Uitspraak Nº 19/03562. Hoge Raad, 2020-07-17

ECLIECLI:NL:HR:2020:1307
Date17 Julio 2020
Docket Number19/03562

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN

CIVIELE KAMER

Nummer 19/03562

Datum 17 juli 2020

BESCHIKKING

In de zaak van

STICHTING [de Hogeschool],
gevestigd te [plaats],

VERZOEKSTER tot cassatie,

hierna: de Hogeschool,

advocaat: M.A.J.G. Janssen,

tegen

[de docent],
wonende te [plaats],

VERWEERDER in cassatie,

hierna: de docent,

advocaat: F.M. Dekker.

1. Procesverloop

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:

  1. de beschikking in de zaak 6873581 AZ VERZ 18-40 van de kantonrechter te Maastricht van 12 juli 2018;

  2. de beschikking in de zaak 200.247.893/01 van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 2 mei 2019.

De Hogeschool heeft tegen de beschikking van het hof beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit. De docent heeft verzocht het beroep te verwerpen.

De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot vernietiging van de bestreden beschikking en tot verwijzing.

De advocaat van de docent heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.

2 Uitgangspunten en feiten
2.1

In cassatie kan worden uitgegaan van de feiten en omstandigheden vermeld in de conclusie van de Advocaat-Generaal onder 1.1-1.25. Deze komen, samengevat, op het volgende neer.

(i) De docent is in 1989 in dienst getreden van de Toneelacademie (sinds 2001 onderdeel van de Hogeschool) en vervulde daar de functie van senior docent bewegingsleer.

(ii) In 2006 en in 2010 is de docent gewaarschuwd dat hij de didactische aanpak van zijn bewegingslessen moest aanpassen omdat zijn fysieke houdingscorrecties tot verwarring en onduidelijkheid leidden bij met name vrouwelijke studenten. Daarbij zijn afspraken gemaakt met de docent, die schriftelijk zijn vastgelegd in brieven van de directeur van de Toneelacademie aan de docent. In de brief uit 2010 staat als afspraak onder meer dat elke vorm van fysiek contact tussen docent en student bij instructie en houdingscorrectie in de lessen van de docent verboden is.

(iii) In 2017 heeft de docent tijdens een les zijn hand op de billen van een studente gelegd of een tik op haar billen gegeven en daarbij gezegd dat hij dat al langer had willen doen.

(iv) Tijdens de laatste les voor de zomervakantie van 2017 heeft de docent een massageles gegeven waarbij de studenten in tweetallen werkten en elkaar masseerden. Halverwege de les werden de rollen omgedraaid. De docent koos een studente uit om met haar voor te doen hoe de studenten elkaar moesten masseren. Tijdens de massage werden bij deze studente verschillende spiergroepen gemasseerd waaronder de billen, de borst(spieren) en de benen tot en met de liezen. Nadat er onderling gewisseld was, heeft de docent dezelfde studente nogmaals op dezelfde wijze gemasseerd.

2.2

De Hogeschool heeft in dit geding onder meer verzocht de arbeidsovereenkomst met de docent te ontbinden op grond van verwijtbaar handelen, zonder toekenning van een transitievergoeding. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst ontbonden en daarbij voor recht verklaard dat de docent ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten en daarom geen recht heeft op een transitievergoeding.

2.3.1

Het hof heeft de beschikking van de kantonrechter vernietigd voor zover daarin voor recht is verklaard dat de docent ernstig verwijtbaar heeft gehandeld of nagelaten en dientengevolge geen recht heeft op een transitievergoeding. Het heeft de Hogeschool veroordeeld om aan de docent de wettelijke transitievergoeding te voldoen.1

2.3.2

Over de verwijtbaarheid van het gedrag van de docent heeft het hof overwogen:

“3.8. (…) In hoger beroep is (…) uitsluitend de vraag aan de orde of [de docent] (ernstig) verwijtbaar heeft gehandeld door een zogenoemde “biltik” die [de docent] een studente tijdens een les zou hebben gegeven, waarbij hij gezegd zou hebben dat hij dat al langer had willen doen en een massage les die [de docent] tijdens de laatste les voor de zomervakantie van 2017 heeft gegeven waarbij [de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT
2 temas prácticos
  • Uitspraak Nº 200.282.420. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2021-01-11
    • Nederland
    • Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
    • January 11, 2021
    ...(zaaknummer rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, 6873581, zaaknummer gerechtshof ’s-Hertogenbosch 200.247.893 zaaknummer Hoge Raad 19/03562) beschikking van 11 januari 2021 in de door de Hoge Raad naar dit hof verwezen zaak [verzoeker] , wonende te [A] , verzoeker in hoger beroep, ......
  • Uitspraak Nº 21/01616. Hoge Raad, 2022-06-24
    • Nederland
    • June 24, 2022
    ...verschenen. 1. Procesverloop Voor het verloop van het geding verwijst de Hoge Raad naar: zijn beschikking tussen partijen in de zaak ECLI:NL:HR:2020:1307 van 17 juli de beschikking in de zaak 200.282.420 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 januari 2021. De Hogeschool heeft tegen de......
2 sentencias
  • Uitspraak Nº 200.282.420. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2021-01-11
    • Nederland
    • Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
    • January 11, 2021
    ...(zaaknummer rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, 6873581, zaaknummer gerechtshof ’s-Hertogenbosch 200.247.893 zaaknummer Hoge Raad 19/03562) beschikking van 11 januari 2021 in de door de Hoge Raad naar dit hof verwezen zaak [verzoeker] , wonende te [A] , verzoeker in hoger beroep, ......
  • Uitspraak Nº 21/01616. Hoge Raad, 2022-06-24
    • Nederland
    • June 24, 2022
    ...verschenen. 1. Procesverloop Voor het verloop van het geding verwijst de Hoge Raad naar: zijn beschikking tussen partijen in de zaak ECLI:NL:HR:2020:1307 van 17 juli de beschikking in de zaak 200.282.420 van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 11 januari 2021. De Hogeschool heeft tegen de......

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT