Uitspraak Nº 13/086168-22. Rechtbank Amsterdam, 2022-10-21

ECLIECLI:NL:RBAMS:2022:6122
Docket Number13/086168-22
Date21 Octubre 2022
CourtRechtbank Amsterdam (Neederland)
RECHTBANK AMSTERDAM

VONNIS

Parketnummer: 13/086168-22 (Promis)

Datum uitspraak: 21 oktober 2022

Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen

[verdachte] ,

geboren op [geboortedag] 2002 in [geboorteplaats] ,

ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:

[adres verdachte] ,

nu gedetineerd in [detentieplaats]

1 Onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 7 oktober 2022.

De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. M.L. Vermeulen, en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. J.T.H.M. Mühren, naar voren hebben gebracht.

2 Beschuldiging

Verdachte wordt er, kort gezegd, van beschuldigd dat hij zich op 31 maart 2022 in Amsterdam, samen met een ander, heeft schuldig gemaakt aan:

feit 1: diefstal van een kluis met inhoud (ongeveer € 13.000,-) en de inhoud van een kassalade (ongeveer € 800,-) uit een winkel ( [naam winkel] ), gepleegd met (bedreiging met) geweld tegen [slachtoffer 1] , door onder andere een mes en een vuurwapen te tonen, stekende bewegingen te maken met het mes en buiten de winkel een kogel af te vuren;

feit 2: afpersing van [slachtoffer 2] in een woning door [slachtoffer 2] met bedreiging met geweld te dwingen tot afgifte van een portemonnee met inhoud, (ongeveer € 1.200,-), een iPhone 12, een rijbewijs en een kentekenbewijs, onder andere door naar de slaapkamer te gaan en een vuurwapen op [slachtoffer 2] te richten.

De volledige tekst van de tenlastelegging staat in de bijlage van dit vonnis. De inhoud daarvan geldt als hier ingevoegd. Met betrekking feit 2 leest de rechtbank de beschuldiging verbeterd in die zin dat met “ [naam 1] ” wordt bedoeld “ [slachtoffer 2] ”. In de context van het dossier bezien betreft dit een kennelijke verschrijving. Verdachte wordt door de verbeterde lezing niet in zijn belangen geschaad.

3 Waardering van het bewijs
3.1.

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van beide feiten.

3.2.

Standpunt van de verdediging

De raadsman heeft primair bepleit dat verdachte integraal moet worden vrijgesproken, omdat niet kan worden bewezen dat verdachte bij de tenlastegelegde feiten betrokken is geweest. Verdachte heeft het tenlastegelegde ontkend en een verklaring gegeven voor de aanwezigheid van zijn DNA op het zwarte mondkapje dat in de winkel is aangetroffen.

Subsidiair heeft de raadsman betoogd dat verdachte niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de gedragingen van de medeverdachte. Verdachte had geen wetenschap van de aanwezigheid van het vuurwapen, wist niet dat zijn medeverdachte naar de woning boven de winkel zou gaan, dat daar een persoon was en dat daar een overval zou plaatsvinden.

3.3.

Oordeel van de rechtbank

3.3.1.

Feiten en omstandigheden 1

Op 31 maart 2022 krijgen verbalisanten de melding om te gaan naar de [adres] in Amsterdam. Ter plaatse treffen zij [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] . [slachtoffer 1] verklaart dat zojuist door twee mannen in donkere kleding (hierna: verdachten) een overval werd gepleegd op de zaak (de rechtbank begrijpt: [naam winkel] ). Eén van de verdachten droeg een wit masker en had een vuurwapen in zijn hand. De ander had een groot mes vast en droeg een zwart mondkapje. De verbalisanten zien op de camerabeelden dat de verdachte met het mes met een rode tas van Dirk van den Broek de winkel uitrent. In de tas zien zij een voorwerp gelijkend op een kluis.2

[slachtoffer 1] heeft tijdens zijn aangifte verklaard dat hij op 31 maart 2022 werkzaam was in [naam winkel] aan de [adres] in Amsterdam. [slachtoffer 1] stond alleen in de tabakszaak toen de deur van de winkel openging en hij iemand hoorde zeggen: “Dit is een overval. Dit is geen grap”. Toen [slachtoffer 1] zich omdraaide zag hij de verdachten: NN1 met een mes en NN2 met een vuurwapen. De verdachten waren bezig met de kassalade. NN1 ging naar de kelder en NN2 naar de bovenverdieping. NN1 had de kluis gepakt en probeerde deze in een rode tas van Dirk van den Broek te stoppen. [slachtoffer 1] probeerde het mes en de kluis af pakken om te voorkomen dat NN1 de kluis zou meenemen. Vervolgens zei NN1 “ik ga je steken”, terwijl hij stekende bewegingen maakte richting [slachtoffer 1] . Uiteindelijk liep NN1 naar buiten, terwijl NN2 al buiten stond. [slachtoffer 1] zag en hoorde NN2 een schot lossen met het vuurwapen. NN2 richtte het vuurwapen op [slachtoffer 1] . Vervolgens liepen NN1 en NN2 richting het Roelof Hartplein.

De verdachten hebben de kluis en het geld uit de kassalade meegenomen. In de kluis zat tussen de € 10.000,00 en € 12.000,00. In de kassalade zat ongeveer € 800,00.3

In een aanvullend verhoor heeft [slachtoffer 1] verklaard dat NN1 tegen hem zei “Ik ga je steken, geef de kluis” en daarbij met het mes een zwaaiende beweging maakte in zijn richting. De persoon die bij [slachtoffer 1] was (de rechtbank begrijpt: NN1) droeg een mondkapje, dat hij tijdens zijn val is verloren. De overvaller is zonder mondkapje weggegaan.4

Aangever [slachtoffer 2] heeft verklaard dat hij zich op 31 maart 2022 bevond in een slaapkamer boven de winkel aan de [adres] in Amsterdam. Terwijl [slachtoffer 2] [slachtoffer 1] hoorde roepen, zag hij een persoon met een vuurwapen, NN2, naar boven komen lopen. NN2 richtte zijn wapen op [slachtoffer 2] , waarna [slachtoffer 2] zijn iPhone 12, portemonnee, rijbewijs en kentekenbewijs heeft gegeven. In zijn portemonnee zat tussen de € 1.000,00 en € 1.200,00.5

Een verbalisant omschrijft hoe op de camerabeelden van [naam winkel] van 31 maart 2022 is te zien dat verdachte NN1 een zwart mondkapje verliest tijdens zijn worsteling met [slachtoffer 1] . De verbalisant omschrijft het volgende:

Afbeeldingen 2-9:

NN1 rent weg vanuit de kamer achter de toonbank, richting de uitgang.

[slachtoffer 1] grist de rode Dirk (de rechtbank begrijpt: Dirk van den Broek) tas – waarin de kluis van de winkel zit – uit de linkerhand van NN1.

NN1 houdt constant een groot slagersmes vast in zijn rechterhand.

NN1 draait om zijn as om [slachtoffer 1] aan te vallen in een poging de tas met de kluis weer terug in zijn bezit te krijgen. Aan de rechterzijde van het hoofd van NN1 hangt een zwart lapje stof.

Vervolgens vindt in de gang naar de woonruimte van het pand een tweede worsteling plaats tussen NN1 en [slachtoffer 1] . Daarbij is het glinsteren van het slagersmes zichtbaar.

Afbeeldingen 10-20:

NN1 komt ten val. Het in afbeeldingen 2 tot en met 9 zichtbare zwarte lapje stof komt terecht op de plek waar het forensische opsporingsteam het mondkapje aantreft.6

Het forensische opsporingsteam heeft tijdens onderzoek in [naam winkel] een zwart mondkapje (AAM2358NL) aangetroffen op de vloer en veiliggesteld.7

Van de binnenzijde van het mondkapje (AAMM2358NL#01) is een enkelvoudig DNA-profiel verkregen. Dit betreft een DNA-profiel waarvan is aangenomen dat alle DNA-kenmerken van één persoon afkomstig zijn. Via de DNA-databank voor strafzaken is een match gevonden met het DNA-profiel...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT