Uitspraak Nº 03/100874-19. Rechtbank Limburg, 2019-09-26

ECLIECLI:NL:RBLIM:2019:8675
Date26 Septiembre 2019
Docket Number03/100874-19
RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond

Strafrecht

Parketnummer: 03.100874.19

tegenspraak

Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 26 september 2019

in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren te [geboortegegevens verdachte] ,

wonende te [adresgegevens verdachte] .

De verdachte wordt bijgestaan door mr. Th.J.H.M. Linssen, advocaat kantoorhoudende te Tilburg.

1 Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 12 september 2019. De verdachte en zijn raadsman zijn verschenen. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.

2 De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht.

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven en na wijziging van de tenlastelegging, op neer dat de verdachte zich – samen met anderen – schuldig heeft gemaakt aan een poging tot moord dan wel doodslag, door als bestuurder van een rijdende bestelbus, een andere rijdende bestelbus met twee inzittenden van de weg te rijden. Van het feit zijn ook subsidiaire varianten ten laste gelegd, namelijk (poging tot) zware mishandeling en bedreiging.

3 De beoordeling van het bewijs
3.1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie acht bewezen dat de verdachte, als bestuurder van één van de twee witte bestelbusjes heeft geprobeerd om een blauwe bestelbus met daarin twee inzittenden, van de weg te rijden. Getuigen die de achtervolging hebben gezien, hebben verklaard dat het er heftig aan toe ging. De witte bestelbusjes gedroegen zich daarbij als een eenheid en hebben samen en in vereniging de blauwe bestelbus geramd, ertegen gebotst, met hoge snelheid achtervolgd, klem gereden en uiteindelijk van de weg gedrukt. De inzittenden van de blauwe bestelbus hebben hierbij letsel opgelopen. Gelet op de medische informatie van de slachtoffers in het dossier, levert het letsel naar het oordeel van de officier van justitie inzake slachtoffer [slachtoffer 1] zwaar lichamelijk letsel op en is er sprake van zware mishandeling.
Inzake slachtoffer [slachtoffer 2] is naar het oordeel van de officier van justitie sprake van een poging tot toebrengen van zwaar lichamelijk letsel en dat levert een poging tot zware mishandeling op. De officier van justitie vindt dat er voor de primaire variant, te weten poging moord of doodslag, onvoldoende bewijs voorhanden is.

3.2

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft zich op het standpunt gesteld dat de verdachte dient te worden vrijgesproken, kort gezegd omdat niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat de verdachte bij het ten laste gelegde feit betrokken is geweest. Voor de herkenning van de verdachte door de aangevers bevat het dossier geen steunbewijs. Volgens de raadsman is de herkenning van de verdachte door de slachtoffers niet overtuigend. Zij noemen immers de naam van de verdachte niet meteen maar koppelen de verdachte aan de witte bestelbussen, omdat de verdachte ook een witte bestelbus heeft. Bovendien heeft de partner van de verdachte bevestigd dat de verdachte op het moment van de achtervolging thuis was bij hun zoontje.

3.3

Het oordeel van de rechtbank 1

Bewijsmiddelen

Op 23 oktober 2017 omstreeks 15:07 uur komt er bij het Operationeel Centrum van de

politie een telefonische melding binnen dat er een achtervolging plaatsvindt die, tijdens het telefoongesprek, uitmondt in een aanrijding op de [straatnaam 1] te Montfort, ter hoogte van de stortplaats, gemeente Roerdalen. Daar zouden twee personen rijdende in een busje van de weg zijn gereden. Melder [slachtoffer 2] zegt tegen de centralist dat ze worden achtervolgd door familie van [naam] en dat al tegen hun bus is gebotst. Het betreft een witte bus waar het kenteken vanaf is gehaald. Vervolgens is een knal te horen en de centralist hoort even niks waarna [slachtoffer 2] zegt dat ze bloeden en dat [slachtoffer 1] klem zit.2
Als verbalisanten om 15:19 uur ter plaatse komen zien ze een blauwkleurige bestelauto die op zijn kant ligt. Zij zien een bloedende man in de berm zitten en een man die bij de plek van het ongeval staat en zich voorstelt als [slachtoffer 1] . Zij horen [slachtoffer 1] zeggen dat hij van achteren is geramd, dat hij een boom heeft geraakt en dat hij werd achtervolgd door twee witte busjes. Hij reed 120 kilometer per uur om zo snel mogelijk bij het politiebureau te komen. Ook horen ze [slachtoffer 1] zeggen dat [verdachte] dit heeft gedaan, hij heeft ook witte busjes.3

[slachtoffer 1] heeft aangifte gedaan van poging doodslag. Hij heeft daarbij onder meer het volgende verklaard. Op 23 oktober 2017, omstreeks 15:00 uur reed aangever samen met [slachtoffer 2] in een blauwe Mercedes bus. Aangever kwam op een gegeven moment een witte bus tegen bij de rotonde richting [straatnaam 2] te Montfort. De witte bus schampte de spiegel van de auto van aangever en schuurde langs de bestuurderszijde. Vervolgens is de bus gedraaid en reed achter aangever aan. Aangever zag dat er drie personen in de bus zaten. Aangever voelde dat de bus zijn auto nogmaals raakte. De bus had aan de voorkant geen kenteken meer. Ter hoogte van de T-splitsing heeft de bestelbus (hierna: bestelbus 1) hem nogmaals geramd. Aangever zag toen ook links van hem een jongetje met een fiets staan. Aangever is vervolgens richting de [straatnaam 3] , uit Montfort gereden. Aangever zag dat er toen een andere witte bestelbus (hierna: bestelbus 2) achter hem aan reed. Hij heeft snelheid gemaakt om op de [straatnaam 3] te komen. Na de S bocht heeft bestelbus 2 aangever geramd. Aangever zag toen dat [verdachte] , de verdachte, achter het stuur zat. Aangever is toen met de bus over de kop gegaan.4

[slachtoffer 2] heeft eveneens aangifte gedaan en hij heeft onder meer het volgende verklaard. Op 23 oktober 2017, tussen 15:00 en 16:00 uur zat aangever als bijrijder in een blauwe Mercedes sprinter. [slachtoffer 1] bestuurde de auto. Op de kruising [straatnaam 2] met de [straatnaam 4] probeerde een witte Opel bestelbus (hierna: bestelbus 1) hun klem te rijden. Tevens zag aangever een andere witte bus, waarvan hij het merk niet heeft gezien (hierna: bestelbus 2), draaien op een oprit. Bestelbus 1 raakte hun bus aan de bestuurderskant. Aangever voelde een schok als gevolg van de aanrijding. Bestelbus 1 was aan de voorzijde voorzien van een kentekenplaat. Aangever voelde dat [slachtoffer 1] sneller ging rijden. Bestelbus 1 reed tegen de achterzijde van hun bus. Vervolgens sloeg de blauwe bestelbus op de kruising van de [straatnaam 6] met de [straatnaam 5] rechtsaf naar de [straatnaam 5] . Tijdens het indraaien zag aangever dat bestelbus 1 op hen inreed. Op dat moment zat er geen kentekenplaat meer op die bus. Bestelbus 1 probeerde aangevers in de linker berm van de [straatnaam 5] te drukken. Op dat moment reed ook een fietser op de [straatnaam 5] . Deze kon nog net op tijd wegspringen. Aangever schat dat ze ongeveer 120 kilometer per uur reden. Via de rechter buitenspiegel zag aangever dat bestelbus 2 achter hen reed. Aangever had zicht op de chauffeur van de bus en herkende deze als zijnde [verdachte] , de verdachte. Hij herkende hem omdat hij hem vaker op de tractor heeft zien rijden, in de buurt waar aangever zijn varkens heeft staan, namelijk aan de achterzijde van de woning van [slachtoffer 1] . [verdachte] woont op de [straatnaam 7] te Montfort. Aangever zag en voelde dat bestelbus 2 hen aanreed. Hun bestelbus werd linksachter geraakt. Bestelbus 2 bleef doorduwen waardoor hun bestelbus links naast de weg kwam, een boom raakte en vervolgens op de rechter zijkant viel. Ongeveer 50 meter verderop stond bestelbus 2 stil. Aangever zag dat bestelbus 1 langsreed en naast bestelbus 2 stil stond. Aangever zag dat er nog twee andere personen naast [verdachte] zaten, maar hij heeft niet gezien wie dat waren.5

Getuige [getuige 1] heeft verklaard dat hij op 23 oktober 2017 tussen 15:00 en 15:10 uur thuis aan de [adres] te Montfort, tv aan het kijken was toen hij kabaal hoorde. Het leek alsof auto’s tegen elkaar aan het botsen waren. De Getuige zag drie busjes over de [straatnaam 6] te Montfort rijden. Aan het einde van de weg sloegen de busjes rechtsaf, de [straatnaam 5] op. Het betroffen twee witte busjes en één blauw busje. Het blauwe busje reed voorop en de witte busjes reden erachter. Het voorste witte busje was de blauwe bus aan het rammen en reed tegen de blauwe bus aan. De getuige zag dat een jongen, tussen 12 en 14 jaar over de [straatnaam 5] fietste en de busjes tegemoet reed. Hij moest naar de berm uitwijken om niet geraakt te worden.6

Getuige [getuige 2] heeft verklaard dat hij op 23 oktober 2017 omstreeks 15:10 uur over de [straatnaam 8] richting [straatnaam 9] te Montfort wandelde toen hij een blauwe bus zag rijden waarachter twee witte busjes reden. De witte bussen probeerde de blauwe bus in te halen. Het was duidelijk dat ze elkaar van de weg aan het rijden waren. Het ging met hoge snelheid.7

Getuige [getuige 3] heeft verklaard dat hij op 23 oktober 2017 omstreeks 15:00 uur fietste op de [straatnaam 1] ter hoogte van de [straatnaam 5] . De getuige hoorde piepende banden en zag dat een grote blauwe bestelbus hem met hoge snelheid tegemoet reed. Naast de blauwe bestelbus reed een grote witte bestelbus. De witte bestelbus tikte met zijn rechtervoorzijde de blauwe bestelbus aan. De witte bestelbus probeerde de blauwe bestelbus van de weg te drukken. De blauwe bestelbus kon nog maar net op de weg blijven rijden. De blauwe bestelbus nam vervolgens de binnenbocht in de richting van de [straatnaam 1] . De witte bestelbus reed erachter aan. Na twee á drie seconden kwam nog een iets kleinere witte bestelbus aan rijden, welke met een lagere snelheid reed. De getuige moest van de weg springen, omdat hij anders door een van de bestelbussen van de weg was gereden.8

Bewijsoverwegingen

Op grond van de hiervoor weergegeven...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT