Uitspraak Nº 20-003788-15. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2019-06-04

ECLIECLI:NL:GHSHE:2019:2122
Docket Number20-003788-15
Date04 Junio 2019
CourtGerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)

GERECHTSHOF 's-HERTOGENBOSCH

Parketnummer : 20-003788-15

Uitspraak : 4 juni 2019

TEGENSPRAAK

Arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken van het gerechtshof 's-Hertogenbosch

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, van 2 december 2015 in de strafzaak met parketnummer 02-994176-12 tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum in het jaar] 1974,

wonende te [woonadres] .

Hoger beroep

Bij vonnis waarvan beroep heeft de rechtbank het onder feit 1, feit 2 en feit 3 ten laste gelegde bewezen verklaard doch de verdachte ontslagen van alle rechtsvervolging ter zake van het onder feit 3 bewezen verklaarde voor zover dat ziet op het hypothecaire geldbedrag van € 362.000,00. Hetgeen bewezen is verklaard heeft de rechtbank gekwalificeerd als:
- ‘opzettelijk gebruik maken van het valse geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht, als ware het echt en onvervalst’ (feit 1),
- ‘opzettelijk een geschrift als bedoeld in artikel 225, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht voorhanden hebben, terwijl hij weet dat dit geschrift bestemd is voor gebruik als ware het echt en onvervalst, meermalen gepleegd’ (feit 2) en

- ‘witwassen, meermalen gepleegd’ (feit 3).

De rechtbank heeft de verdachte deswege strafbaar verklaard en hem veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 7 maanden met aftrek van de tijd die hij in voorarrest heeft doorgebracht. Voorts is de teruggave aan de verdachte gelast van een geldbedrag van
€ 5.705,00 en een bijbehorende sealbag.


Door de verdachte en de officier van justitie is tegen dit vonnis hoger beroep ingesteld.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.

Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door en namens de verdachte naar voren is gebracht.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof het vonnis waarvan beroep zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende, het onder feit 1, feit 2 en feit 3 ten laste gelegde bewezen zal verklaren (voor zover in hoger beroep aan de orde) en de verdachte te dien aanzien zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden waarvan 10 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren en met aftrek van voorarrest. Voorts is gevorderd de woning aan de [adres] en een inbeslaggenomen geldbedrag van € 5.705,00 verbeurd te verklaren.

De raadsvrouw van de verdachte heeft primair integrale vrijspraak bepleit. Subsidiair is met betrekking tot het onder feit 1 en feit 2 ten laste gelegde een voorwaardelijk verzoek gedaan tot het horen van getuigen en is met betrekking tot het onder feit 3 ten laste gelegde, voor zover dat feit ziet op de hypothecaire geldlening, geconcludeerd tot ontslag van alle rechtsvervolging. Meer subsidiair is een straftoemetingsverweer gevoerd. Ten slotte is verzocht de goederen waarop strafvorderlijk beslag rust niet verbeurd te verklaren, omdat thans nog een ontnemingsprocedure in hoger beroep aanhangig is.

Ontvankelijkheid van het hoger beroep

Het hoger beroep van de verdachte is onbeperkt ingesteld en richt zich aldus mede tegen de partiële vrijspraak door de rechtbank van hetgeen onder feit 3 in de tenlastelegging is opgenomen, te weten het witwassen van een geldbedrag van € 250.000,00. Meer specifiek is vrijgesproken van het bestanddeel ‘één of meer geldbedragen van in totaal ongeveer 500.000 euro’.

De officier van justitie heeft mede tegen deze vrijspraak hoger beroep ingesteld en zijn grieven daartegen bij appelmemorie kenbaar gemaakt. Ter terechtzitting van dit hof van 12 september 2017, alwaar de zaak voor regie is behandeld, heeft de advocaat-generaal echter medegedeeld dat het hoger beroep van het Openbaar Ministerie zich niet meer richt tegen de vrijspraak van het onder feit 3 ten laste gelegde witwassen van een geldbedrag van € 250.000,00.

Nu de grieven van het Openbaar Ministerie tegen het bestreden vonnis in zoverre uitdrukkelijk en ondubbelzinnig niet meer worden gehandhaafd, moet de hiervoor genoemde partiële vrijspraak naar het oordeel van het hof als een beschermde vrijspraak worden beschouwd.

Ingevolge het bepaalde in artikel 404, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering staat voor de verdachte geen hoger beroep open tegen het vonnis voor zover hij van het ten laste gelegde is vrijgesproken.

Het hof zal de verdachte daarom niet-ontvankelijk verklaren in diens hoger beroep, voor zover dat tegen de beschermde vrijspraak is gericht.

Al hetgeen hierna wordt overwogen en beslist heeft uitsluitend betrekking op dat gedeelte van het bestreden vonnis dat aan het oordeel van het hof is onderworpen.

Vonnis waarvan beroep

Het bestreden vonnis zal worden vernietigd reeds omdat in hoger beroep de tenlastelegging en aldus de grondslag van het onderzoek is gewijzigd. Voorts is het bestreden vonnis niet te verenigen met de hierna te geven beslissingen.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is, na wijzigingen van de tenlastelegging ter terechtzitting in hoger beroep en voor zover thans nog aan de orde, ten laste gelegd dat:

1.
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 12 juli 2010 tot en met 10 augustus 2010 te Zwijndrecht en/of Amsterdam en/of elders in Nederland, opzettelijk gebruik heeft gemaakt van een vals en/of vervalst geschrift als ware het echt en onvervalst, te weten een werkgeversverklaring, zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, bestaande die valsheid hierin dat

- in de werkgeversverklaring (D-011, D-092, D-124) valselijk en in strijd met de waarheid stond vermeld dat hij, verdachte, – zakelijk weergeven – in een (vast)dienstverband als Manager Techniek sinds 1 januari 2010 bij [meubelonderneming 1] B.V. werkte met een bruto jaarsalaris van 69.066,82 euro inclusief vakantiegeld,

en bestaande dat gebruikmaken hierin dat hij, verdachte, het geschrift (met het oog op het verkrijgen van een hypotheek en/of ten bewijze van zijn inkomen en dienstverband) heeft ingeleverd en/of heeft doen inleveren en/of heeft afgegeven en/of heeft doen afgeven bij [TF Advieskantoor] en/of aan de [hypotheekbank] N.V., terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat dat geschrift bestemd was om als ware het echt en onvervalst te gebruiken,
althans dat hij toen en daar voormeld vals of vervalst geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen opzettelijk voorhanden heeft gehad en/of opzettelijk heeft afgeleverd en/of heeft doen afleveren (bij [TF Advieskantoor] en/of de [hypotheekbank] N.V. in elk geval een ander), terwijl hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat dat geschrift bestemd was om als ware het echt en onvervalst te gebruiken;

2.
hij op of omstreeks 4 april 2012 te Nieuwendijk en/of elders in Nederland, alleen, althans tezamen en in vereniging met (een) ander(en), 41 (D-022 t/m D-062), althans een groot aantal, althans een aantal, althans een of meer geschrift(en), te weten:
a) een salarisspecificatie, althans een geschrift waarop vermeld onder andere gewerkte uren en/of locatie en/of loon en/of reiskosten betreffende werknemer [verdachte] , van [verdachte] over de maand december 2006 (D-028) en/of
b) een salarisspecificatie, althans een geschrift waarop vermeld onder andere gewerkte uren en/of locatie en/of loon en/of reiskosten betreffende werknemer [verdachte] , van [verdachte] over de maand februari 2007 (D-030) en/of
c) een salarisspecificatie, althans een geschrift waarop vermeld onder andere gewerkte uren en/of locatie en/of loon en/of reiskosten betreffende werknemer [verdachte] , van [verdachte] over de maand december 2007 (D-040) en/of
d) een salarisspecificatie, althans een geschrift waarop vermeld onder andere gewerkte uren en/of locatie en/of loon en/of reiskosten betreffende werknemer [verdachte] , van [verdachte] over de maand juni 2008 (D-045) en/of
e) een salarisspecificatie, althans een geschrift waarop vermeld onder andere gewerkte uren en/of locatie en/of loon en/of reiskosten betreffende werknemer [verdachte] , van [verdachte] over de maand juni 2009 (D-056) en/of
f) een salarisspecificatie, althans een geschrift waarop vermeld onder andere gewerkte uren en/of locatie en/of loon en/of reiskosten betreffende werknemer [verdachte] , van [verdachte] over de maand juli 2009 (D-057),
(elk) zijnde (een) geschrift(en) bestemd...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT