Uitspraak Nº 05/800083-18. Rechtbank Gelderland, 2019-01-30

ECLIECLI:NL:RBGEL:2019:326
Date30 Enero 2019
Docket Number05/800083-18
CourtRechtbank Gelderland (Neederland)

RECHTBANK GELDERLAND

Team strafrecht

Zittingsplaats Arnhem

Parketnummer : 05/800083-18

Datum uitspraak : 30 januari 2019

Tegenspraak

vonnis van de meervoudige kamer

in de zaak van

de officier van justitie bij het arrondissementsparket Oost-Nederland

tegen

[verdachte]

geboren op [geboortedag] 1973 te [geboorteplaats] ,

wonende te [adres 1] , [woonplaats 1]

thans gedetineerd te P.I. HvB Grave (Unit A + B) te Grave

raadsman: mr. R. Heemskerk, advocaat te 's-Gravenhage.

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 16 januari 2019.

1. De inhoud van de tenlastelegging 1

Verdachte wordt verweten dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan:

  1. In de periode van oktober 2006 tot en met 14 oktober 2018 zijn kinderen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of zijn vrouw [slachtoffer 6] te hebben mishandeld;

  2. in de periode van oktober 2006 tot en met 14 oktober 2018 zijn kinderen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 4] en/of [slachtoffer 5] en/of zijn vrouw [slachtoffer 6] te hebben bedreigd;

  3. in de periode van 01 januari 2008 tot en met 1 januari 2010 geprobeerd zijn dochter [slachtoffer 2] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toe te brengen dan wel te mishandelen;

  4. op 13 oktober 2018 twee stroomstootwapens voorhanden heeft gehad;

  5. op 13 oktober 2018 een aantal gasdrukpistolen en/of luchtdrukwapens voorhanden heeft gehad;

2a. Ontvankelijkheid openbaar ministerie.

Onder feit 1 is verdachte mishandeling van zijn kinderen en (ex)partner tenlastegelegd in de periode van oktober 2006 t/m 14 oktober 2018. De maximum straf voor mishandeling is 3 jaar. Bij mishandeling van echtgenoot en/of kind, wordt de straf met 1/3 deel verhoogt en bedraagt 4 jaar. Bij een strafmaximum van 4 jaar, is de verjaringstermijn 12 jaar. Verdachte is op 14 oktober 2018 aangehouden. Dit betekend dat feiten van vóór 14 oktober 2006 zijn verjaard en dat het openbaar ministerie ten aanzien van feit 1 voor de periode van 1 oktober 2006 t/m 13 oktober 2006 niet ontvankelijk wordt verklaard.

Onder feit 2 is verdachte bedreiging van zijn kinderen en (ex)partner tenlastegelegd in de periode van oktober 2006 t/m 14 oktober 2018. De maximum straf voor bedreiging is 2 jaar. Bij een strafmaximum van 2 jaar, is de verjaringstermijn 6 jaar. Verdachte is op 14 oktober 2018 aangehouden. Dit betekent dat feiten van vóór 14 oktober 2013 zijn verjaard en dat het openbaar ministerie ten aanzien van feit 2 voor de periode van oktober 2006 t/m 13 oktober 2012 niet ontvankelijk wordt verklaard.

Dit betekent dat de verklaringen over de bedreigingen naar aanleiding van de mishandeling van [slachtoffer 2] met een riem omdat zij zou hebben gerookt, niet voor het bewijs kunnen worden gebruikt. Deze mishandeling heeft plaats gevonden in 2010. Zij was toen volgens haar moeder immers 16 jaar.

2b. Vrijspraak

De rechtbank is met de officier van justitie en de verdediging van oordeel dat verdachte ten aanzien van feit 3 het primair tenlastegelegde dient te worden vrijgesproken. Niet kan worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot zware mishandeling.

2c. Overwegingen ten aanzien van het bewijs 2

Ten aanzien van de feiten 1, 2 en 3 heeft verdachte ter terechtzitting verklaard

Verdachte heeft vijf kinderen, de eerste is dochter [slachtoffer 2] geboren op [geboortedatum 1] , de tweede is dochter [slachtoffer 3] geboren op [geboortedatum 2] , de derde is dochter [slachtoffer 4] geboren op [geboortedatum 3] , de vierde is zoon [slachtoffer 1] geboren op [geboortedatum 4] en de vijfde is zoon [slachtoffer 5] geboren op [geboortedatum 5] . Zijn (inmiddels) ex-vrouw is [slachtoffer 6] . Op 4 juli 2003 is verdachte met zijn ex-vrouw en zijn vijf kinderen naar Nederland gekomen. Zij hebben eerst in het [naam 1] in [woonplaats 2] verbleven en zijn na twee maanden naar het [naam 2] in [woonplaats 3] gegaan. Vanaf augustus 2005 woonden zij op het adres [adres 2] in Emmeloord. In de zomer van 2013 is verdachte gescheiden en in september 2014 is verdachte naar Arnhem verhuisd. In de zomer van 2016 zijn [slachtoffer 3] en [slachtoffer 1] bij verdachte gaan wonen. In oktober 2016 zijn [slachtoffer 4] en [slachtoffer 5] ook bij verdachte gaan wonen. Verdachte heeft zijn kinderen in de tenlastegelegde periode klappen gegeven. Hij heeft [slachtoffer 1] op zijn hoofd geslagen. Verdachte heeft [slachtoffer 2] met een riem geslagen toen zij een joint had gerookt.3

Ten aanzien van feit 1

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de tenlastegelegde mishandelingen. Ten aanzien van [slachtoffer 6] tot en met 2015, van [slachtoffer 2] tot en met 2008, van [slachtoffer 3] tot en met 2008, van [slachtoffer 4] tot en met 2015, van [slachtoffer 1] tot en met 2018 en [slachtoffer 5] tot en met 2018. Het betreft het slaan, schoppen, het aan de haren trekken, het hardhandig tegen de muur gooien en het met de riem slaan. Voor het overige requireert de officier van justitie niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie nu de handelingen van verdachte buiten de verjaringstermijn vallen.

Het standpunt van de verdediging

Door de raadsman van verdachte is naar voren gebracht dat verdachte erkent zijn kinderen klappen te hebben gegeven, maar dit was in het kader van de opvoeding. Verdachte heeft [slachtoffer 1] enkel bij zijn nek gepakt. De overige mishandelingen kunnen niet worden bewezen en daar dient verdachte van te worden vrijgesproken. [slachtoffer 5] heeft geen aangifte gedaan, om die reden dient ten aanzien van hem in ieder geval vrijspraak te volgen. De beschuldigingen ten aanzien van [slachtoffer 6] ontkent verdachte. Voor wat betreft het letsel dient partiële vrijspraak te volgen.

Beoordeling door de rechtbank

[slachtoffer 6] heeft verklaard dat op een moment in 2008 hun jongste zoon ziek was. Zij woonden toen met z’n allen in Emmeloord. Verdachte was de hele dag niet thuis en [slachtoffer 6] probeerde hem te bereiken om te vragen wat zij met hun zoon moest doen. Toen hij ’s avonds thuis kwam vroeg [slachtoffer 6] waar hij was geweest. Hij trok haar mee, ging voor haar staan terwijl zij op de bank zat, hij sloeg haar tegen haar hoofd met zijn handpalmen, zei dat zij een vrouw was, dat zij zelf alle problemen thuis moest oplossen en hem daar niet bij moest betrekken.4 Verdachte klemde zijn benen om haar benen heen. Hij sloeg haar met de muis van zijn hand. Hij bleef haar slaan. [slachtoffer 6] viel flauw.5

Van 2008 tot 2015 werd [slachtoffer 6] door verdachte geslagen en geduwd. In totaal heeft hij vier hersenschuddingen bij haar veroorzaakt, waardoor zij een evenwichtsstoornis heeft opgelopen.6 Zij is onder behandeling bij een psychiater. Hij heeft PTSS bij haar vastgesteld.7 Verdachte sloeg haar en de kinderen.8

Toen het bij [slachtoffer 1] niet goed ging op school, hij was 14 jaar, sloeg verdachte hem zo hard dat zijn neus brak. In 2012 kwam [slachtoffer 5] thuis van buiten spelen met vieze kleding. Toen werd verdachte boos en begon [slachtoffer 5] in zijn buik te trappen.9

[slachtoffer 2] heeft verklaard dat verdachte hen (rechtbank: haar broertjes en zusjes) sloeg om van alles. Ook heeft zij de mishandelingen van haar moeder gezien.10

[slachtoffer 3] heeft verklaard dat zolang zij zich kan herinneren verdachte, haar, haar broertjes, zusjes en haar moeder al mishandelde. Al in [land] en in Nederland ging hij daar gewoon mee door. Haar moeder mocht dan niet naar buiten totdat de blauwe plekken weg waren. Toen [slachtoffer 3] in groep 4 zat moest zij tafels en delen leren. Als zij een cijfertje verkeerd had, dan werd zij geslagen met een riem. Of als zij na een uur niet een aantal gedichten uit haar hoofd wist, dan sloeg verdachte hun. Hij sloeg haar op haar hele lichaam, ook met de metalen gesp van de riem. De laatste keer dat [slachtoffer 3] hard is geslagen door verdachte was in het voorjaar van 2018. Zij was zich klaar aan het maken voor haar werk. Verdachte wilde dat zij de tafel zou opruimen. Hij heeft haar twee keer met zijn rechter vlakke hand in haar gezicht geslagen. Zij voelde direct pijn aan de linkerzijde van haar gezicht. Zij weet nog dat ze heel erg boos werd, maar dat zij niets terug kon doen. De rest van de dag had zij hevige hoofdpijn. Het gebeurde ook heel vaak dat verdachte een van hen sloeg om aan de anderen te laten zien dat iets niet mocht. Verdachte sloeg vrijwel altijd met een riem. Toen [slachtoffer 3] ongeveer 12 jaar was (rechtbank: 2009, geboren [geboortedatum 2] ), was verdachte aan het bellen, [slachtoffer 6] wilde iets vragen. Toen is verdachte helemaal geflipt tegen [slachtoffer 6] . Alle kinderen waren op dat moment in de huiskamer. Zij zagen hoe verdachte, [slachtoffer 6] helemaal in elkaar sloeg. Zij werd heel vaak tegen haar hoofd geslagen. [slachtoffer 6] heeft verdachte gesmeekt om te stoppen.11[slachtoffer 1] is door verdachte geslagen, [slachtoffer 3] heeft letsel aan zijn neus gezien. Dat is twee keer gebeurd, een keer in Emmeloord en een keer in Arnhem.12

[slachtoffer 4] heeft verklaard dat verdachte haar niet vaak heeft aangeraakt, maar wel af en toe. Haar broertje, [slachtoffer 1] kreeg vaker klappen. De tijd in Emmeloord kan zij zich wel herinneren. Er werd altijd geschreeuwd thuis. Verdachte sloeg [slachtoffer 6] . [slachtoffer 6] heeft meerdere malen een hersenschudding opgelopen dankzij verdachte. Een keer kwam [slachtoffer 6] rennend naar beneden de trap af, verdachte pakte haar hij de keel en duwde haar tegen de trap. [slachtoffer 4] was toen 14 jaar.

[slachtoffer 4] heeft gezien hoe verdachte haar broertje en haar zusje sloeg, met zijn hand of met een...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT