Uitspraak Nº 18/00789. Hoge Raad, 2019-12-06
ECLI | ECLI:NL:HR:2019:1895 |
Docket Number | 18/00789 |
Date | 06 Diciembre 2019 |
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
BELASTINGKAMER
Nummer 18/00789
Datum 6 december 2019
ARREST
in de zaak van
[X] te [Z] (hierna: belanghebbende)
tegen
de MINISTER VAN FINANCIËN VAN ARUBA
op het beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba van 10 januari 2018, nr. AUA2016H00033, op het hoger beroep van de Inspecteur der Invoerrechten en Accijnzen van Aruba tegen een uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (BBZ nr. AUA201600057) betreffende een ten aanzien van belanghebbende gegeven beslissing over de toepassing van een vrijstelling van invoerrechten.
Belanghebbende heeft tegen de uitspraak van het Hof beroep in cassatie ingesteld en daarbij een aantal klachten aangevoerd.
De klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien artikel 81, lid 1, van de Wet op de rechterlijke organisatie, geen nadere motivering, nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
De Hoge Raad ziet geen aanleiding voor een veroordeling in de proceskosten.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie ongegrond.
Dit arrest...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT