Uitspraak Nº 200.240.352/01. Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 2019-01-29
ECLI | ECLI:NL:GHARL:2019:757 |
Docket Number | 200.240.352/01 |
Date | 29 Enero 2019 |
Court | Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Nederland) |
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
locatie Leeuwarden
afdeling civiel recht, handel
zaaknummer gerechtshof 200.240.352/01
(zaaknummer rechtbank Noord-Nederland C/17/158574 / KG ZA 17-339)
arrest in kort geding van 29 januari 2019
in de zaak van
[appellante] ,
wonende te [A] ,
appellante,
in eerste aanleg: eiseres,
hierna: [appellante],
advocaat: mr. S.A.G. de Vries, kantoorhoudend te Heerenveen,
tegen
wonende te [B] ,
hierna: [geïntimeerde1],
2. [geïntimeerde2] ,
wonende te [B] ,
hierna: [geïntimeerde2],
geïntimeerden,
in eerste aanleg: gedaagden,
hierna gezamenlijk te noemen: [geïntimeerden] c.s.,
advocaat: mr. S. Vaupell, kantoorhoudend te Wolvega.
Voor het geding in eerste aanleg verwijst het hof naar de inhoud van het vonnis van
24 januari 2018 dat de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, heeft gewezen.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding in hoger beroep d.d. 19 februari 2018,
- de memorie van grieven (met producties),
- de memorie van antwoord (met producties),
- een akte van [appellante] (met producties) d.d. 6 november 2018.
Vervolgens hebben partijen de stukken voor het wijzen van arrest overgelegd en heeft het hof arrest bepaald.
[appellante] vordert in het hoger beroep, samengevat, het vonnis van de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, van
24 januari 2018 te vernietigen en alsnog de in eerste aanleg ingestelde vorderingen van [appellante] toe te wijzen met veroordeling van [geïntimeerden] c.s. in de proceskosten van beide instanties en met veroordeling van hen tot terugbetaling van de proceskosten van de eerste aanleg ad € 895,-.
[appellante] is onder bewind gesteld. Op grond van artikel 1:441 lid 1 BW vertegenwoordigt de bewindvoerder bij de vervulling van zijn taak de rechthebbende in en buiten rechte. Van de vervulling van de taak van de bewindvoerder is sprake wanneer het gaat om handelingen in verband met de onder bewind staande goederen. De onroerende zaken van [appellante] , waarvan zij ontruiming vordert, vallen onder het bereik van het
bewind. Gelet hierop is niet zij, maar de bewindvoerder bevoegd om te procederen. In een beschikking van 21 november 2017...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT