Uitspraak Nº 18/03722. Hoge Raad, 2020-04-17

ECLIECLI:NL:HR:2020:743
Date17 Abril 2020
Docket Number18/03722

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 18/03722

Datum 17 april 2020

ARREST

Op een vordering tot cassatie in het belang der wet, ingesteld door de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad der Nederlanden en gericht tegen het vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam van 12 januari 2017, zaaknummer C13/620280/KG ZA 16-147, ECLI:NL:RBAMS:2017:298.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding tot dusver verwijst de Hoge Raad naar:
a. zijn tussenarrest in deze zaak van 2 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2027 (hierna: het

tussenarrest);

b. het arrest in de zaak C-678/18 van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: HvJEU) van 21 november 2019, ECLI:EU:C:2019:998.

De conclusie van de Procureur-Generaal strekt tot verwerping van het cassatieberoep in het belang der wet.

2 Uitgangspunten en feiten

De Hoge Raad verwijst voor de uitgangspunten en feiten, voor de beslissing van de voorzieningenrechter, en voor de vordering van de Procureur-Generaal, naar de rov. 3.2.1, 3.2.2 en 3.3 van het tussenarrest.

3.Verdere beoordeling van het middel
3.1

Het HvJEU heeft (in zijn hiervoor in 1 onder (b) genoemde arrest1) de vraag van uitleg als volgt beantwoord:

Artikel 90, lid 1, van verordening (EG) nr. 6/2002 van de Raad van 12 december 2001 betreffende Gemeenschapsmodellen moet aldus worden uitgelegd dat het bepaalt dat de rechtbanken van de lidstaten die bevoegd zijn voorlopige of beschermende maatregelen te bevelen voor een nationaal model, tevens bevoegd zijn dergelijke maatregelen te bevelen voor een Gemeenschapsmodel.”

3.2.1

Hieruit volgt dat de in het tussenarrest onder 3.5.2 weergegeven rechtsopvatting de juiste is en dat art. 3 van de Uitvoeringswet EG-verordening betreffende Gemeenschapsmodellen,2 dat in zaken van gemeenschapsmodellen de bevoegdheid kennis te nemen ook van vorderingen in kort geding, bij uitsluiting toekent aan de rechtbank Den Haag, in strijd is met art. 90 van de Gemeenschapsmodellenverordening3 (hierna: GmodVo) en dus in zoverre onverbindend. Die bevoegdheid komt ingevolge de GModVo immers toe aan alle rechtbanken die bevoegd zijn voorzieningen in kort geding te treffen in zaken van nationale modellen. Daarop zijn dus de reguliere nationale bevoegdheidsregels voor nationale modellenzaken van toepassing (zoals neergelegd in art. 4.6 BVIE).

3.2.2

Het cassatieberoep in het belang der wet moet dus worden verworpen.

3.3

Nu de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
3 temas prácticos
  • Uitspraak Nº C/13/712730 / KG ZA 22-40. Rechtbank Amsterdam, 2022-03-04
    • Nederland
    • Rechtbank Amsterdam (Neederland)
    • 4 maart 2022
    ...bij de voorzieningenrechter van een andere rechtbank eveneens een dergelijke vordering kan worden ingesteld (Hoge Raad 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:743). uitgangspunten Op grond van het Molenbeek Invest-arrest van de Hoge Raad van 13 september 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BZ9958) gelden bij bewi......
  • Uitspraak Nº C/15/299622 / KG ZA 20-102. Rechtbank Noord-Holland, 2020-07-02
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 2 juli 2020
    ...van de rechtbank Den Haag exclusief bevoegd is, maar uit het door de Hoge Raad gewezen arrest Spin Master/High5 (HR 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:743) volgt dat het laatstgenoemde artikel in strijd is met artikel 131 UMVo en dus in zoverre onverbindend. Dit betekent dat op basis van artike......
  • Uitspraak Nº C/15/300739 / KG ZA 20-158. Rechtbank Noord-Holland, 2020-06-19
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 19 juni 2020
    ...L 154/1 (hierna: de Uniemerken-verordening, of UMVo), zoals recentelijk uitgelegd door de Hoge Raad bij arrest van 17 april 2020 (ECLI:NL:HR:2020:743) geldt voor de bevoegdheid van de rechtbanken in kort geding in zaken van Uniemerken hetzelfde als door het Hof van Justitie van de Europese ......
3 sentencias
  • Uitspraak Nº C/13/712730 / KG ZA 22-40. Rechtbank Amsterdam, 2022-03-04
    • Nederland
    • Rechtbank Amsterdam (Neederland)
    • 4 maart 2022
    ...bij de voorzieningenrechter van een andere rechtbank eveneens een dergelijke vordering kan worden ingesteld (Hoge Raad 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:743). uitgangspunten Op grond van het Molenbeek Invest-arrest van de Hoge Raad van 13 september 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BZ9958) gelden bij bewi......
  • Uitspraak Nº C/15/299622 / KG ZA 20-102. Rechtbank Noord-Holland, 2020-07-02
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 2 juli 2020
    ...van de rechtbank Den Haag exclusief bevoegd is, maar uit het door de Hoge Raad gewezen arrest Spin Master/High5 (HR 17 april 2020, ECLI:NL:HR:2020:743) volgt dat het laatstgenoemde artikel in strijd is met artikel 131 UMVo en dus in zoverre onverbindend. Dit betekent dat op basis van artike......
  • Uitspraak Nº C/15/300739 / KG ZA 20-158. Rechtbank Noord-Holland, 2020-06-19
    • Nederland
    • Rechtbank Noord-Holland (Neederland)
    • 19 juni 2020
    ...L 154/1 (hierna: de Uniemerken-verordening, of UMVo), zoals recentelijk uitgelegd door de Hoge Raad bij arrest van 17 april 2020 (ECLI:NL:HR:2020:743) geldt voor de bevoegdheid van de rechtbanken in kort geding in zaken van Uniemerken hetzelfde als door het Hof van Justitie van de Europese ......

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT