Uitspraak Nº 18/820081-17 en 18/820086-17. Rechtbank Noord-Nederland, 2019-01-25

ECLIECLI:NL:RBNNE:2019:315
Docket Number18/820081-17 en 18/820086-17
Date25 Enero 2019
CourtRechtbank Noord-Nederland (Neederland)
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht

Locatie Leeuwarden

raadkamernummers: 18/721 en 18/752

parketnummers: 18/820081-17 en 18/820086-17

BVH-nummer: 2018143820

beschikking van de meervoudige raadkamer voor strafzaken d.d. 25 januari 2019 op het verzoekschrift ex artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering (Sv), ingediend door:

[verzoeker 1],

geboren op [geboortedatum] 1965 te [geboorteplaats],

wonende te [woonplaats], [straatnaam],

domicilie kiezende te Groningen 9701 DB, Postbus 3082

en

[verzoeker 2].,

gevestigd te [woonplaats], [straatnaam],

domicilie kiezende te Groningen 9701 DB, Postbus 3082,

hierna te noemen verzoekers.

Procesverloop

Het verzoekschrift is op 13 december 2018 ter griffie van deze rechtbank ontvangen.

De rechtbank heeft op 11 januari 2019 de officier van justitie, mr. E. Jepkema, verzoeker [verzoeker 1] en zijn raadsman, mr. H.P. Eckert, in de meervoudige raadkamer gehoord.

De rechtbank heeft kennis genomen van het verzoekschrift.

Inhoud van het verzoekschrift

Het verzoek strekt ertoe dat de rechtbank zal verklaren dat drie zaken, namelijk de zaken met parketnummers 18/820081-17 (‘zaak 1’) en 18/820086-17 (‘zaak 2’) en de zaak met BVH-nummer 2018143820 (‘zaak 3’) zijn geëindigd.

Verzoekers hebben aangevoerd dat geen grond bestaat voor (verdere) strafvervolging.

Het gaat volgens hen om eenvoudige zaken, om al dan niet van diefstal afkomstige fietsen. Verzoekers hebben altijd ontkent zich schuldig te hebben gemaakt aan enig strafbaar feit. De strafvervolging lijkt enkel te worden ingezet om in het kader van Wet BIBOB verzoekers tegen te werken. Verzoeker [verzoeker 1] heeft van deze handelwijze verschillende negatieve consequenties ondervonden, terwijl hij nooit is veroordeeld. Zo is zijn bedrijf op last van de burgemeester gesloten. Het openbaar ministerie heeft ruimschoots de gelegenheid gehad om te beslissen en laat dit na. Gelet op de onderzoeksresultaten en de ontkenning van verzoekers en de onevenredige gevolgen van het nalaten om te beslissen over de vervolging is de verdediging van oordeel dat de zaken nu geëindigd moeten worden verklaard. Ten aanzien van zaak 3, waarvan het onderzoek is gestart in 2018 zijn zeven fietsen inbeslaggenomen en weer teruggegeven. Ook dat wijst erop dat geen verdenking tegen verzoekers bestaat.

Standpunt van het Openbaar Ministerie

Voor wat betreft zaak 1 zal verzoeker...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT