Uitspraak Nº 200.245.233/01. Gerechtshof Den Haag, 2020-04-21

ECLIECLI:NL:GHDHA:2020:826
Date21 Abril 2020
Docket Number200.245.233/01
CourtGerechtshof Den Haag (Nederland)
GERECHTSHOF DEN HAAG

Afdeling Civiel recht

Zaaknummers : 200.245.233/01 (hoofdzaak) en 200.246.342/01 (vrijwaringszaak)

Zaaknummers rechtbank: C/09/520395/HA ZA 16-1192 en C/09/532035/HA ZA 17-491

arrest van 21 april 2020

inzake de hoofdzaak:

[naam 1] ,

wonende te [woonplaats] ,

appellant in het principaal appel,

geïntimeerde in het incidenteel appel,

hierna te noemen: [appellant] ,

advocaat: mr. E.A. Kazzaz-de Hoog te Den Haag,

tegen

Vivat Schadeverzekeringen N.V., h.o.d.n. Reaal Schadeverzekeringen,

gevestigd te Amstelveen,

geïntimeerde in het principaal appel,

appellante in het incidenteel appel,

hierna te noemen: Reaal,

advocaat: mr. J.C. Rous te Rotterdam,

en inzake de vrijwaringszaak:

Vivat Schadeverzekeringen N.V., h.o.d.n. Reaal Schadeverzekeringen,

gevestigd te Amstelveen,

appellante in het principaal appel,

geïntimeerde in het (voorwaardelijk) incidenteel appel,

hierna te noemen: Reaal,

advocaat: mr. J.C. Rous te Rotterdam,

tegen

[naam 2] ,

wonend op een geheim adres,

geïntimeerde in het principaal appel,

appellante in het (voorwaardelijk) incidenteel appel,

hierna te noemen: [geïntimeerde] ,

advocaat: mr. K. Both te Vleuten.

Het geding in de hoofdzaak

Bij exploot van 20 augustus 2018 is [appellant] in hoger beroep gekomen van het door de rechtbank Den Haag tussen partijen gewezen vonnis van 23 mei 2018. Bij arrest van 18 september 2018 is een comparitie van partijen gelast. De comparitie heeft plaatsgevonden op 28 november 2018. Van de comparitie is proces-verbaal opgemaakt. Bij memorie van grieven heeft [appellant] twee grieven aangevoerd. Bij memorie van antwoord met producties heeft Reaal de grieven bestreden en tevens incidenteel appel ingesteld. [appellant] heeft hierop gereageerd bij memorie van antwoord in incidenteel appel. Vervolgens hebben partijen de stukken overgelegd en arrest gevraagd.

Het geding in de vrijwaringszaak

Bij exploot van 14 september 2018 is Reaal, ingevolge artikel 339 lid 5 Rv tijdig, in hoger beroep gekomen van het door de rechtbank Den Haag tussen partijen gewezen vonnis van 23 mei 2018. Bij arrest van 23 oktober 2018 is een comparitie van partijen gelast. De comparitie heeft plaatsgevonden op 28 november 2018. Van de comparitie is proces-verbaal opgemaakt. Bij memorie van grieven met producties heeft Reaal twee grieven aangevoerd. Bij memorie van antwoord heeft [geïntimeerde] de grieven bestreden en tevens voorwaardelijk incidenteel appel ingesteld. Reaal heeft hierop gereageerd bij memorie van antwoord in incidenteel appel met productie. Vervolgens hebben partijen de stukken overgelegd en arrest gevraagd.

Beoordeling van het hoger beroep in de hoofdzaak

1. Tegen de door de rechtbank in het vonnis van 23 mei 2018 vastgestelde feiten zijn niet uitdrukkelijk grieven gericht, maar in de toelichting op zijn grieven maakt [appellant] duidelijk dat hij het met enkele feitenvaststellingen van de rechtbank niet eens is. Het hof zal daarmee rekening houden. Het gaat in deze zaak – samengevat – om het volgende:
a. [appellant] is eigenaar van de woning aan het adres [adres] (hierna: de woning).

b. [appellant] heeft van 2001 tot eind 2011 een relatie gehad met [geïntimeerde] (hierna: [geïntimeerde] ). Samen hebben ze een zoon.

c. [geïntimeerde] verbleef in ieder geval in het najaar van 2010 in de woning van [appellant] , samen met hun zoon die in de buurt van de woning op school zat.

d...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT