lid wordt na «de inspecteur» ingevoegd: , onderscheidenlijk de boete-inspecteur.

  3. Artikel 65, eerste lid, eerste volzin, wordt vervangen door: Een onjuiste belastingaanslag of beschikking kan ambtshalve worden verminderd door de inspecteur, dan wel, indien het een bestuurlijke boete betreft, door de boete-inspecteur.

    X. In artikel 66 wordt «Van de in een belastingaanslag begrepen verhoging» vervangen door: Van de bij beschikking opgelegde boete.

  4. Na artikel 67 wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK VIIIA Artículos 67 a 69

Bestuurlijke boeten

AFDELING 1 BEBOETBARE FEITEN Artículo 67

Paragraaf 1. Verzuimboeten Artikel 67a

Indien de belastingplichtige de aangifte voor een belasting welke bij wege van aanslag wordt geheven niet, dan wel niet binnen de door de inspecteur ingevolge artikel 9, derde lid, gestelde termijn heeft gedaan, vormt dit een verzuim ter zake waarvan de boete-inspecteur hem, gelijktijdig met de vaststelling van de aanslag door de inspecteur, een boete van ten hoogste f 2 500 kan opleggen.

Artikel 67

b.

  1. Indien de belastingplichtige of de inhoudingsplichtige de aangifte voor een belasting welke op aangifte moet worden voldaan of afgedragen niet, dan wel niet binnen de in artikel 10 bedoelde termijn heeft gedaan, vormt dit een verzuim ter zake waarvan de boete-inspecteur hem een boete van ten hoogste f 250 kan opleggen. 2. De bevoegdheid tot het opleggen van de boete vervalt door verloop van een jaar na het einde van de termijn waarbinnen de aangifte had moeten worden gedaan.

Artikel 67

c.

  1. Indien de belastingplichtige of de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT