Uitspraak Nº 200.199.878. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2019-02-19

CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
ECLIECLI:NL:GHARL:2019:1573
Docket Number200.199.878
Date19 Febrero 2019
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem

afdeling civiel recht, handel

zaaknummers gerechtshof 200.199.878 en 200.200.121

(zaaknummer rechtbank Midden-Nederland 353565)

arrest van 19 februari 2019

in de zaken van

(zaaknummer 200.199.878)

mr. A.G. Moeijes,

wonende te [plaatsnaam] , en

mr. C.H. Hartsuiker,

wonende te [plaatsnaam] ,

beiden in hun hoedanigheid van curatoren in de faillissementen van de besloten vennootschappen Aquaserva Group B.V., Aquaserva B.V. en Procas B.V.,

appellanten,

in eerste aanleg: eisers,

hierna: de curatoren,

advocaat: mr. F.M. Veerman,

en van

(zaaknummer 200.200.121)

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[appellante] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

appellante,

in eerste aanleg: eiseres,

hierna: [appellante] ,

advocaat: mr. M.J. Pelinck,

tegen:

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[geïntimeerde 1] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[geïntimeerde 2] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

3. [geïntimeerde 3],

wonende te [plaatsnaam] ,

geïntimeerden,

in eerste aanleg: gedaagden,

hierna gezamenlijk: [geïntimeerden 1] ,

in hoger beroep niet verschenen,

en tegen:

4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[geïntimeerde 4] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

5. [geïntimeerde 5],

wonende te [plaatsnaam] ,

6. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[geïntimeerde 6] ,

gevestigd te [plaatsnaam] ,

5. [geïntimeerde 7],

wonende te [plaatsnaam] ,

geïntimeerden,

in eerste aanleg: gedaagden,

hierna gezamenlijk: [geïntimeerden 2] ,

advocaat: mr. M. Hoogenboom.

1 Het geding in eerste aanleg

Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van het vonnis van de rechtbank Midden-Nederland van 13 januari 2016.

2 De gedingen in hoger beroep
2.1

De curatoren (zaaknummer 200.199.878) en [appellante] (zaaknummer 200.200.121) hebben tegen het vonnis van de rechtbank afzonderlijk hoger beroep ingesteld.

2.2

Het verloop van de procedure met zaaknummer 200.199.878 blijkt uit:

- de dagvaardingen in hoger beroep van 11 en 12 april 2016,

- de memorie van grieven, met producties,

- de memorie van antwoord, met producties,

- de akte overlegging producties van de curatoren van 3 oktober 2018,

- de akte houdende overlegging producties van [geïntimeerden 2] van 3 oktober 2018,

- het proces-verbaal van pleidooi van 3 oktober 2018,

- de akte overlegging exploten van de curatoren, met producties (exploten van betekening aan [geïntimeerden 1] ).

2.3

Het verloop van de procedure met zaaknummer 200.200.121 blijkt uit:

- de dagvaardingen in hoger beroep van 11 april 2016,

- de memorie van grieven, met producties,

- de memorie van antwoord, met producties,

- de akte houdende overlegging producties van [geïntimeerden 2] van 3 oktober 2018,

- het proces-verbaal van pleidooi van 3 oktober 2018,

- de antwoordakte van [appellante] , met producties (waaronder het exploot van betekening van de memorie van grieven, tevens houdende wijziging van eis aan [geïntimeerden 1] ).

2.4

Het hof heeft vervolgens op verzoek van partijen in beide zaken arrest bepaald.

3. De vaststaande feiten

3.1

In 2008 waren [geïntimeerde 3] , [geïntimeerde 5] en [geïntimeerde 7] via hun vennootschappen [geïntimeerde 1] , [geïntimeerde 2] (hierna: [geïntimeerde 1] respectievelijk [geïntimeerde 2] , beide vennootschappen van [geïntimeerde 3] ), [geïntimeerde 4] (hierna: [geïntimeerde 4] , een vennootschap van [geïntimeerde 5] ) en [geïntimeerde 6] (hierna: [geïntimeerde 6] , een vennootschap van [geïntimeerde 7] ) aandeelhouders van Aquaserva B.V. (hierna: Aquaserva), Procas B.V. (hierna: Procas), [B.V. 1] (hierna: [B.V. 1] ) en [B.V. 2] (hierna: [B.V. 2] ).

3.2

[appellante] is een vennootschap van [persoon 1] (hierna: [persoon 1] ).

3.3

[geïntimeerde 3] en [geïntimeerde 5] waren via [geïntimeerde 3] Beheer en [geïntimeerde 5] Consultancy Ltd. beiden bestuurder van Aquaserva. [geïntimeerde 3] was via [geïntimeerde 2] bestuurder van [B.V. 1] . [geïntimeerde 7] was via [geïntimeerde 6] bestuurder van Procas. [B.V. 2] werd bestuurd door een derde.

3.4

Aquaserva, Procas, [B.V. 1] en [B.V. 2] (hierna: de werkmaatschappijen) waren werkzaam — adviserend, uitvoerend en ook als leverancier — in de installatiebranche, in het bijzonder op het terrein van drinkwatervoorziening. In 2008 hebben [geïntimeerde 5] , [geïntimeerde 3] en [geïntimeerde 7] met elkaar gesproken over verkoop van (een deel van) hun aandelen in de werkmaatschappijen. Eind 2008 hebben zij [bedrijf X] (hierna: [bedrijf X] ) ingeschakeld om een eventuele verkoop te begeleiden.

3.5

In 2008 is het Centraal Opvangorgaan Asielzoekers (COA) een belangrijke opdrachtgever voor Procas. [persoon 1] was destijds als extern adviseur werkzaam voor het COA, en uit dien hoofde betrokken bij de uitbesteding van projecten aan Procas (waaronder met name Project Waterveiligheid). Eind 2008 heeft [persoon 1] kenbaar gemaakt dat hij geïnteresseerd is in participatie in de ondernemingen van [geïntimeerde 3] , [geïntimeerde 5] en [geïntimeerde 7] .

3.6

Op 14 augustus 2009 hebben [geïntimeerde 3] , [geïntimeerde 7] en [persoon 1] een intentieverklaring (met in de voettekst een voorgedrukte datum van 10 augustus 2009) getekend, strekkende tot verkoop door (de vennootschappen van) [geïntimeerde 3] van de door hem gehouden aandelen in de werkmaatschappijen (hierna: intentieverklaring I). In de intentieverklaring worden [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] Beheer aangeduid als Verkoper, wordt [geïntimeerde 6] aangeduid als Koper1 en wordt [appellante] aangeduid als Koper2.

3.7

In intentieverklaring I is onder meer het volgende bepaald:

“(…)

(D) Koper1, Koper2 de intentie hebben om gezamenlijk met [geïntimeerde 4] een besloten vennootschap op te richten die uiteindelijk als koper zal gaan optreden;

(…)

1.2

De Transactie zal economisch effect hebben per 1 januari 2009 (de ‘Effectieve Datum’). [geïntimeerde 1] , [geïntimeerde 4] en [geïntimeerde 6] staan, voor zover zij aandeelhouder zijn in de betreffende vennootschap, ervoor in dat de AquaServa, ProCas en [B.V. 1] vanaf de Effectieve Datum tot de Leveringsdatum geen verplichtingen zijn aangegaan en zullen aangaan die buiten de normale of gebruikelijke bedrijfsvoering van de Vennootschappen vallen zonder, vanaf ondertekening van deze intentieverklaring, voorafgaande goedkeuring van Kopers (waaronder eveneens goedkeuring per e-mail wordt verstaan). De op 7 en 8 juli 2009 per e-mail verstrekte prognoses 2009 voor ProCas en AquaServa zijn daarbij leidend voor de stand van zaken bij de overdracht. Deze prognoses staan los van de garanties genoemd onder punt 6.

(…)

6.1

In de definitieve overeenkomst tot koop en verkoop van de Aandelen zal door Verkoper, [geïntimeerde 4] en [geïntimeerde 6] voor zover mogelijk worden verklaard dat, behoudens hetgeen in het (due diligence, hof) Onderzoek naar voren is gebracht, aan Verkoper, [geïntimeerde 4] en [geïntimeerde 6] geen materiële feiten of omstandigheden bekend zijn die niet aan Kopers ter kennis zijn gebracht en waarvan redelijkerwijs mag worden aangenomen dat de kennisneming daarvan door Koper van materiële invloed zou zijn geweest op hun bereidheid de Aandelen te kopen.”

3.8

Op 23 oktober 2009 is een tweede intentieverklaring (met in de voettekst een voorgedrukte datum van 24 augustus 2009) getekend (hierna: intentieverklaring II), strekkende tot inbreng van de door de vennootschappen van [geïntimeerde 7] en [geïntimeerde 5] gehouden aandelen in de werkmaatschappijen in een door de vennootschappen van [persoon 1] , [geïntimeerde 7] en [geïntimeerde 5] nog op te richten nieuwe vennootschap (“de AquaServa Groep”), die tevens zou optreden als koper van de door de vennootschappen van [geïntimeerde 3] te leveren aandelen in de werkmaatschappijen.

3.9

Een e-mail van 3 december 2009 van [bedrijf X] aan de notaris luidt onder meer als volgt (productie 55 bij memorie van grieven van de curatoren):

“Bijgaand input tbv de afronding van de uitkoop en inkoop bij AquaServa.

Als bijlage heb ik tevens de twee intentieverklaringen meegezonden.

Wij bespraken dat in de leveringsakte een aantal punten worden opgenomen die in de intentieverklaringen zijn overeengekomen: koopsom, nabetalingen en earn-out en daarnaast een paar nog niet besproken zaken, met name een beperking van de aansprakelijkheid van verkoper.”

3.10

Op 21 en 27 januari 2010 zijn de in intentieverklaringen I en II beoogde transacties geëffectueerd. Bij notariële akte van 21 januari 2010 (hierna: de oprichtingsakte) heeft de oprichting plaatsgevonden van Aquaserva Group. Op 21 januari 2010 heeft [appellante] € 200.000 op haar gewone aandelen Aquaserva Group gestort. [geïntimeerde 4] en [geïntimeerde 6] hebben hun aandelen in de werkmaatschappijen ingebracht op hun aandelen Aquaserva Group, ieder ter volstorting van gewone aandelen á € 200.000 en cumulatief preferente aandelen (8% jaarlijks) á € 745.000. Aquaserva Group heeft daarnaast voor de verwerving van de door [geïntimeerde 4] ingebrachte aandelen in de werkmaatschappijen € 950.000 voldaan, door betaling van € 650.000 en schuldigverklaring voor het restant.

3.11

Op 27 januari 2010 heeft Aquaserva Group de aandelen van (de vennootschappen van) [geïntimeerde 3] in de werkmaatschappijen verworven tegen een vaste koopprijs van € 2,2 miljoen, door betaling van € 1,9 miljoen en schuldigverklaring voor het restant, en een variabel deel van € 400.000, afhankelijk van bepaalde toekomstige omzetten van Aquaserva en [B.V. 1] . In de leveringsakte van 27 januari 2010 (hierna: de leveringsakte) is onder meer het volgende bepaald:

“A. Over...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT