Uitspraak Nº 08/730043-18 (P). Rechtbank Overijssel, 2018-10-25

ECLIECLI:NL:RBOVE:2018:4059
Docket Number08/730043-18 (P)
Date25 Octubre 2018
CourtRechtbank Overijssel (Neederland)
RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht

Meervoudige kamer

Zittingsplaats Almelo

Parketnummer: 08/730043-18 (P)

Datum vonnis: 25 oktober 2018

Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1987 in [geboorteplaats] ( [land] ),

nu verblijvende in P.I. Achterhoek in Zutphen.

1 Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 11 oktober 2018.

De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie

mr. J. Blanco en van hetgeen door verdachte en de raadsman, mr. J.B.A. Kalk, advocaat te Enschede, naar voren is gebracht.

2 De tenlastelegging

De verdenking komt er, na de wijziging van de tenlastelegging van 17 juli 2018 en na mondelinge toelichting van de officier van justitie ter zitting van 11 oktober 2018 ten aanzien van het onder 1 ten laste gelegde, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte:

feit 1: parfum heeft gestolen bij de [bedrijf] , welke diefstal werd gevolgd door geweld door [slachtoffer 1] met een naald in de pols te steken. Subsidiair is dit ten laste gelegd als mishandeling van [slachtoffer 1] ;

feit 2: [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] heeft gedwongen met de auto weg te rijden door in de auto te stappen, op de achterbank te gaan zitten, [slachtoffer 2] bij de nek te pakken, een naald te richten naar de dochter van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] , die op de achterbank zat, en dreigend te roepen “rijden, rijden”. Subsidiair is dit ten laste gelegd als een poging daartoe.

Voluit luidt de gewijzigde tenlastelegging aan verdachte, dat:

1.

hij op of omstreeks 24 januari 2018,

te Enschede,

6, althans een of meer, verpakking(en) parfum, in elk geval enig goed, dat

geheel of ten dele aan een ander toebehoorde, te weten aan [bedrijf] ,

heeft weggenomen

met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen

welke diefstal werd voorafgegaan, vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of

bedreiging met geweld tegen een persoon genaamd [slachtoffer 1] ,

gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te

maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht

mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door die

[slachtoffer 1]

- die zag dat verdachte uit de [bedrijf] kwam gerend en achterna werd gerend

door (een) medewerker(s) van [bedrijf] en van een van die medewerkers

de bevestiging kreeg dat verdachte iets had gestolen en verdachte

(vervolgens) heeft tegengehouden en/of op de grond gehouden -

met een naald, althans een scherp of puntig voorwerp, in de pols en/althans

(elders) in het lichaam te steken;

ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling

mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat

hij op of omstreeks 24 januari 2018,

te Enschede,

een persoon genaamd [slachtoffer 1] heeft mishandeld door die [slachtoffer 1] (zeer)

(krachtig en/of gewelddadig) met een naald, althans een scherp of puntig

voorwerp in de pols en/althans (elders) in het lichaam te steken;

2.

hij op of omstreeks 24 januari 2018,

te Enschede,

(een) ander(en), te weten (een) perso(o)n(en) genaamd [slachtoffer 2]

en/of [slachtoffer 3] , door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door

bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid gericht tegen die ander

en/of derden, te weten een persoon genaamd [slachtoffer 4] (zijnde de

dochter van die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] ),

wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen, niet te doen en/of te dulden, te

weten (als bestuurder) met een auto weg te rijden van de plaats waar die

[slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] zich met de auto bevond(en),

door

- in de auto (waarin die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] waren gezeten) te

stappen en/of op de plaats achter die [slachtoffer 2] , althans op de achterbank van

die auto, te gaan zitten, en/of

- ( vervolgens) die [slachtoffer 2] bij de nek vast te pakken, en/of

- een naald, althans een scherp of puntig, voorwerp te richten op, althans

naar, de/een dochter van die [slachtoffer 2] , welke op de achterbank van die auto

zat, en/of

- ( daarbij) (dreigend) tegen die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] te roepen of te

zeggen: "Rijden, rijden", althans woorden"van soortelijke (dreigende) aard

en/of strekking;

ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 2 geen veroordeling

mocht of zou kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat

hij op of omstreeks 24 januari 2018,

te Enschede,

ter uitvoering van het voornemen om opzettelijk (een) ander(en), te weten

(een) perso(o)n(en) genaamd [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] ,

door geweld of enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld

of enige andere feitelijkheid gericht tegen die ander en/of derden, te weten

een persoon genaamd [slachtoffer 4] (zijnde de dochter van die [slachtoffer 2]

/of die [slachtoffer 3] ),

wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen, niet te doen en/of te dulden, te

weten (als bestuurder) met een auto weg te rijden van de plaats waar die

[slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] zich met de auto bevond(en),

door

- in de auto (waarin die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] waren gezeten) te

stappen

en/of op de plaats achter die [slachtoffer 2] , althans op de achterbank van die

auto, te gaan zitten, en/of

- ( vervolgens) die [slachtoffer 2] bij de nek vast te pakken, en/of

- een naald, althans een scherp of puntig, voorwerp te richten op, althans

naar, de/een dochter van die [slachtoffer 2] , welke op de achterbank van die auto

zat, en/of

- ( daarbij) (dreigend) tegen die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] te roepen of te

zeggen: "Rijden, rijden", althans woorden"van soortelijke (dreigende) aard

en/of strekking,

zijnde de verdere uitvoering van bovenomschreven voorgenomen strafbaar

feit

niet voltooid alleen tengevolge van de van zijn, verdachte's, wil

onafhankelijke omstandigheid dat die [slachtoffer 2] uit de auto is gestapt

en/of (vervolgens) hem, verdachte, uit de auto heeft getrokken.

3 De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4 De bewijsoverwegingen
4.1

Feit 1

De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit op grond van de in de bijlage opgenomen bewijsmiddelen, waarbij de rechtbank - nu verdachte dit feit heeft bekend en door of namens hem geen vrijspraak is bepleit - conform artikel 359, derde lid, laatste volzin van het Wetboek van Strafvordering (Sv), zal volstaan met een opsomming van de bewijsmiddelen.

4.2

Feit 2

4.2.1

Het primair ten laste gelegde

Evenals de officier van justitie en de verdediging acht de rechtbank het primair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, zodat zij verdachte daarvan zal vrijspreken.

4.2.2.

Het subsidiair ten laste gelegde

- het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat het subsidiair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen kan worden verklaard op basis van de aangiftes van [slachtoffer 2] en [slachtoffer 3] , de verklaring van verdachte en de camerabeelden.

- het standpunt van de verdediging

De raadsman van verdachte heeft vrijspraak bepleit. De raadsman heeft daartoe aangevoerd dat de in de tenlastelegging genoemde dwangmiddelen, zoals het bedreigen van de dochter met de naald, louter en alleen zijn gebaseerd op de verklaring van [slachtoffer 3] . Echter, haar verklaring is niet juist en ook niet betrouwbaar, omdat deze op andere punten niet overeenkomt met hetgeen op de camerabeelden is te zien. Ook het bij de nek vastpakken van [slachtoffer 2] , zoals door hem in zijn aangifte is verklaard, vindt geen steun in andere bewijsmiddelen. Het dreigend roepen wordt weliswaar gesteld door zowel [slachtoffer 2] als [slachtoffer 3] , maar [slachtoffer 3] was al uit de auto nog voordat verdachte erin zat, en verdachte ontkent dit dreigend roepen. De feiten en omstandigheden die de dwang zouden moeten opleveren, kunnen niet wettig en overtuigend worden bewezen.

- het oordeel van de rechtbank

De rechtbank is van oordeel dat wettig en overtuigend is bewezen dat verdachte het subsidiair ten laste gelegde heeft begaan. De rechtbank overweegt daartoe het volgende.

De feiten en omstandigheden

Op 24 januari 2018 reed aangever [slachtoffer 2] in zijn personenauto de [naam 1] in Enschede binnen. Die parkeergarage was voorzien van camerabewaking. Als bijrijder zat aangeefster [slachtoffer 3] , in de auto en achter haar, op de achterbank, zat hun dochter. Zij zagen dat verdachte de parkeergarage in rende, achterna gezeten door twee andere mannen. Ineens trok verdachte het achterportier van de auto van [slachtoffer 2] open en ging bij hen in de auto zitten, achter [slachtoffer 2] op de achterbank, naast de dochter van [slachtoffer 3] en [slachtoffer 2] . Verdachte had een injectienaald in zijn handen, die hij richtte naar de dochter naast hem op de achterbank. Hij pakte [slachtoffer 2] bij zijn nek en riep “rijden, rijden”, in het Duits. Vlak nadat verdachte in de auto stapte, stapte [slachtoffer 3] uit en haalde hun dochter uit de auto. Daarop is [slachtoffer 2] ook uit de auto gestapt en kwam verdachte uit de auto, waarna [slachtoffer 2] verdachte tegen de muur heeft vastgehouden.

Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij [slachtoffer 2] heeft aangeraakt op de schouder, dat hij daarbij “rijden...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT