Uitspraak Nº 05/740524-17. Rechtbank Gelderland, 2018-07-09

ECLIECLI:NL:RBGEL:2018:3035
Date09 Julio 2018
Docket Number05/740524-17
CourtRechtbank Gelderland (Neederland)

RECHTBANK GELDERLAND

Team strafrecht

Zittingsplaats Zutphen

Parketnummer : 05/740524-17

Datum uitspraak : 9 juli 2018

Tegenspraak

vonnis van de meervoudige kamer

in de zaak van

de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland

tegen

[verdachte]

geboren op [geboortedag] 1992 te [geboorteplaats] , wonende te [adres]

thans verblijvende [verblijfplaats] .

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 25 juni 2018.

1 De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:

hij op of omstreeks 13 augustus 2017 te Warnsveld, gemeente Zutphen, een persoon, te weten [slachtoffer] , door een feitelijkheid heeft gedwongen tot het dulden van een of meer ontuchtige handelingen, immers heeft verdachte die [slachtoffer] (terwijl zij daar in een bosgebied liep) van achteren benaderd en/of op onverhoedse wijze van achteren vastgepakt en (over haar kleding) in/bij haar schaamstreek betast.

2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs 1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden geacht dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het tenlastegelegde feit.

Het standpunt van verdachte

De verdachte is van mening dat niet bewezen kan worden [slachtoffer] bij haar schaamstreek is betast, nu hij dat ontkent.

Beoordeling door de rechtbank

Aangeefster heeft verklaard dat zij op 13 augustus 2017 in [plaats] te Warnsveld gemeente Zutphen liep. Op enig moment hoorde zij iemand van achteren aan komen rennen. Zij draaide zich om, om haar loslopende hond te roepen en te pakken. Op het moment dat zij zich omdraaide, was er een man bij haar. Hij pakte haar bij haar heupen en bracht zijn handen naar voren, bij haar kruis, aan de zijkanten van haar schaamstreek.2

Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij achter een vrouw is aangerend en dat hij aan haar heeft gezeten. Hij heeft haar van achteren aangeraakt, bij haar billen en bij haar heupen.3

De rechtbank stelt vast dat de verklaringen van aangeefster en verdachte grotendeels overeenkomen, alleen over het betasten van de schaamstreek niet. De rechtbank heeft echter geen reden om op dit punt aan de verklaring van aangeefster te twijfelen, met name nu zij een gedetailleerde verklaring heeft afgelegd. De rechtbank acht de tenlastegelegde handelingen daarom wettig en overtuigend bewezen.

3 Bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:

hij op of omstreeks 13 augustus 2017 te Warnsveld, gemeente Zutphen, een persoon, te weten [slachtoffer] , door een feitelijkheid heeft gedwongen tot het dulden van een of meer ontuchtige handelingen, immers heeft verdachte die [slachtoffer] (terwijl zij daar in een bosgebied liep) van achteren benaderd en/of op onverhoedse wijze van achteren vastgepakt en (over haar kleding) in/bij haar schaamstreek betast.

Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.

Verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

4 De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:

Feitelijke aanranding van de eerbaarheid

5 De strafbaarheid van het feit

Het feit is strafbaar.

6 De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7 Overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft geëist dat verdachte ter zake van het tenlastegelegde zal worden veroordeeld tot een geheel voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van zes maanden met een proeftijd van vijf jaar, met de bijzondere voorwaarden van het voortzetten van de behandeling bij de [verblijfplaats] en het toezicht door de reclassering.

Het standpunt van verdachte

Verdachte is van mening dat hij niet behandeld hoeft te...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT