Uitspraak Nº 001011-18. Gerechtshof Amsterdam, 2019-09-20
ECLI | ECLI:NL:GHAMS:2019:3418 |
Docket Number | 001011-18 |
Date | 20 Septiembre 2019 |
Court | Gerechtshof Amsterdam (Nederland) |
beschikking
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling strafrecht
rekestnummer(s): 001011-18 (591a Sv)
rekestnummer klaagschrift Rechtbank Amsterdam: 18/894
parketnummer in hoger beroep: 23-000425-18
Beschikking op het verzoekschrift op de voet van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) van:
Alejandro [verzoeker],
geboren te [geboorteplaats] (Spanje) op [geboortedag] 1994,
domicilie kiezende ten kantore van zijn advocaat,
mr. I. Appel, Pieter Braaijweg 85, 1114 AJ Amsterdam-Duivendrecht.
Het verzoekschrift strekt tot het toekennen van een vergoeding op de voet van artikel 591a Sv ter zake van:
-
kosten gemaakt in verband met rechtsbijstand ten behoeve van het klaagschrift op de voet van artikel 552a Sv met voormeld rekestnummer ten bedrage van € 543,13;
-
kosten gemaakt in verband met rechtsbijstand ten behoeve van onderhavige verzoekschriftprocedure ten bedrage van € 550,00.
Het verzoekschrift is op 22 juni 2018 ingekomen bij de strafgriffie van de rechtbank Amsterdam en doorgezonden naar het gerechtshof Amsterdam.
Op 13 augustus 2019 is het standpunt van het Openbaar Ministerie kenbaar gemaakt.
Het hof heeft kennis genomen van de stukken in de strafzaak met voormeld parketnummer en heeft op 6 september 2019 de advocaat-generaal en de raadsman van verzoeker ter gelegenheid van de openbare behandeling van het verzoekschrift in raadkamer gehoord. Verzoeker is niet verschenen.
ontvankelijkheid
Art 591a Sv luidt, voor zover hier van belang:
(…)
2. Indien de zaak eindigt zonder oplegging van straf of maatregel en zonder dat toepassing is gegeven aan artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht kan aan de gewezen verdachte of zijn erfgenamen uit ’s Rijks kas een vergoeding worden toegekend (…), alsmede, behoudens voorzover artikel 44a van de Wet op de rechtsbijstand van toepassing is, in de kosten van een raadsman. Een vergoeding voor de kosten van een raadsman gedurende de verzekering en de voorlopige hechtenis is hierin begrepen. Een vergoeding voor deze kosten kan voorts worden toegekend in het geval dat de zaak eindigt met oplegging van straf of maatregel op grond van een feit, waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten.
(…)
4. De artikelen 90, 91 en 591, tweede tot en met vijfde lid zijn van overeenkomstige...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT