Uitspraak Nº 10/750113-17. Rechtbank Rotterdam, 2018-05-17

ECLIECLI:NL:RBROT:2018:3876
Docket Number10/750113-17
Date17 Mayo 2018
Rechtbank Rotterdam

Team straf 3

Parketnummer: 10/750113-17

Datum uitspraak: 17 mei 2018

Tegenspraak

Verkort vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:

[naam verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats verdachte] ( [geboorteland verdachte] ) op [geboortedatum verdachte] ,

ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres

[adres verdachte] , [woonplaats verdachte] ,

ten tijde van het onderzoek op de terechtzitting preventief gedetineerd

in de PI Krimpen aan den IJssel te Krimpen aan den IJssel,

raadsvrouw mr. L.M.E. Kleczewski, advocaat te Amsterdam.

1 Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 3 mei 2018.

2 Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3 Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. M. Blom heeft gevorderd:

  • -

    bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde;

  • -

    veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 jaren met aftrek van voorarrest, alsmede ter beschikkingstelling van de verdachte met bevel tot verpleging van overheidswege;

  • -

    oplegging van een vrijheidsbeperkende maatregel, bestaande uit een contactverbod, voor de duur van 5 jaren, met bevel tot dadelijke uitvoerbaarheid;

  • -

    oplegging van een schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van de slachtoffers.

4 Bewijsoverwegingen

Standpunt verdediging

De verdediging heeft vrijspraak bepleit van de onder 2 en 3 ten laste gelegde feiten.

Daartoe is ten aanzien van feit 2 aangevoerd dat de betrouwbaarheid van aangeefster [naam slachtoffer 1] te wensen overlaat en dat er onvoldoende steunbewijs is voor de door haar afgelegde verklaringen. In de visie van de verdediging zijn vrijwel alle bewijsmiddelen te herleiden naar één bron, te weten [naam slachtoffer 1] .

Ten aanzien van feit 3 is er door de verdediging op gewezen dat de politie het in de tenlastelegging omschreven filmpje niet heeft gevonden. Aangevoerd is dat niet bewezen kan worden dat het in de tenlastelegging omschreven filmpje bestaat, laat staan wat daar op te zien zou zijn. Subsidiair wordt door de verdediging bepleit de verdachte vrij te spreken van het onderdeel ‘medeplegen’.

Beoordeling

Uit het onderzoek ter terechtzitting en de inhoud van het strafdossier zijn – voor zover relevant – de volgende feiten en omstandigheden naar voren gekomen.

[naam slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij vanaf haar 14e jaar veelvuldig seksueel contact heeft gehad met de verdachte. Zij heeft in eerste instantie daarover verklaard tijdens een informatief gesprek met de politie. Vervolgens heeft zij aangifte gedaan en is zij daarna gehoord door de politie en de rechter-commissaris.

[naam slachtoffer 1] heeft onder meer verklaard dat de verdachte aan haar vroeg om bij hem langs te komen om seks te hebben met hem en zijn vriendin. [naam slachtoffer 1] was toen 14 jaar oud. Zij wilde geen seks hebben, maar zij ging wel naar de woning van de verdachte om te gaan ‘chillen’. In de woning was ook de vriendin van de verdachte aanwezig. Op een gegeven moment heeft de verdachte in een drank opgeloste XTC aan [naam slachtoffer 1] gegeven die zij vervolgens opdronk. [naam slachtoffer 1] merkte dat zij hiervan onder invloed raakte en niet meer alert was. De eerstvolgende herinnering van die dag was dat zij naakt op bed in de slaapkamer van de woning van de verdachte lag. De verdachte en zijn vriendin waren hierbij aanwezig. [naam slachtoffer 1] had het vermoeden dat de verdachte seks met haar had gehad. Zij heeft dit besproken met [naam neef verdachte] , de neef van de verdachte. [naam neef verdachte] confronteerde de verdachte met dit verhaal en de verdachte zou gereageerd hebben met de woorden dat hij ‘alles had gefilmd’. [naam slachtoffer 1] heeft verklaard dat zij het filmpje heeft gezien op de telefoon van de verdachte. Zij herkende zich en zag dat zij seks had met de verdachte. Het filmpje was gemaakt door een derde persoon die in de slaapkamer aanwezig was. De verdachte dreigde het filmpje online te zetten als zij er met anderen over zou praten.

[naam neef verdachte] heeft tegenover de politie verklaard dat hij een filmpje had gezien waarop te zien was dat de verdachte en [naam slachtoffer 1] seks hadden. Hij zag dat [naam slachtoffer 1] onder invloed was. De verdachte had hem het filmpje laten zien via zijn telefoon.

[naam getuige 1] heeft verklaard dat [naam slachtoffer 1] aan haar heeft verteld dat zij seks had met de verdachte. Op een keer was zij samen met [naam slachtoffer 1] in de woning van de verdachte. [naam slachtoffer 1] is toen met de verdachte naar boven gegaan. Hierna hoorde [naam getuige 1] dat zij seks met elkaar hadden. [naam slachtoffer 1] heeft haar verteld dat het al vanaf haar 14 jaar aan de gang was. Bij de rechter-commissaris heeft [naam getuige 1] verklaard dat zij gekreun hoorde nadat [naam slachtoffer 1] en de verdachte naar boven waren gegaan. Zij dacht dat het gekreun van [naam slachtoffer 1] was. Deze verklaring is niet zodanig anders dat daardoor de eerder afgelegde verklaring terzijde geschoven dient te worden.

De rechtbank is van oordeel dat de verklaringen van [naam slachtoffer 1] voldoende worden ondersteund door – in ieder geval – de verklaringen van [naam getuige 1] en [naam neef verdachte] . De verklaringen van [naam slachtoffer 1] worden daarom betrouwbaar geacht. Dat [naam neef verdachte] later bij de rechter-commissaris is teruggekomen op zijn verklaringen doet daar niet aan af. De rechtbank hecht meer waarde aan de verklaring van [naam neef verdachte] bij de politie omdat het daar zijn eigen waarneming betreft en niet iets wat hij van [naam slachtoffer 1] heeft gehoord. In het dossier zijn bovendien aanwijzingen te vinden dat [naam neef verdachte] op verzoek of aandringen van de verdachte is teruggekomen op zijn eerdere verklaring bij de politie. Zo heeft [naam getuige 2] verklaard dat zij [naam neef verdachte] was tegengekomen en dat hij toen heeft gezegd dat hij van de verdachte zijn verklaring moest aanpassen.

Nu de oorspronkelijke, betrouwbare verklaring van [naam neef verdachte] dat hij het vermeende seksfilmpje heeft gezien en wat hij heeft gezien de verklaring van [naam slachtoffer 1] over de inhoud van dit filmpje bevestigt, is het ontbreken van het betreffende filmpje in het dossier geen belemmering voor de bewezenverklaring van feit 3.

Omdat zowel [naam getuige 1] als [naam neef verdachte] ook verklaren uit eigen wetenschap en niet enkel over wat zij van [naam slachtoffer 1] hebben gehoord, is anders dan de verdediging heeft aangevoerd, niet al het bewijs terug te leiden tot één bron.

De rechtbank acht dan ook de feiten 2 en 3 wettig en overtuigend bewezen. Bij feit 3 is sprake van een medepleger, omdat die de seksuele handelingen van de verdachte en [naam slachtoffer 1] filmde.

5 Waardering van het bewijs

Bewezenverklaring

Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:

1.

hij in de periode van 01 juli 2014 tot en met 31 december 2016 te Rotterdam

tezamen en in vereniging met een ander, een ander, te weten [naam slachtoffer 1] , geboren [geboortedatum slachtoffer 1] 2000

(lid 1 sub 2)

heeft, vervoerd, en overgebracht, met het oogmerk van uitbuiting van die [naam slachtoffer 1] , terwijl die [naam slachtoffer 1] de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, en

(lid 1 sub 5)

ertoe heeft gebracht zich beschikbaar te stellen tot het verrichten van

seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling, dan wel ten aanzien

van die [naam slachtoffer 1] enige handeling heeft ondernomen waarvan hij wist of

redelijkerwijs moest vermoeden dat die [naam slachtoffer 1] zich daardoor beschikbaar zou

stellen tot het verrichten van die handelingen, terwijl die [naam slachtoffer 1] de

leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt en/of

(lid 1 sub 8)

opzettelijk voordeel heeft getrokken uit seksuele handelingen van die [naam slachtoffer 1]

met of voor een derde tegen betaling, terwijl die [naam slachtoffer 1] de leeftijd van

achttien jaren nog niet had bereikt,

immers is en/of heeft hij, verdachte en/of zijn mededader(s)

- een (seksuele) relatie met die [naam slachtoffer 1] aangegaan en onderhouden en

- die [naam slachtoffer 1] XTC(-tabletten), althans verdovende en/of bedwelmende middelen

en/of middelen die het bewustzijn beinvloeden verstrekt

- die [naam slachtoffer 1] aangezet en/of aangespoord en/of gepusht tot het gebruik van XTC en

- een naakt- en/of seksfilmpje gemaakt van die [naam slachtoffer 1] en

- gedreigd voornoemd naakt- en/of seksfilmpje online te zetten en

- die [naam slachtoffer 1] in het vooruitzicht gesteld dat zij leuke dingen kon doen en

kleding kon kopen als zij zich zou laten betalen voor het hebben van seks

met mannen en/of

- tegen die [naam slachtoffer 1] gezegd, wanneer zij geen seks wilde, dat zij niets

had te willen en

- voornoemde [naam slachtoffer 1] seks laten hebben met een of meer van zijn vrienden

en/of bekenden en

- tegen die [naam slachtoffer 1] gezegd dat het niet uitmaakte dat zij betaalde seks had

met mannen omdat zij het al met zo veel jongens had gedaan en

- foto's gemaakt van die [naam slachtoffer 1] ten behoeve van het aanmaken en/of beheren

van profielen op de site(s) www.chatgirl.nl en www.sexjobs.nl en

- op de site(s) www.chatgirl.nl een profiel van voornoemde [naam slachtoffer 1] beheerd en/of

- voornoemde [naam slachtoffer 1] begeleid naar een adres waar zij tegen

betaling seks zou hebben met een anderen en

- met voornoemde [naam slachtoffer 1] afspraken gemaakt over de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT