Uitspraak Nº 19/01183. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2020-04-29

ECLIECLI:NL:GHARL:2020:3437
Docket Number19/01183
Date29 Abril 2020
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN

locatie Leeuwarden

nummer 19/01183

uitspraakdatum: 29 april 2020

Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer

op het hoger beroep van

de heffingsambtenaar van de gemeente Smallingerland te Drachten (hierna: de heffingsambtenaar)

tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 25 juli 2019, nummer LEE 18/382, ECLI:NL:RBNNE:2019:3610, in het geding tussen de heffingsambtenaar en

de stichting [X] te [Z] (hierna: belanghebbende)

1 Ontstaan en loop van het geding
1.1.

De heffingsambtenaar heeft bij beschikking op grond van de Wet waardering onroerende zaken (hierna: de Wet WOZ) de waarde van de onroerende zaak [a-straat] 2 te [A] , per waardepeildatum 1 januari 2016 en naar de toestand op die datum, voor het jaar 2017 vastgesteld op € 1.700.000. Tegelijk met deze beschikking is aan belanghebbende een aanslag in de onroerendezaakbelasting voor 2017 (OZB) opgelegd voor zover het het gebruikersgedeelte betreft.

1.2.

Op het bezwaarschrift van belanghebbende heeft de heffingsambtenaar bij uitspraak op bezwaar de beschikking en de aanslag gehandhaafd.

1.3.

Belanghebbende is tegen die uitspraak in beroep gekomen bij de rechtbank Noord-Nederland (hierna: de Rechtbank). De Rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de uitspraak van de heffingsambtenaar vernietigd, de bij de beschikking vastgestelde waarde verminderd tot € 1.250.000, de aanslag in de OZB vernietigd, aan de heffingsambtenaar opgedragen het door belanghebbende betaalde griffierecht aan haar te vergoeden en de heffingsambtenaar veroordeeld in de proceskosten van belanghebbende.

1.4.

De heffingsambtenaar heeft tegen de uitspraak van de Rechtbank hoger beroep ingesteld. Belanghebbende heeft verweer gevoerd.

1.5.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 10 maart 2020. Van de zitting is een proces-verbaal opgemaakt, dat aan deze uitspraak is gehecht.

2 Vaststaande feiten
2.1.

De onroerende zaak is gelegen in een woonwijk. Zij bestaat uit drie bouwlagen en heeft aan de voorzijde het uiterlijk van een vijftal aaneengesloten eengezinswoningen.

2.2.

De benedenverdieping bestaat uit vijf afzonderlijke eenheden, die uitsluitend via de eigen voordeur toegankelijk zijn; onderling zijn deze eenheden niet direct met elkaar verbonden. Van die vijf eenheden op de benedenverdieping zijn er vier ingericht als de benedenverdieping van een eengezinswoning, met een hal met toilet, een voorkamer, een inpandige berging en een woonkamer met open keuken. De in het midden gelegen eenheid bestaat uit een kantoor en ruimten voor linnengoed, wasmachines, berging en archief.

2.3.

De eerste verdieping bestaat uit 26 slaapkamers met elk een eigen wastafel, en heeft vier toiletten, gelegen aan een centrale gang.

2.4.

De tweede verdieping, de zolder, bestaat uit twee...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT