Uitspraak Nº 200.210.369/01. Gerechtshof Amsterdam, 2018-02-06

ECLIECLI:NL:GHAMS:2018:404
Date06 Febrero 2018
Docket Number200.210.369/01
CourtGerechtshof Amsterdam (Nederland)
GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht, team I

zaaknummer : 200.210.369/01

arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 6 februari 2018

inzake

LOGIDEX B.V.,

gevestigd te Rotterdam,

appellante,

advocaat: mr. J.J. Dekker te Lisse,

tegen

STICHTING NALEVING CAO VOOR UITZENDKRACHTEN,

gevestigd te Barendrecht,

geïntimeerde,

advocaat: mr. M.H.D. Vergouwen te Amsterdam.

1 Het geding na verwijzing door de Hoge Raad

De partijen worden hierna (ook) Logidex en SNCU genoemd.

Bij arrest van 9 oktober 2015 heeft de Hoge Raad onder zaaknummer 14/03393 het in deze zaak tussen Logidex en SNCU gewezen arrest van het gerechtshof 's‑Gravenhage van 18 maart 2014 vernietigd en het geding ter verdere behandeling en beslissing verwezen naar dit hof. Bij exploot van 17 februari 2017 heeft SNCU Logidex opgeroepen om voort te procederen voor dit hof.

SNCU heeft op 11 april 2017 een memorie na verwijzing genomen, waarin zij naar haar eerdere processtukken heeft verwezen, een bewijsaanbod heeft gedaan en heeft geconcludeerd dat het hof - bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard arrest - het door Logidex ingestelde beroep ongegrond zal verklaren, met bekrachtiging van de vonnissen van de kantonrechter te Rotterdam van 17 juni 2011 en van 26 oktober 2012, waarbij eerstgenoemd vonnis uitvoerbaar bij voorraad is verklaard waarvan beroep, en de zaak ter afdoening van de procedure in reconventie zal verwijzen naar de kantonrechter te Rotterdam, met veroordeling van Logidex in de kosten van het geding in alle instanties.

Logidex heeft op 23 mei 2017 een memorie van antwoord na verwijzing genomen. Hierin heeft zij een bewijsaanbod gedaan en geconcludeerd tot vernietiging van de genoemde vonnissen van de kantonrechter en dat het hof in conventie voor recht zal verklaren dat Logidex in het kader van de - partijen genoegzaam bekende - beroepspraktijkvormingsovereenkomsten waarbij zij betrokken is, niet beschouwd kan worden als een uitzendonderneming en/althans dat Logidex in dat kader niet gebonden geacht mag worden aan bepalingen van enige cao ter zake waarvan SNCU bevoegdheden heeft, en in reconventie de vorderingen van SNCU zal afwijzen, met veroordeling van SNCU in de kosten in beide instanties, met nakosten.

Ten slotte is arrest gevraagd.

2 Feiten

Het hof zal uitgaan van de feiten die de Hoge Raad in zijn arrest van 9 oktober 2015 onder 3.1 heeft vermeld, die overeenstemmen met de feitenvaststelling door de kantonrechter te Rotterdam in het bestreden vonnis van 17 juni 2011 onder 2, waarvan de juistheid tussen partijen niet in geschil is.

3 Beoordeling
3.1

Het gaat in deze zaak om het volgende:

( i) SNCU heeft, onder meer, tot taak toe te zien op een correcte naleving van de cao voor Uitzendkrachten en de cao Sociaal Fonds voor de Uitzendbranche (hierna ook: de cao’s). Deze bevoegdheid heeft de Stichting in overeenstemming met artikel 7 lid 4 van haar statuten gedelegeerd aan de Commissie Naleving CAO voor de Uitzendkrachten (die hierna met SNCU zal worden vereenzelvigd). De cao’s zijn regelmatig algemeen verbindend verklaard.

(ii) Werkgevers in de uitzendbranche zijn verplicht om aan SNCU de gegevens te verstrekken waarom SNCU verzoekt. Als een werkgever weigert aan SNCU gegevens te verstrekken of onvolledige of onjuiste gegevens verstrekt, of na ingebrekestelling volhardt in het niet naleven van de cao's, is de werkgever schadeplichtig en is deze verplicht SNCU een forfaitaire schadevergoeding te betalen.

(iii) Logidex bemiddelt bij het vinden van beroepspraktijkvormingsplaatsen (leerwerkplekken) bij bedrijven in de logistieke sector voor leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs (MBO). De leerlingen die Logidex bij bedrijven plaatst, volgen de beroepsbegeleidende leerweg (bbl) binnen het MBO, waarbij de leerling één dag in de week naar school gaat en vier dagen per week in een bedrijf werkt.

(iv) SNCU heeft bij brief van 28 januari 2010 Logidex verzocht gegevens aan te leveren in verband met controle op de naleving van de cao’s. Hierop heeft Logidex bij (ongedateerde, op 5 februari 2010 door SNCU ontvangen) brief ontkend dat zij uitzendovereenkomsten sluit.

( v) Bij brief van 30 juni 2010 heeft SNCU nogmaals om gegevens verzocht en daarbij gewaarschuwd dat, als Logidex in gebreke zou blijvende verzochte gegevens te verstrekken, SNCU aanspraak zou maken op een forfaitaire schadevergoeding van € 100.000,--.

3.2

In dit geding vordert Logidex een verklaring voor recht dat zij in het kader van de beroepspraktijkvormingsovereenkomsten waarbij zij betrokken is, niet kan worden beschouwd als een uitzendonderneming - kennelijk: in de zin van de cao’s - en dat zij in dat kader niet gebonden mag worden aan bepalingen van enige cao ter zake waarvan SNCU bevoegdheden heeft. SNCU vordert in reconventie, kort gezegd, dat Logidex zal worden veroordeeld tot naleving van de cao’s en tot overlegging van de door SNCU gevraagde stukken, alsmede tot voldoening aan SNCU van € 100.000,- als forfaitaire schadevergoeding. De kantonrechter heeft de gevorderde verklaring voor recht afgewezen. In reconventie heeft de kantonrechter een comparitie van partijen gelast.

Logidex is in hoger beroep gegaan tegen de afwijzing van haar vordering in conventie en tegen de beslissing de zaak aan te houden in reconventie.

3.3

Het gerechtshof Den Haag heeft bij arrest van 18 maart 2014 het in conventie gewezen vonnis van de kantonrechter bekrachtigd. Het heeft, kort weergegeven, uit de tekst van de overgelegde overeenkomsten zoals Logidex die met leerbedrijven sluit, het volgende afgeleid:

- Logidex ontvangt van de leerbedrijven vergoedingen voor de door de geplaatste leerlingen verrichte arbeid en betaalt die leerlingen het minimumloon voor hun werkzaamheden (rov. 11).

- Logidex geeft leiding aan en houdt toezicht op het doen en laten van de leerlingen bij het leerbedrijf en staat de leerbedrijven toe in het kader van de bedrijfsvoering aanwijzingen en instructies aan de leerlingen te geven (rov. 12).

- Logidex bedingt jegens de leerbedrijven naleving van de veiligheids- en gezondheidsverplichtingen die uit art. 7:658 BW voortvloeien, draagt zorg voor aangifte en afdracht van loonbelasting en sociale premies voor de leerlingen en betaalt hen tijdens ziekte door (rov. 13-15).

- Niet alleen de school of Logidex, maar ook het leerbedrijf kan de plaatsing van een leerling bij het leerbedrijf beëindigen (met een opzegtermijn van een maand) (rov. 16).

Op grond daarvan overwoog het hof:

“17. Naar het oordeel van het hof leiden de feiten en omstandigheden zoals vermeld onder 8 tot en met 16 tot de conclusie dat sprake is van arbeidsovereenkomsten en wel: uitzendovereenkomsten tussen Logidex en de door haar bij de leerbedrijven geplaatste leerlingen en dat de overeenkomst tussen Logidex en het leerbedrijf dient te worden aangemerkt als een overeenkomst van opdracht, waarbij Logidex tegen een door het leerbedrijf te betalen vergoeding per gewerkt uur, leerlingen ter beschikking stelt aan het leerbedrijf om arbeid te verrichten onder toezicht en leiding van het leerbedrijf. De omstandigheden dat voor Logidex jegens het leerbedrijf geen verplichting bestaat een leerling bij het leerbedrijf te plaatsen en dat Logidex niet op verzoek van de leerbedrijven leerlingen vindt maar juist, uitgaande van de leerlingenlijsten die zij van de onderwijsinstelling ontvangt, leerbedrijven aanzoekt, doen er niet aan af dat op het moment dat Logidex een leerling bij een bedrijf plaatst, een overeenkomst van opdracht met betrekking tot die geplaatste leerling ontstaat. Dat Logidex de leerlingen bij de leerbedrijven plaatst in het kader van haar bedrijfsuitoefening, volgt mede uit het feit dat Logidex, naar zij zelf stelt, kan “bestaan” van haar werk.”

Het hof heeft vervolgens overwogen dat de volgende, in de rov. 18-19 vermelde omstandigheden, aan zijn oordeel niet afdoen, respectievelijk niet in de weg staan aan de vaststelling dat Logidex de leerbedrijven voorziet van productieve arbeidskrachten:

- In de considerans van de overeenkomst tussen Logidex en het leerbedrijf is opgenomen dat Logidex beroepsopleidingen en leerlingen ondersteunt bij het vinden van stageplaatsen, dat het leerbedrijf bereid is een bijdrage te leveren aan het opleiden van leerlingen teneinde een kwantitatief en kwalitatief voldoende instroom op de arbeidsmarkt te bevorderen, onder meer door het bieden van aantrekkelijke stageplaatsen, en dat partijen onderkennen dat het in dit kader noodzakelijk is leerlingen een vergoeding te betalen gedurende hun plaatsing.

- De plaatsing van de leerlingen binnen de bedrijven plaats vindt in het kader van een praktijkopleiding in het MBO.

Het hof overwoog vervolgens:

“21. Dat bbl-leerlingen, zoals Logidex onder verwijzing naar de rapportage “Beroepspraktijk-vorming in het MBO, ervaringen van leerbedrijven” (productie 9 bij memorie van grieven) stelt, gemiddeld slechts 55% van de betaalde dagen productief zijn en dat zij het leerbedrijf per saldo meer kosten dan opleveren, is, tegenover de onder 17 bedoelde aanwijzingen voor het bestaan van een uitzendovereenkomst tussen Logidex en de leerlingen, onvoldoende om in dit geval te kunnen concluderen dat van een uitzendovereenkomst geen sprake is. De hoogte van het door het leerbedrijf in het als productie 11 bij memorie van grieven overgelegde voorbeeld aan Logidex betaalde factuurtarief wijst erop dat de leerbedrijven waarmee Logidex werkt, en vervolgens ook Logidex, wel degelijk profijt hebben van de arbeid van de leerling bij het leerbedrijf, ervan uitgaande dat Logidex de leerling het minimum uurloon betaalt. Dat het leerbedrijf bereid zou zijn een substantieel hoger uurtarief dan het minimum uurloon aan Logidex te betalen als de arbeid van de leerlingen voor haar geen toegevoegde waarde zou hebben doch haar integendeel geld zou kosten,...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT