Uitspraak Nº 08/910056-17 (P). Rechtbank Overijssel, 2018-06-07

ECLIECLI:NL:RBOVE:2018:1953
Date07 Junio 2018
Docket Number08/910056-17 (P)
CourtRechtbank Overijssel (Neederland)
RECHTBANK OVERIJSSEL

Team Strafrecht

Meervoudige kamer

Zittingsplaats Almelo

Parketnummer: 08/910056-17 (P)

Datum vonnis: 7 juni 2018

Vonnis op tegenspraak in de zaak van de officier van justitie tegen:

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1968 in [geboorteplaats] ,

wonende in [woonplaats] ,

nu verblijvende in PI Overijssel, HvB Karelskamp te Almelo.

1 Het onderzoek op de terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 24 november 2017, 19 februari 2018, 20 april 2018 en 25 mei 2018.

De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. S. Leusink en van hetgeen door verdachte en zijn raadsman mr. U. Ural, advocaat te Enschede, naar voren is gebracht.

2 De tenlastelegging

De verdenking komt er na toelating van de vordering nadere omschrijving tenlastelegging van 20 april 2018, kort en zakelijk weergegeven, op neer dat verdachte, al dan niet met voorbedachten rade, [slachtoffer] van het leven heeft beroofd.

Voluit luidt de tenlastelegging aan verdachte, dat:

hij in of omstreeks de periode van 26 tot en met 27 augustus 2017 te

Enschede, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer

anderen, althans alleen, opzettelijk en met voorbedachten rade [slachtoffer]

van het leven heeft beroofd door die [slachtoffer] meerdere malen met kracht te

stompen, te schoppen en/of (met enig voorwerp) tegen het hoofd en/of lichaam te

slaan en/of meerdere malen heftig mechanisch botsend geweld toe te passen op

het hoofd, de keel/hals en/of het lichaam van die [slachtoffer] en/of de mond/neus

van die [slachtoffer] af te dekken en/of samen/dicht te drukken en/of (aldus) de

ademhaling van die [slachtoffer] te beletten en/of die [slachtoffer] te doen stikken

en/of die [slachtoffer] te wurgen en/of heftig mechanisch omsnoerend/samendrukkend

geweld toe te passen op de keel/hals van die [slachtoffer] ;

ALTHANS, voor zover voor het vorenstaande onder 1 geen veroordeling mocht of zou

kunnen volgen, SUBSIDIAIR, ter zake dat

hij in of omstreeks de periode van 26 tot en met 27 augustus 2017 te

Enschede, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer

anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer] van het leven heeft beroofd

door die [slachtoffer] meerdere malen met kracht te stompen, te schoppen en/of

(met enig voorwerp) tegen het hoofd en/of lichaam te slaan en/of meerdere malen

heftig mechanisch botsend geweld toe te passen op het hoofd, de keel/hals

en/of het lichaam van die [slachtoffer] en/of de mond/neus van die [slachtoffer] af te

dekken en/of samen/dicht te drukken en/of (aldus) de ademhaling van die

[slachtoffer] te beletten en/of die [slachtoffer] te doen stikken en/of die [slachtoffer]

te wurgen en/of heftig mechanisch omsnoerend/samendrukkend geweld toe te

passen op de keel/hals van die [slachtoffer] .

3 De voorvragen

De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in de vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

4 De bewijsoverwegingen
4.1

Inleiding

Verdachte en [slachtoffer] (hierna verder te noemen [slachtoffer] ) hadden op 30 juni 2017 het eerste contact met elkaar nadat zij elkaar via de chatside Badoo hadden leren kennen, waar verdachte zich voordeed als [alias 1] . Hij noemde zich tegenover haar [alias 1] en vertelde haar dat hij zelf in Rotterdam woonde en dat zijn vader in Borne woonde en terminaal was. Hij zou ook een zoon hebben die in Hengelo bij zijn ex-vrouw zou wonen. Hij had in de beveiliging gewerkt en zou sinds 6 jaar piloot zijn bij de KLM. Al snel ontstond er tussen verdachte en [slachtoffer] in de maand juli 2017 een kortdurende (voor verdachte) buitenechtelijke relatie, waarbij het verdachte vooral om de seks te doen was.1

Aan getuige [getuige 1] vertelde [slachtoffer] in het weekend van 14 juli 2017 dat zij weer aan het daten was met twee verschillende mannen, een Marokkaan en een Surinamer. [slachtoffer] kwam net uit een stuk gelopen relatie met [ex-vriend] . In de periode tot eind mei 2017 waarin zij met die [ex-vriend] omging, is zij ook zwanger van hem geweest. Die zwangerschap is geëindigd in een miskraam omstreeks de maand maart of april 2017. [slachtoffer] vertelde aan getuige [getuige 1] ook dat zij graag weer zwanger wilde worden.2

Toen [slachtoffer] begin augustus aan verdachte vertelde dat zij zwanger van hem was, reageerde verdachte woedend.3 In de periode van 4 augustus tot 13 augustus 2017 is verdachte gedurende enkele weken op vakantie geweest in Frankrijk met zijn gezin.4 [slachtoffer] bleef verdachte aanspreken op zijn verantwoordelijkheid en verzocht hem meerdere malen contact met haar op te nemen om de situatie te kunnen bespreken. Op 16 augustus 2017 was verdachte bij haar en zei haar dat hij niets met het kind te maken wilde hebben.5 [slachtoffer] stuurde op 25 augustus 2017 een laatste SMS bericht6 naar verdachte met de inhoud “Graag contact met mij opnemen. Heb geen zin in gedoe maar als je geen contact opneemt laat je me geen keuze. De gevolgen zijn voor jou.”, welk bericht verdachte volgens zijn verklaring ook heeft gelezen. Hij vond het niet fijn dit te lezen, zo verklaarde hij. Door dit bericht besloot verdachte op 25 augustus onaangekondigd bij [slachtoffer] langs te gaan om haar persoonlijk te vertellen dat de relatie met haar voorbij was, omdat verdachte volgens zijn verklaring een andere partner had gevonden.7 Tot een ontmoeting kwam het niet, volgens verdachte omdat hij stemmen vanuit de woning van [slachtoffer] hoorde en meende dat [slachtoffer] bezoek had.8 Verdachte had die middag zijn beide telefoontoestellen bij zich. Uit de verkeersgegevens van zijn telefoon blijkt dat verdachte op die vrijdagmiddag tussen 13:55 uur en 14:40 uur in de buurt van de [straat slachtoffer] is geweest.9 Uit het onderzoek van de politie is voorts gebleken dat [slachtoffer] rond die tijdstippen op bezoek is geweest bij een vriendin aan de [straat 1] in Enschede10 en dat zij kort voor haar vertrek naar die vriendin gebeld is door een andere vriendin.11 Op zaterdagochtend 26 augustus is verdachte opnieuw onaangekondigd naar de woning van [slachtoffer] gegaan, waar hij rond 09:30 uur door [slachtoffer] is binnengelaten.12 Verdachte heeft verklaard dat hij zijn beide telefoontoestellen thuis had laten liggen.13 Normaal neemt verdachte volgens zijn vrouw en zijn eigen verklaring zijn beide telefoontoestellen altijd en overal met zich mee.14 Verdachte had wel een blauwe plastic Albert Heijn tas bij zich toen hij op zaterdag 26 augustus 2017 door [slachtoffer] werd binnengelaten.15 Uit onderzoek is gebleken dat het mobiele toestel van [slachtoffer] op zaterdagochtend 26 augustus 2017 om

11:14 uur voor het laatst online geweest.16

Op zondagmiddag 27 augustus 2017 omstreeks 15:00 uur is het stoffelijk overschot van [slachtoffer] door twee vriendinnen in haar woning aan de [adres 1] te Enschede aangetroffen. De vriendinnen hadden al geruime tijd niets meer van haar vernomen.17 [slachtoffer] bleek door geweld om het leven te zijn gekomen.18 [slachtoffer] bleek 53 dagen zwanger te zijn. Bij het uitgevoerde DNA-verwantschapsonderzoek is het DNA-profiel van het embryo vergeleken met het DNA-profiel van verdachte. Dit leverde geen match op. Dit betekent dat verdachte niet de vader was van het embryo.19

4.2

Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gesteld dat het primair tenlastegelegde wettig en overtuigend kan worden bewezen. Verdachte had een zeer sterk motief om [slachtoffer] om het leven te brengen, hij had de tijd en de gelegenheid om haar te doden en uit forensisch onderzoek is gebleken dat bloed van [slachtoffer] in de auto van verdachte is aangetroffen. Daarbij is de verklaring van verdachte op onderdelen ongeloofwaardig en tegenstrijdig en moet die dan ook terzijde worden geschoven. De officier van justitie heeft gesteld dat verdachte vanaf

25 augustus 2017 op verschillende momenten en gedurende enige tijd zich heeft kunnen beraden op het te nemen of genomen besluit om [slachtoffer] om het leven te brengen, zodat ook de voorbedachte raad kan worden bewezen.

4.3

Het standpunt van de verdediging

De raadsman heeft ter zake het primair en subsidiair tenlastegelegde vrijspraak bepleit. Hij heeft daartoe aangevoerd dat verdachte geen motief had, omdat hij nooit heeft gedacht dat hij degene was van wie [slachtoffer] zwanger was. De raadsman heeft eveneens gesteld dat er geen forensisch relevant spoor tegen verdachte is gevonden. Het aangetroffen bloedspoor in de Audi kan niet worden gebezigd tot het bewijs, omdat hier geen bewijswaarde aan kan worden toegekend en het aangetroffen spoor onverenigbaar is met de hoeveelheid bloed op de plaats delict. Tot slot stelt de raadsman dat gelet op de tijdlijn van verdachte in relatie tot de overmaat van bloed in de woning het plegen van dit feit zonder forensisch relevante sporen, voor onmogelijk moet worden gehouden.

4.4

Het oordeel van de rechtbank

Vaststaat dat verdachte en [slachtoffer] elkaar via de chatsite Badoo hebben leren kennen en op 30 juni 2017 voor het eerst contact met elkaar hebben gehad. Volgens verdachte kwam het al heel snel tot seks met haar. Verdachte heeft verklaard dat hij met meerdere vrouwen in de afgelopen jaren een seksuele relatie heeft onderhouden naast de huwelijksrelatie met zijn vrouw. Het ging hem bij die contacten puur en alleen om de seks. Volgens verdachte heeft hij acht à tien keer seks met [slachtoffer] gehad. Verdachte heeft verklaard dat die seks plaatsvond in de woning van [slachtoffer] , maar ook wel buiten en in de auto.20

Volgens verdachte had hij steeds door het gebruik van een condoom beschermde...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT