Uitspraak Nº 200.176.393. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2017-07-25

ECLIECLI:NL:GHARL:2017:6377
Date25 Julio 2017
Docket Number200.176.393
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem

afdeling civiel recht, handel

zaaknummer gerechtshof 200.176.393

(zaaknummer rechtbank Overijssel, zittingsplaats Almelo, 157371)

arrest van 25 juli 2017

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[appellant] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

appellante,

in eerste aanleg: eiseres,

hierna: [appellant] ,

advocaat: mr. P.H.N. van Spanje,

tegen:

de naamloze vennootschap

[geïntimeerde] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

geïntimeerde,

in eerste aanleg: verweerster,

hierna: [geïntimeerde] ,

advocaat: mr. F. van der Woude.

1 Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
1.1

Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 20 december 2016 hier over.

1.2

Het verdere verloop blijkt uit:

- een door mr. Van Spanje namens [appellant] overgelegd formulier, ingekomen op 21 april 2017 met als bijlage een akte vermeerdering van eis;

- een proces-verbaal van de zitting van 10 mei 2017, met daaraan gehecht de door de advocaat van [geïntimeerde] overgelegde comparitieaantekeningen

1.3

Na afloop van de meervoudige comparitie van partijen heeft het hof arrest bepaald.

2 De vaststaande feiten
2.1

[appellant] houdt zich bezig met de handel in en het vervoer van varkens, zowel in Nederland als daarbuiten. [dochteronderneming] is een dochteronderneming van [appellant] . De directeur van dit bedrijf, de heer [directeur dochteronderneming] , treedt ook voor [appellant] op.

2.2

De vennootschap onder firma [v.o.f. 1] (hierna: [v.o.f. 1] ), gevestigd te [locatie 1] ( [gemeente] ), houdt zich bezig met de vermeerdering van varkens. Het bedrijf kent twee locaties, één in [locatie 1] en één in [locatie 2] . [v.o.f. 1] leverde jarenlang biggen aan [appellant] .

2.3

In 2012 neemt [v.o.f. 1] contact op met [appellant] . De aanleiding is dat bekend is geworden dat de vennootschap onder firma [v.o.f. 2] (hierna: [v.o.f. 2] ) haar gehele zeugenstapel (fokzeugen) wil verkopen. [v.o.f. 1] vraagt [appellant] om financiële ondersteuning bij de koop van deze zeugen Op 8 maart 2012 stelt [directeur dochteronderneming] namens [appellant] een (niet ondertekend) document op met de navolgende inhoud:

Voorstel: financiering overname zeugenstapel.

(…) Bedrijf [v.o.f. 1] is voornemens een volledige zeugenstapel van +/- 650 dieren over te nemen. De overname waarde van deze zeugenstapel is +/- € 150.000
[appellant] verstrekt aan [v.o.f. 1] voor het voldoen van de overname som een lening groot €150.000,--. (…) Over de lening zal op jaarbasis 6,5% rente berekend worden over het nog openstaand bedrag (…).
Aflossing en rentebetaling zal plaatsvinden middels een inhouding per af te leveren big betreffende leveringen van zowel bedrijf [locatie 2] ” als bedrijf [locatie 1] . Inhouding (…) zal aanvangen vanaf 1 Mei 2012 (…).

Eigendomsvoorbehoud

Gedurende de periode vanaf verstrekking van de lening totdat de lening volledig is afgelost gelden de op het bedrijf [locatie 2] aanwezige zeugen als onderpand voor de verstrekte lening en mogen niet het onderpand zijn voor een andere financiering (…). Op het moment dat de lening volledig is afgelost vervalt dit eigendomsvoorbehoud.”

2.4

Op 14 juni 2012 zijn de eerste 252 zeugen door [appellant] vanaf het bedrijf van [v.o.f. 2] getransporteerd naar de locatie [locatie 2] van [v.o.f. 1] . Latere transporten hebben plaatsgehad op 9 augustus 2012 (80 zeugen) en op 23, althans 24 augustus 2012 (246 zeugen). In totaal zijn er door [appellant] 578 zeugen naar [locatie 2] gebracht.

2.5

Een dag na de eerste levering (15 juni 2012) bericht de adviseur van [v.o.f. 1] , [adviseur v.o.f. 1] , aan [appellant] :

“Bij deze stuur ik u een stuk tekst over uitgebreid eigendomsvoorbehoud die we bij de te leveren zeugenstapel aan [v.o.f. 1] mogelijk zouden kunnen opnemen (…). Hiermee wordt bewerkstelligd dat het eigendom van geen enkele geleverde zeug over gaat naar de zeugenhouder alvorens de laatste factuur geheel betaald is. Laten we vandaag nog maar even contact hebben.

Eigendomsvoorbehoud

1. Tot zekerheid van de juiste en volledige nakoming van de verplichtingen van de zeugenhouder, behoudt de handelaar zich de eigendom van het geleverde voor tot op het moment waarop de zeugenhouder aan zijn verplichtingen jegens de handelaar heeft voldaan.

Onder verplichtingen worden te dezen verstaan, verplichtingen ter zake van de tegenprestatie verschuldigd aan de handelaar betreffende:

a. de krachtens enige overeenkomst geleverde of nog te leveren zaken; (…)

3. (…) ( Je zou er ook voor kunnen kiezen reeds nu bij voorbaat een pandrecht te laten vestigen op de zeugen ter zekerheid voor terugbetaling van hetgeen [appellant] te vorderen heeft of krijgt op [v.o.f. 1] . Als eigendomsvoorbehoud zijn werking verliest, bijvoorbeeld doordat varkens niet meer identificeerbaar zijn, dan heb je toch zekerheid van betaling) (…).”

2.6

Op 18 juni 2012 heeft [appellant] [geïntimeerde] verzocht om advies:

“Een klant van ons kwam met het verzoek of wij zijn zeugenstapel willen financieren. Wij hebben hem en zijn adviseur aangegeven dat we dat eventueel wel willen, maar dat hier dan wat aan ten grondslag moet liggen zodat wij geen enkel risico lopen.

Hieronder even in het kort de situatie;

  • -

    Het betreft een maatschap die op 2 locaties een vermeerderingsbedrijf heeft.

  • -

    Voor de exploitatie van één van de bedrijven wil de maatschap een zeugenstapel aankopen welke dan gefinancierd dient te worden.

  • -

    Voor deze financiering wil de adviseur van de maatschap een overeenkomst opstellen welke door de maatschap (1), [appellant] (2), de voerleverancier (3) en de bank (4) ondertekend dient te worden.

  • -

    In onderstaande mail de tekst welke volgens de adviseur van de maatschap zekerheid biedt dat wanneer de maatschap failliet gaat de zeugenstapel niet in de boedel valt.


Zoals in de inleiding al aangegeven wil [appellant] wel een zeugenstapel financieren alleen ze wil hierin geen enkel risico lopen bij een eventueel faillissement.

Graag uw visie hierop.”

2.7

Op 21 juni 2012 reageert de advocaat [advocaat geïntimeerde] [geïntimeerde] (hierna: [advocaat geïntimeerde]) hierop en stelt een aantal wijzigingen voor op de toegestuurde tekst, inhoudend een regeling met betrekking tot een eigendomsvoorbehoud.

2.8

Op 13 juli 2012 stuurt [appellant] aan [geïntimeerde] het bericht dat de juristen van [v.o.f. 1] concept koopovereenkomsten...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT