Uitspraak Nº 200.227.860. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2020-04-28

ECLIECLI:NL:GHARL:2020:3416
Date28 Abril 2020
Docket Number200.227.860
CourtGerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland)
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem

afdeling civiel recht, handel

zaaknummer gerechtshof 200.227.860

(zaaknummer rechtbank C/05/308547/HZ ZA 16-381)

arrest van 28 april 2020

in de zaak van

[appellant]

wonende te [A] ,

appellant,

in eerste aanleg: gedaagde,

hierna: [appellant] ,

advocaat: mr. A. Teune te Harderwijk,

tegen:

1 [geïntimeerde1] ,

en

2. [geïntimeerde2],

wonende te [B] , Duitsland,

geïntimeerden,

in eerste aanleg: eisers,

hierna (gezamenlijk in mannelijk enkelvoud): [geïntimeerden] c.s.,

advocaat: mr. T.P. Boer te Arnhem,

als vervolg op het tussenarrest van 3 september 2019.

1 Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
1.1.

Het hof neemt de inhoud van het tussenarrest van 3 september 2019 hier over.

1.2.

Het verdere verloop blijkt uit:

- het proces-verbaal van getuigenverhoor van 18 december 2019;

- de memorie na enquête van [geïntimeerden] c.s.;

- de antwoordmemorie na enquête van [appellant] .

1.3.

Vervolgens hebben partijen de stukken voor het wijzen van arrest aan het hof overgelegd en heeft het hof arrest bepaald.

2 De verdere beoordeling
2.1.

Het geschil ziet op de vraag of [appellant] de contractuele boete verschuldigd is, omdat hij de door hem gekochte woning niet heeft afgenomen. Het verweer van [appellant] was dat de schriftelijke koopovereenkomst hem niet ter hand was gesteld, zodat hij deze nog voor het einde van de bedenktermijn van artikel 7:2 BW heeft ontbonden.

2.2.

In het tussenarrest heeft het hof geoordeeld dat een koopovereenkomst “ter hand gesteld” kan worden (zoals bedoeld in dat wetsartikel) door toezending per e-mail. [geïntimeerden] c.s. is te bewijzen opgedragen dat de e-mail van 3 december 2015 door [appellant] ontvangen is.

2.3. .

De verkoopmakelaar van [geïntimeerde1] , dhr. [C] is als getuige gehoord en heeft – zakelijk weergegeven – verklaard dat hij onderzoek heeft gedaan naar zijn email-verkeer, dat hij deze e-mail naar het enige hem bekende e-mailadres van [appellant] heeft verzonden en dat hij geen foutmelding heeft ontvangen. Er is ook daarna nog contact geweest met [appellant] en die heeft nooit aangegeven dat hij de definitieve koopovereenkomst niet heeft ontvangen. De koopovereenkomst is ook verzonden aan de notaris.

2.4.

Het hof overweegt als volgt. De verklaring van de makelaar en de tekst van de e-mail zijn consistent met de mededeling van de notaris (van 7 december 2015) dat hij de koopovereenkomst ontvangen heeft (prod. 5 bij akte in eerste aanleg). Op basis van de getuigenverklaring in samenhang met de overgelegde afgedrukte versie van de e-mail twijfelt het hof er niet aan dat de e-mail van 3 december 2015 verzonden is naar het bij de makelaar bekende...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT