Uitspraak Nº 15/317851-21. Rechtbank Noord-Holland, 2022-10-27
Court | Rechtbank Noord-Holland (Neederland) |
ECLI | ECLI:NL:RBNHO:2022:9572 |
Date | 27 Octubre 2022 |
Docket Number | 15/317851-21 |
Familie & Jeugd
Locatie Haarlem
Meervoudige kamer jeugdstrafzaken
Parketnummer: 15/317851-21
Uitspraakdatum: 27 oktober 2022
Tegenspraak
Vonnis (P)
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting met gesloten deuren van 13 oktober 2022 in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren op [geboortedatum] te [plaats] ,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres]
.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie
[officier van justitie] en van wat verdachte en zijn raadsvrouw, mr. J.J.C. Engels, advocaat te Heerhugowaard, naar voren hebben gebracht.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 3 november 2021 te Alkmaar, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door een stuk zwaar vuurwerk (van het merk Di Elio Blasio, type Cobra) in de brievenbus te plaatsen/klemmen van de woning aan de [adres] en/of (vervolgens) dat vuurwerk aan te steken en daarvan gemeen gevaar voor voornoemde woning en/of in die woning aanwezige inboedel en/of in de nabijheid geparkeerde auto’s, in elk geval gemeen gevaar voor goederen en/of levensgevaar en/of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor (een) perso(o)n(en) aanwezig in voornoemde woning te duchten was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zijzelf bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het tenlastegelegde, met uitzondering van het ‘levensgevaar’.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft ook geconcludeerd tot vrijspraak ten aanzien van het ‘levensgevaar’ en tot bewezenverklaring van het overige ten laste gelegde.
Oordeel van de rechtbank
Vrijspraak
Net als de verdediging en de officier van justitie, is de rechtbank van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat door de door verdachte teweeggebrachte ontploffing levensgevaar te duchten was, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
Noch uit het proces-verbaal van het forensisch onderzoek in de woning van de slachtoffers, noch uit de verdere inhoud van het dossier, volgt dat is voldaan aan de voorwaarde dat het voor verdachte voorzienbaar was dat het tot ontploffing brengen van een Cobra 6 in de brievenbus levensgevaar voor personen in de woning tot gevolg kon hebben.
Redengevende feiten en omstandigheden
De rechtbank komt tot bewezenverklaring van het overige tenlastegelegde op grond van de bewijsmiddelen die in de bijlage bij dit vonnis zijn vervat.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
hij op 3 november 2021 te Alkmaar, tezamen en in vereniging met anderen opzettelijk een ontploffing teweeg heeft gebracht door een stuk zwaar vuurwerk van het merk Di Elio Blasio, type Cobra in de brievenbus te plaatsen van de woning aan de [adres] en vervolgens dat vuurwerk aan te steken, terwijl daarvan gemeen gevaar voor voornoemde woning en in die woning aanwezige inboedel en een in de nabijheid geparkeerde auto en gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor personen aanwezig in voornoemde woning te duchten was.
De in de tenlastelegging voorkomende taal- en/of schrijffouten zijn verbeterd. Blijkens het verhandelde op de terechtzitting is verdachte daardoor niet geschaad in zijn verdediging.
Hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hier als bewezen is aangenomen, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het bewezenverklaarde levert op:
De eendaadse samenloop van
medeplegen van het opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is
en
medeplegen van het opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor een ander te duchten is.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden waardoor de wederrechtelijkheid aan het bewezenverklaarde zou ontbreken. Het bewezenverklaarde is dus strafbaar.
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dus strafbaar.
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een jeugddetentie voor de duur van vierennegentig dagen, met aftrek van de tijd die verdachte in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, waarvan negentig dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren onder de bijzondere voorwaarden zoals die door de Raad voor de Kinderbescherming (hierna: de Raad) zijn geadviseerd. Daarnaast heeft zij gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een werkstraf voor de duur van honderdtwintig uren, subsidiair zestig dagen jeugddetentie.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft bepleit verdachte een werkstraf van niet meer dan honderd uren op te leggen, waarvan veertig uren voorwaardelijk, met een proeftijd van één jaar, onder de bijzondere voorwaarden zoals die door de Raad zijn geadviseerd en door de officier van justitie zijn gevorderd.
Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sanctie die aan verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek op de terechtzitting is...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT