Uitspraak Nº 200.164.043. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2016-05-03

ECLIECLI:NL:GHARL:2016:3541
Date03 Mayo 2016
Docket Number200.164.043
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem

afdeling civiel recht, handel

zaaknummer gerechtshof 200.164.043

(zaaknummer rechtbank Midden Nederland 3212273)

arrest van 3 mei 2016

in de zaak van

de stichting

de Stichting Vrijwillig Vervroegd Uittreden voor de Particuliere Beveiliging,

gevestigd te De Meern,

appellante,

in eerste aanleg: gedaagde,

hierna: de Stichting,

advocaat: mr. S. Leurink,

tegen:

[geïntimeerde],

wonende te [woonplaats],

geïntimeerde,

in eerste aanleg: eiser,

hierna: [geïntimeerde],

advocaat: mr. F.A.A.C. Traa.

1 Het geding in hoger beroep
1.1

Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 17 november 2015 hier over.

1.2

Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:

- het proces-verbaal van de (meervoudige) comparitie van partijen van 17 februari 2016.

1.3

Na afloop van de comparitie van partijen heeft het hof arrest bepaald.

1.3

De Stichting vordert in het hoger beroep - kort samengevat - dat het hof het bestreden vonnis van de kantonrechter te Utrecht van 1 december 2014 zal vernietigen en de vorderingen van [geïntimeerde] alsnog zal afwijzen, althans [geïntimeerde] niet-ontvankelijk zal verklaren en hem zal veroordelen in de kosten van beide instanties.

2 De vaststaande feiten
2.1

Het hof gaat in hoger beroep uit van de navolgende feiten.

2.2

[geïntimeerde] is per 1 april 2012 vervroegd uitgetreden en ontving sinds die datum een

VUT-uitkering van de Stichting.

2.3

In artikel 6 lid 1 van de tussen partijen toepasselijke Collectieve Arbeidsovereenkomst voor vervroegd uittreden uit de particuliere beveiligingsorganisaties (2012) (hierna: VUT cao) is het volgende opgenomen:

Als grondslag voor de uitkering geldt het laatstgenoten brutoloon, per vier weken dan wel

maandelijks, op jaarbasis, vermeerderd met de onregelmatigheidstoeslag(en) en

vakantietoeslag(en), maar exclusief incidentele overwerktoeslagen.’

2.4

De Stichting heeft bij brief van 24 januari 2012 aan [geïntimeerde] geschreven dat aan hem

een VUT-uitkering is toegekend van € 1.469,89 netto per maand. Verder heeft de Stichting

geschreven: ‘Dit bedrag is exclusief de objecttoeslag omdat dit geen toeslag is zoals

omschreven in de VUT-CAO. Het bestuur van de stichting kan hierin eventueel een

afwijkende beslissing nemen. Wij leggen uw verzoek tot het meenemen van deze toeslag aan

het bestuur voor. Zodra wij de beslissing hebben ontvangen zullen wij u nader informeren.’

2.5

Bij brief van 5 maart 2012 heeft De Stichting aan [geïntimeerde] geschreven: ‘In uw brief van

25 oktober 2012 verzoekt u ons om de objecttoeslag van € 360,50 mee te nemen in de

uitkeringstoeslag. (...) Het bestuur heeft het verzoek afgewezen omdat uit de voorlegger niet

duidelijk blijkt wat de onderliggen reden is voor de objecttoeslag. Het bestuur wenst

aanvullende informatie. Wij zullen de aanvullende informatie opvragen bij uw werkgever.

(...)’.

2.6

[A.], districtspersoneelsmanager van de werkgever van [geïntimeerde], Trigion

Beveiliging B.V., heeft bij brief van 28 maart 2012 aan de Stichting geschreven dat de

objecttoeslag is ontstaan door het wijzigen van de dag- en avondsurveillance. Om het

inkomen niet teveel te laten fluctueren is besloten om de onregelmatigheidstoeslag om te

zetten in een vaste toeslag onder de noemer “objecttoeslag”. [A.] benadrukt in haar brief

dat de toeslag werd betaald voor het werken in een los/vast rooster. [A.] heeft bij haar

brief een e-mail bijgevoegd van de heer [B.], voormalig directeur van Trigion, die

heeft geschreven dat een opdrachtgever voor de onregelmatigheid een vast bedrag

(objecttoeslag) betaalde, waardoor het inkomen van de medewerker niet fluctueerde en dat

de toeslag werd betaald voor het onregelmatig werken in een los/vast rooster.

2.6

Bij brief van 17 juni 2012 heeft de Stichting het verzoek van [geïntimeerde] afgewezen omdat

onvoldoende is aangetoond dat de toeslag bij het vaste salaris behoort’.

2.7

[geïntimeerde] heeft tegen deze beslissing bezwaar gemaakt, maar de Stichting heeft het

bezwaar van [geïntimeerde] afgewezen.

2.8

De VUT-uitkering is geëindigd per 13 juli 2014.

3
3. Het geschil en de beslissing
...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT