Uitspraak Nº 001009-22. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2022-10-27

ECLIECLI:NL:GHSHE:2022:3784
Docket Number001009-22
Date27 Octubre 2022
CourtGerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Afdeling strafrecht

Raadkamerappelnummer: AVNR. 001009-22

Parketnummer 1e aanleg: [nummer]

Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft gezien de akte van de griffier van de rechtbank [plaats 1] van 8 september 2022, waarbij namens:

[verdachte]

[geboortedatum en plaats]

[adres]

[detentieplaats]

hoger beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank [plaats 2] van 6 september 2022, bij welke beslissing het verzoek tot opheffing van de aan [verdachte] opgelegde voorlopige hechtenis werd afgewezen.

Het hof heeft gezien de beschikking waarvan beroep.

Het hof heeft gehoord de advocaat-generaal en verdachte, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. W.E.R. Geurts.

Het hof heeft kennis genomen van het dossier.

Uit het dossier blijkt dat verdachte wordt verweten medeplegen van belaging gedurende de periode van [datum] tot [datum] subsidiair het medeplegen van dwang in die periode.

Verdachte bekent zich aan hetgeen hem wordt verweten schuldig te hebben gemaakt en dat hij heeft gehandeld vanuit zijn overtuiging dat uit Iran afkomstige vrouwen die thans in ons land wonen, zich op een zodanige wijze naar de Iraanse cultuur hebben te gedragen dat in ons land uit Iran afkomstige mannen zich niet voor deze vrouwen hoeven te schamen.

Naar het oordeel van het hof bevat het dossier voldoende ernstige bezwaren jegens verdachte ter zake hetgeen hem wordt verweten. De ernstige bezwaren worden ook niet betwist.

Er is naar het oordeel van het hof ook ernstig gevaar voor herhaling. Het hof verwijst daartoe onder meer naar de diverse rapporten van de reclassering en naar de Pro Justitia rapportage waarin het gevaar voor herhaling gemotiveerd wordt ingeschat als zijnde hoog.

Namens verdachte is onder meer het navolgende betoogd.

De voorlopige hechtenis dient te worden opgeheven omdat het appel zodanig laat wordt behandeld dat er geen sprake meer is van een effective remedy. Voorts heeft de verdediging een beroep gedaan op het bepaalde in artikel 67a lid 3 van het Wetboek van Strafvordering nu uit een overzicht van rechtspraak blijkt dat de tijd die verdachte in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, langer duurt dan de duur van de verwachte op te leggen onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Tot slot heeft de verdediging verzocht de voorlopige hechtenis te schorsen.

Het hof overweegt als volgt.

Namens verdachte is op 8 september 2022...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT