Uitspraak Nº 19/007055. Rechtbank Noord-Holland, 2019-09-30

ECLIECLI:NL:RBNHO:2019:8150
Docket Number19/007055
Date30 Septiembre 2019
CourtRechtbank Noord-Holland (Neederland)
RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf

Locatie Alkmaar

Enkelvoudige raadkamer

Registratienummer: 19.007055

Uitspraakdatum: 30 september 2019

Beschikking (art. 552a Sv.)

1 Ontstaan en loop van de procedure

Op 15 augustus 2019 is op de griffie van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, ingekomen een klaagschrift van mr. J. Baar, gemachtigde van

[klaagster]

,

wonende te [woonplaats],

woonplaats kiezende te (3521 AL) Utrecht, Jaarbeursplein 15,

op het kantoor van mr. J. Baar, advocaat.

Het klaagschrift strekt tot opheffing van beslag op een hond, reu, genaamd [D], kruising Old English Bulldog en America Bulldog, zonder paspoort, hierna: de hond.

Op 23 september 2019 is dit klaagschrift op een openbare zitting in raadkamer behandeld.

Klaagster is in persoon verschenen, evenals de heer [J], partner van klaagster.

De raadsman van klaagster, mr. J. Baar, was eveneens aanwezig.

Tevens was aanwezig de officier van justitie, mr. M. van Oosten.

2 De feiten, waarvan de rechtbank uitgaat

Uit de stukken en het verhandelde in raadkamer is het volgende gebleken.

2.1.

Op 11 juli 2019 heeft in [woonplaats] een bijtincident plaatsgevonden, waarbij mevrouw [S] door een witte hond is gebeten. Volgens de medische verklaring in het procesdossier liep zij daarbij een diepe bijtwond in haar linkerarm op en oppervlakkige wondjes aan haar rechterbeen en linker bovenarm. Zij is hiervoor op de afdeling spoedeisende hulp van het Dijklander ziekenhuis in Hoorn behandeld (wond is gereinigd en mevrouw heeft onder andere een tetanusprik gehad).

In verband met wondvochtophoping in haar rechterbeen is zij nadien tweemaal door de huisarts gepuncteerd.

Mevrouw [S] heeft van dit feit op 12 juli 2019 aangifte gedaan.

2.2.

Op 30 juli 2019 heeft nog een bijtincident plaatsgevonden. Mevrouw [B] heeft hiervan op 8 augustus 2019 aangifte gedaan. Zij was onder haar rechter oksel gebeten. De wond was open en bloedde. Zij heeft deze wond door de huisarts laten behandelen.

2.3.

Op 7 augustus 2019 heeft de toezichthouder van de afdeling Handhaving en Toezicht van de gemeente [woonplaats] naar aanleiding van de aangifte van 12 juli 2019 contact opgenomen met mevrouw [S]. Vervolgens is hij met een collega naar de [adres] in [woonplaats] gegaan. Hij heeft daarvan rapport opgemaakt, dat eindigt met zijn constatering: “Een vrijwillige muilkorf staan de eigenaren niet voor open voor zover ik dit kan beoordelen uit hun reactie.”

2.4.

Uit een proces-verbaal van bevindingen van 29 augustus 2019 blijkt dat het openbaar ministerie op 8 augustus 2019 aan de politie te [woonplaats] heeft verzocht over te gaan tot inbeslagname van een hond aan de [adres] in [woonplaats] (het woonhuis van klaagster). Op zaterdag 10 augustus 2019 heeft de politie daarover per e-mail vragen gesteld aan het openbaar ministerie. In bedoeld proces-verbaal wordt voorts het volgende vermeld:

"Ik kreeg op maandag 12 augustus 2019 een email terug van parketsecretaris: “(…) de reden voor inbeslagname ligt in het feit dat de bijtwonden zo ernstig zijn, er meerdere aangiftes (dus meerdere incidenten) zijn en dat er momenteel een levensgevaarlijk dier rondloopt en ieder moment weer opnieuw kan aanvallen. De bedoeling is dat het dier zo snel mogelijk in beslag genomen wordt (liever gisteren dan vandaag) en wordt onderworpen aan een gedragstest. Het feit dat het dier mogelijk vanuit eigen tuin zou hebben gebeten maakt niet uit. Op dit moment zijn er meerdere aangiftes van mensen die gebeten zijn door het dier terwijl zij langs de tuin/woning liepen. Dat het dier zelfs mogelijk over de schutting is gesprongen maakt het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT