Uitspraak Nº 200.188.612_01. Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 2017-11-07

ECLIECLI:NL:GHSHE:2017:4788
Date07 Noviembre 2017
Docket Number200.188.612_01
CourtGerechtshof 's-Hertogenbosch (Nederland)
GERECHTSHOF ’s-HERTOGENBOSCH

Afdeling civiel recht

zaaknummer 200.188.612/01

arrest van 7 november 2017

in de zaak van

Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het beroepsvervoer over de weg,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

appellante,

hierna aan te duiden als Bpf,

advocaat: mr. E. Lutjens te Amsterdam,

tegen

[de vennootschap] B.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

geïntimeerde,

hierna aan te duiden als [geïntimeerde] ,

advocaat: mr. R.G.H. Bongers te Weert,

op het bij exploot van dagvaarding van 7 maart 2016 ingeleide hoger beroep van het vonnis van 9 december 2015, door de kantonrechter van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, gewezen tussen Bpf als eiseres en [geïntimeerde] als gedaagde.

1 Het geding in eerste aanleg (zaak-/rolnummer 3852152\CV EXPL 15-1353)

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar voormeld vonnis.

2 Het geding in hoger beroep

Het verloop van de procedure blijkt uit:

  • -

    de dagvaarding in hoger beroep;

  • -

    de memorie van grieven met producties en eiswijziging;

  • -

    de akte rectificatie van Bpf met een productie;

  • -

    de memorie van antwoord met producties;

  • -

    het pleidooi, waarbij partijen pleitnotities hebben overgelegd.

Het hof heeft daarna een datum voor arrest bepaald. Het hof doet recht op bovenvermelde stukken en de stukken van de eerste aanleg.

3 De beoordeling
3.1.

In dit hoger beroep kan worden uitgegaan van de volgende feiten.

3.1.1

Bpf is een bedrijfstakpensioenfonds in de zin van de Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 (verder: de Wet). Werkgevers die onder de werkingssfeer van de verplichtstelling vallen zijn verplicht ten behoeve van hun werknemers de statuten en reglementen van Bpf na te leven. Tot die verplichtingen behoren premiebetalingen.

3.1.2

[geïntimeerde] is een uitzendbureau. Op de arbeidsovereenkomst tussen [geïntimeerde] en haar werknemers is de NBBU CAO voor Uitzendkrachten van toepassing. In deze cao is voorzien in een pensioenregeling. De Stichting Pensioenfonds voor Personeelsdiensten (STiPP) is belast met de uitvoering. [geïntimeerde] is sinds 1 november 2006 aangesloten bij StiPP. Deze aansluiting is geëindigd per 31 december 2011 (36 cvr).

3.2

Het geschil

3.2.1

Tussen partijen is in geschil of [geïntimeerde] valt onder de werkingssfeer van Bpf (of van StiPP). De premieverplichtingen bij StiPP zijn aanzienlijk lager dan bij Bpf.

Bpf grondt haar stelling, dat [geïntimeerde] onder haar werkingssfeer valt, op het Besluit van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 23 juni 2010, Stcrt. 28 juni 2010 nr. 10137, met de titel: Bekendmaking wijziging van de verplichtstelling tot deelneming in de stichting bedrijfstakpensioenfonds voor het beroepsvervoer over de weg (verder: het Besluit).

3.2.2

In het Besluit staat, voor zover hier van belang:

‘De deelneming in de Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Beroepsvervoer over de Weg is verplichtgesteld voor:

– Werknemer A vanaf het moment dat hij de leeftijd van 21 jaar heeft bereikt tot hij de leeftijd van 65 jaar heeft bereikt,

– (…),

waarbij verstaan wordt onder:

1. Werknemer A:

De persoon die krachtens arbeidsovereenkomst in dienst is van een onderneming in het Beroepsvervoer over de Weg, dan wel die bij een dergelijke onderneming als chauffeur of kraanmachinist werkzaam is krachtens een uitzendovereenkomst in de zin van artikel 7:690 van het Burgerlijk Wetboek met een onderneming die zich bezighoudt met het ter beschikking stellen van werknemers als bedoeld in artikel 7:690 van het Burgerlijk Wetboek, met uitzondering van:

a. (…);

b. (…);

c. de werknemer die krachtens een uitzendovereenkomst als hiervoor bedoeld werkzaam is bij een onderneming in het Beroepsvervoer over de Weg en in dienst is van een onderneming die voldoet aan alle hierna genoemde criteria:

– (…); en

– (…); en

– voor ten minste 25% uitzendt naar ondernemingen op wie het bepaalde in deze verplichtstellingsbeschikking niet van toepassing is; en

– voor ten minste 15% of meer van het totale premieplichtige loon op jaarbasis

werknemers ter beschikking stelt van derden op basis van uitzendovereenkomsten

met uitzendbeding als bedoeld in artikel 7:691 lid 2 BW, zoals nader gedefinieerd

(…); en

– (…).’

3.2.3

Het geschil tussen partijen spitst zich toe op de passage achter het derde liggende streepje: ‘voor ten minste 25% uitzendt’. In deze tekst staat geen criterium of maatstaf aan de hand waarvan die 25% moet worden bepaald (25% waarvan?), verder te noemen: het hiaat. Bpf verlangt in dit geding dat het hof dit criterium vaststelt door binnen het kader van het verplichtstellingsbesluit een invulling toe te kennen, dat het hof er ‘handen en voeten aan geeft’ (punt 12 pleitnota).

3.2.4

In eerste aanleg vorderde Bpf, na vermeerdering van eis, [geïntimeerde] te veroordelen tot betaling van een hoofdsom van € 406.864,46, vermeerderd met handelsrente en kosten. Deze hoofdsom is opgebouwd uit volgens Bpf verschuldigde premies over de periode 1 januari 2012 tot en met 31 december 2014 (40-44 cvr). Dit bedrag is in hoger beroep niet verhoogd. Naar het hof uit mededelingen van [geïntimeerde] ter gelegenheid van het pleidooi begreep, heeft [geïntimeerde] haar activiteiten gestaakt.

3.2.5

Ter onderbouwing van die vordering stelde Bpf zich op het standpunt (punt 13 cvr) dat wordt ‘gekeken naar het totale brutoloonsom (sv-loon) op jaarbasis van werknemers, alle werknemers (ook de wc-juffrouw of de planner), die door het uitzendbureau worden uitgezonden (…)’, of ‘het bruto premieplichtig salaris’.

3.2.6

De kantonrechter heeft de vorderingen afgewezen en Bpf in de kosten veroordeeld. De kantonrechter is van oordeel dat Bpf haar stelling dat [geïntimeerde]...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT