Uitspraak Nº 18/214578-18. Rechtbank Noord-Nederland, 2019-09-24
ECLI | ECLI:NL:RBNNE:2019:3972 |
Docket Number | 18/214578-18 |
Date | 24 Septiembre 2019 |
Court | Rechtbank Noord-Nederland (Neederland) |
Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/214578-18
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 24 september 2019 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
geboren op [geboortedatum] 1994 te [geboorteplaats],
wonende te [straatnaam], [woonplaats].
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 10 september 2019.
Verdachte is verschenen. Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. A.J. Kemkers.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 18 januari 2018 in een plaats gelegen (op het bustraject) tussen station Hardenberg en station Hoogeveen, in ieder geval in Nederland, door geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer], heeft gedwongen tot het dulden van een of meer ontuchtige handeling(en),
namelijk het aanraken en/of het betasten van haar been en/of bil(len), bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) uit het
- in de bus naast en/of dicht op/tegen voornoemde [slachtoffer] gaan zitten en/of
- meermalen, althans eenmaal, zijn (verdachte’s) telefoon uit zijn broekzak halen en/of in zijn broekzak stoppen en/of daarbij (telkens) het aanraken van het been van voornoemde [slachtoffer] en/of
- meermalen, althans eenmaal, onverhoeds aanraken van het been en/of de bil(len) van voornoemde [slachtoffer] en/of
- meermalen, althans eenmaal, schuiven van zijn (verdachte’s) hand onder de bil(len) van voornoemde [slachtoffer].
Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft veroordeling gevorderd voor het ten laste gelegde tot een taakstraf voor de duur van 60 uren en een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 2 weken met een proeftijd van 2 jaren. Zij heeft daartoe het volgende aangevoerd.
Op basis van de aangifte, de in het dossier bevindende camerabeelden en de verklaring van verdachte, kan wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte het ten laste gelegde feit heeft gepleegd. De aangifte wordt mede ondersteund door de emotionele toestand waarin aangeefster wordt aangetroffen door de politie kort na het incident. Ook heeft verdachte zelf aangegeven dat hij fout zat en heeft hij...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT