Uitspraak Nº 200.231.479/01. Gerechtshof Amsterdam, 2019-01-22
ECLI | ECLI:NL:GHAMS:2019:167 |
Date | 22 Enero 2019 |
Docket Number | 200.231.479/01 |
Court | Gerechtshof Amsterdam (Nederland) |
Afdeling civiel recht en belastingrecht
Team III (familie- en jeugdrecht)
Zaaknummer: 200.231.479/ 01
Zaaknummer rechtbank: C15/258096/ FARK 17-2362
Beschikking van de meervoudige kamer van 22 januari 2019 inzake
[de grootmoeder] ,
wonende te [woonplaats] ,
verzoekster in hoger beroep,
hierna te noemen: de grootmoeder,
advocaat: mr. B. Wernik te Haarlem,
en
[de moeder] ,
wonende te [woonplaats] ,
verder te noemen: de moeder,
en
[de vader]
wonende te [woonplaats] ,
verder te noemen: de vader,
verweerders in hoger beroep,
hierna gezamenlijk te noemen: de ouders.
Als belanghebbenden zijn verder aangemerkt:
- de minderjarige [A] (hierna te noemen: [kind A] );
- de minderjarige [B] (hierna te noemen: [kind B] );
- de minderjarige [C] (hierna te noemen: [kind C] );
- de minderjarige [D] (hierna te noemen: [kind D] ).
In zijn adviserende taak is in de procedure gekend:
de raad voor de kinderbescherming,
locatie Haarlem,
hierna te noemen: de raad.
Het hof verwijst voor het verloop van het geding in eerste aanleg naar de beschikking van de rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, van 18 oktober 2017, uitgesproken onder voormeld zaaknummer.
De grootmoeder is op 16 januari 2018 in hoger beroep gekomen van de beschikking van 18 oktober 2017.
De mondelinge behandeling heeft op 29 november 2018 plaatsgevonden. Verschenen zijn:
- de grootmoeder, bijgestaan door haar advocaat;
- de ouders;
- de raad, vertegenwoordigd door mevrouw D.M. van Dijk.
Uit de relatie van de ouders zijn geboren: [kind A] [in] 2012, [kind B] [in] 2013, [kind C] [in] 2014 en [kind D] [in] 2016. Hierna gezamenlijk te noemen: de kinderen.
De vader heeft de kinderen erkend. De vader en de moeder oefenen gezamenlijk het gezag uit over de kinderen. De kinderen wonen bij de ouders.
Bij de bestreden beschikking is de grootmoeder niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot het vaststellen van een omgangsregeling op grond van artikel 1:377a van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW).
De grootmoeder verzoekt, met vernietiging van de bestreden beschikking, de zaak alsnog inhoudelijk te behandelen.
Ingevolge...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT