Uitspraak Nº 200.232.036-01. Gerechtshof Den Haag, 2019-01-29

ECLIECLI:NL:GHDHA:2019:77
Date29 Enero 2019
Docket Number200.232.036-01
CourtGerechtshof Den Haag (Nederland)
GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht


Zaaknummer : 200.232.036/01

Zaak-/rolnummer rechtbank : C/09/527479/ HA ZA 17-210

Arrest van 29 januari 2019
in de zaak met bovenvermeld zaaknummer van:

1. [naam 1],

wonende te [woonplaats 1] ,
hierna te noemen: [appellant sub 1] ,

2. [naam 2],

wonende te [woonplaats 2] ,
hierna te noemen: [appellante sub 2] ,

3. Leids Vastgoed B.V.

gevestigd te Leiden,
hierna te noemen: Leids Vastgoed,

4. Sleutelgoed IV B.V.,

gevestigd te Leiden,
hierna te noemen: Sleutelgoed IV,

5. Vebra N.V.,

gevestigd te Leiden,
hierna te noemen: Vebra,

appellanten,
hierna tezamen te noemen: [appellanten] (meervoud),
advocaat: mr. A.A.S. Mosele te Den Haag,

tegen:

Gemeente Leiden,
zetelend te Leiden,
geïntimeerde,
hierna te noemen: de Gemeente,
advocaat: mr. R. Lever te Leiden.
Het geding

Bij exploot van 15 januari 2018 zijn [appellanten] in hoger beroep gekomen van het door de rechtbank Den Haag tussen partijen gewezen vonnis van 15 november 2017 (hierna ook: het bestreden vonnis). Bij memorie van grieven (met producties) hebben [appellanten] tien grieven aangevoerd. De Gemeente heeft de grieven bij memorie van antwoord bestreden. Vervolgens hebben partijen hun zaak mondeling bepleit op 17 december 2018, dit aan de hand van pleitnotities die zijn overgelegd. Daarna is arrest bepaald.

Beoordeling van het hoger beroep


De feiten

  1. De door de rechtbank in rechtsoverwegingen 2.1 tot en met 2.17 vastgestelde feiten, behoudens de inmiddels gecorrigeerde woonplaats van [appellant sub 1] en het feit dat [appellante sub 2] de gewezen echtgenote is van [appellant sub 1] , staan niet ter discussie, zodat ook het hof daarvan uitgaat.

  2. Het onderhavige geschil betreft, kort samengevat, het volgende.
    (2.1) [appellanten] zijn als projectontwikkelaars actief in de Gemeente. De verhouding tussen de Gemeente en [appellanten] is al lange tijd gespannen. In 2007 heeft de Gemeente aangifte gedaan tegen [appellant sub 1] wegens opruiing tot geweld jegens de toenmalige wethouder. De Gemeente heeft in verband daarmee bij brief van 23 maart 2009 een contactverbod opgelegd aan [appellant sub 1] (hierna ook: het contactverbod 1). Dit hield in dat [appellant sub 1] slechts via een gemachtigde met de Gemeente mocht communiceren, terwijl het hem in beginsel werd verboden om gemeentelijke gebouwen te betreden. [appellant sub 1] is vrijgesproken van de hem tenlastegelegde opruiing.
    (2.2) Op verzoek van de gemachtigde van [appellant sub 1] is het contactverbod 1 bij brief van 12 juli 2010 opgeheven. In dezelfde brief heeft de Gemeente [appellant sub 1] er op gewezen dat het contactverbod weer van toepassing zal worden verklaard bij hernieuwd ongewenst gedrag door [appellant sub 1] .
    (2.3) Op 25 mei 2012 heeft een bouwinspecteur van de Gemeente, [een bouwinspecteur van de Gemeente] (hierna: [een bouwinspecteur van de Gemeente] ), in aanwezigheid van [appellant sub 1] een project van [appellant sub 1] aan de Hoge Rijndijk gecontroleerd op de juiste uitvoering van de vergunningsvoorwaarden. Volgens het door [een bouwinspecteur van de Gemeente] opgestelde verslag van het gesprek met [appellant sub 1] heeft laatstgenoemde toen doodsbedreigingen geuit tegen een zestal hem...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT